Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Doelstelling: Aan de hand van theorieën van onder andere Shadid en Holliday over beeldvorming van minderheden in de media wordt een theoretische achtergrond gecreëerd waartegen het diversiteitsbeleid van de VRT in kaart wordt gebracht. Alle aspecten van dat beleid worden ontleed en de doelstellingen, realisaties en toepassingen worden geëvalueerd aan de hand van resultaten van een eerder uitgevoerd monitoronderzoek en kritische reacties van experts. Bovendien worden de doelstellingen en realisaties van het diversiteitsbeleid van de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) vergeleken met dat van de Vlaamse Publieke Omroep (VRT). Ten slotte wordt het beleid getoetst aan de beeldvormingtheorieën van o.a. Shadid en wordt nagegaan waar op beleidsniveau nog inspanningen nodig zijn. Middelen of methode: Wetenschappelijke literatuur werd geconsulteerd om de rol van de media inzake beeldvorming te onderzoeken. Voor het beschrijven en evalueren van het diversiteitsbeleid van de VRT werd gebruik gemaakt van beleidsdocumenten, naast kritische commentaren afkomstig van maatschappelijke groepen en fora. Resultaten: Ondanks de positieve resultaten die de VRT met zijn diversiteitsbeleid boekt, heeft die nog steeds een lange weg te gaan om op gelijke voet te komen met zijn Nederlandse tegenhanger (NPO). Zo blijkt de VRT in zijn programma's nog geen evenredige voorstelling van de maatschappij te geven en bovendien worden migranten nog te vaak op een stereotype manier geprofileerd. Om dat beeld te veranderen, moeten meer migranten te werk gesteld worden bij de VRT. Zij kunnen meehelpen dat beeld te veranderen. Slechts weinig migranten komen echter in aanmerking voor een baan bij de VRT omdat velen cultuurgebonden kiezen voor een conventionelere opleiding in plaats van bijvoorbeeld journalistiek of communicatiewetenschappen.

Diversity policy. --- Dutch Broadcasting Organisation. --- Media & Diversity. --- NPO. --- Public Broadcasting. --- Studie van maatschappelijke aspecten. --- VRT.

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Ce mémoire propose une démarche marketing globale pour définir une image de marque cohérente au sein de l'organisation à but non lucratif Basse-Meuse développement (BMd). Le document est structuré en plusieurs parties : une présentation de l'organisation, un audit de la communication actuelle, une analyse de la problématique rencontrée et les objectifs de la recherche, suivis d'une revue de la littérature et d'une étude de cas pratique.

BMd, créée en 2004, regroupe plusieurs communes et entreprises de divers secteurs. L'organisation vise à renforcer le développement économique et l'attractivité de la région de Basse-Meuse en s'appuyant sur trois axes principaux : entreprises, métiers et territoire. 

L'audit de la communication révèle un manquement de stratégie de communication globale, avec une communication souvent improvisée et non coordonnée entre les différents projets. Les canaux utilisés incluent les réseaux sociaux, le site internet, l'e-mailing, la presse écrite et télévisée, ainsi que des supports imprimés. Le logo et l'identité visuelle de BMd sont reconnus mais manquent de cohérence avec les identités visuelles des projets annexes.

La problématique principale identifiée est un manque de compréhension des activités de BMd par les parties prenantes, notamment les entreprises locales, les institutions et les habitants de la Basse-Meuse. Pour répondre à cette problématique, un travail sur l’image de marque et une stratégie marketing adaptée sont nécessaires.

L'objectif scientifique du mémoire est de compiler la littérature existante sur le marketing et la communication dans le secteur non-marchand, tandis que l'objectif managérial est de définir un cadre théorique permettant de renforcer l'image de marque des ASBL. La recherche se concentre sur les spécificités juridiques et marketing des ASBL, les facteurs clés d'une communication efficace et le sentiment d'appartenance comme levier pour améliorer l'image de marque.

La méthodologie adoptée inclut une revue de la littérature ainsi qu’une étude de cas pratique. Les résultats montrent l'importance de définir une mission, des valeurs et des objectifs clairs, ainsi que d'adopter des pratiques de branding commercial adaptées au secteur non-marchand. Une stratégie de communication cohérente, appuyée par un plan d'action et des indicateurs de performance, est proposée pour améliorer l'image de marque de BMd.

En conclusion, le mémoire souligne les contributions théoriques et pratiques de la recherche, les limites de l'étude et les pistes pour de futures recherches. L'importance d'une démarche globale et structurée pour renforcer l'image de marque des ASBL est mise en avant, avec des recommandations concrètes pour Basse-Meuse développement.

ASBL --- NPO Marketing --- Image de marque --- Communication --- Sciences économiques & de gestion > Marketing

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Doelstelling: Sinds de invoering van de Mediawet in 1987, is de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) bij wet verplicht een afspiegeling te vormen van de Nederlandse multiculturele samenleving. Onderzoek door de universiteiten van Leuven en Nijmegen (in opdracht van de NPO) toont echter aan dat dit niet het geval is. Eind 2006 stelde de NPO daarom zijn nieuwe diversiteitsbeleid voor televisie voor. De doelstelling was tweeledig: (1) meer allochtone kijkers aantrekken en (2) een betere afspiegeling van de samenleving vormen. Hiervoor werden o.a. nieuwe multiculturele programma's in het leven geroepen, kregen tientallen programma's quota's opgelegd en ging de NPO op zoek naar nieuwe allochtone collega's. Het nieuwe diversiteitsbeleid kreeg van bij de start intern zowel als extern veel kritiek. Deze masterproef onderzoekt welk beleid voor 2006 gevoerd werd en wat aan de basis lag van de omschakeling van beleid. Verder wordt vooral het nieuwe diversiteitsbeleid zelf en de publieke reacties op het beleid door media-experten (omroepen, officiële instanties, medewerkers van de NPO en organisaties die strijden voor participatie van etnische minderheden in de Nederlandse media) geanalyseerd. De doelstellingen van het beleid worden vergeleken met de kritiek die erop wordt gegeven. Ten slotte worden de resultaten van het nieuwe beleid, zoals die blijken uit gepubliceerd wetenschappelijk onderzoek, nader bestudeerd. Middelen of methode: Voor het eerste deel van de masterproef werden vooral geschreven bronnen over 'media en multiculturaliteit' geraadpleegd. De analyses in het tweede en derde deel gebeurden a.d.h.v. officiële beleidsstukken van de NPO en elektronische bronnen, aangezien deze materie nog zeer recent is. De analyses van het beleid, de publieke reacties en de resultaten gebeurden vanuit een descriptief standpunt. Resultaten: Ondanks het ingevoerde quotasysteem voor tientallen programma's en de doelstelling om meer allochtonen voor en achter de schermen bij de media te betrekken, slaagt de NPO er niet in meer allochtone kijkers voor zich te winnen. Etnische minderheden verkiezen nog steeds de commerciële zenders. Bovendien vormt de NPO nog steeds geen afspiegeling van de Nederlandse multiculturele maatschappij. Het quotasysteem wordt door velen als té geforceerd beschouwd en er werken nog steeds te weinig allochtonen bij de NPO.

Allochtonen. --- Diversiteitsbeleid. --- Etnische minderheden. --- Media. --- Multiculturaliteit. --- Multiculturele samenleving. --- Nederland. --- Nederlandse Publieke Omroep (NPO). --- Studie van maatschappelijke aspecten. --- Televisie.

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Long description: In der Beratung von Non-Profit-Organisationen ergeben sich immer wieder Fragen, die nicht aus der vorhandenen Fachliteratur beantwortet werden können, sondern speziell auf diesen Bereich zugeschnittene Antworten brauchen. Der Aufbau und die Führung von Organisationen im Sozial-, Bildungs- und Gesundheitswesen sowie im öffentlichen Dienst ist anspruchsvoll. Das Coaching und die Organisationsentwicklung in diesen Bereichen verlangen viel Erfahrung und Wissen um die Gesetzmäßigkeiten. Essentiell sind Kenntnisse zu den Organisationsformen, Rahmenbedingungen und Eigenheiten. Das Buch zeigt neue Blickwinkel für die Arbeit in und mit Non-Profit-Organisationen, zur Geschichte des Organisierens und heutige Ausprägungen von Organisationsparadigmen. Vor diesem Hintergrund stellt Claudio Harder Methoden und Instrumente vor, wie Non-Profit-Unternehmen gegründet werden können und zeigt selbstgeschaffene Instrumente zur Gestaltung von Positionierung, Machtfragen und Wirkung von Organisieren. Biographical note: Claudio Harder Claudio Harder ist Organisationsentwickler, Coach, Unternehmer und Dozent. Er hat weit über 1000 Beratungsprozesse begleitet und abgeschlossen. Seit über 20 Jahren coacht er Führungskräfte und Vorstände in Gründungen, Organisationsgestaltung, Team- und Personalentwicklung und verbindet dabei Wissen und Können aus Management, Strategie, Betriebswirtschaft, Gruppendynamik, Personalentwicklung, Sozialpädagogik, Community Building, Organisationsentwicklung und Supervision. Ein großes Anliegen ist ihm die Förderung einer entwicklungsorientierten Diversity. Er gründete und führte mehrere gemeinnützig-wirtschaftliche Werke und ist in professioneller, öffentlicher und zivilgesellschaftlicher Verantwortung engagiert.

Beratung --- Organisationsentwicklung --- Coaching --- Gesundheitswesen --- Führungspraxis --- Bildungswesen --- NPO --- Gemeinwesen --- Sozialwesen --- Organisationsformen --- Organisationsberater --- ÖffentlicherDienst --- ÖD --- Organisationsentwickler --- NonProfitOrganisation --- Organisationsparadigma --- Organisationsparadigmen

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

In this work, we review the macro and microeconomic causes of NPOs’ vulnerability before presenting an approach to assess the financial vulnerability of a nonprofit and especially to assess its hazard rate of dissolution. To achieve this, we use a survival analysis which calculates, in our case, the hazard rate of dissolution, the vulnerability, after a certain period of time of existence of an NPO. This survival analysis is based on an explanative variable constituted by a financial capacity and a sustainability measure and an interaction variable between financial capacity and financial sustainability. This interaction variable shows that the effect of financial capacity or financial sustainability on hazard rate of dissolution depends on, respectively, the level of financial sustainability or financial capacity. So, we show how these two aspects of the financial state of an NPO are linked and why they should be considered together when assessing the vulnerability of an NPO. This indicates that we should study the effect of a financial change, such as revenue diversification for instance, on both financial capacity and financial sustainability in order to understand its overall effect on financial vulnerability.

NPO --- Bankruptcy --- Nonprofit --- Nonprofits --- Financial --- Vulnerability --- Dissolution --- NPOs --- Dissolution --- ASBL --- Vulnérabilité --- Finance --- Sciences économiques & de gestion > Microéconomie