Listing 1 - 10 of 11 | << page >> |
Sort by
|
Choose an application
Deze masterscriptie onderzoekt of het vernieuwde Europese toepassingsgebied van de Verordening Marktmisbruik (2014) voldoet om de marktintegriteit te beschermen, het beleggersvertrouwen te verzekeren en de stabiliteit op financiële markten te verhogen.
Choose an application
In deze masterproef werd onderzoek gedaan naar de wet betreffende de continuïteit van ondernemingen. Meer specifiek werden de misbruiken die betrekking hadden op deze wet besproken. Hierbij werd een onderscheid gemaakt tussen de misbruiken vόόr en na de wetswijziging van 27 mei 2013. Na een grondige literatuurstudie en analyse van verschillende rechtspraak kan ik concluderen dat, de schuldenaar vόόr de wetswijziging voornamelijk bescherming zocht tegen de schuldeisers. De periode van opschorting geeft de onderneming namelijk tijd om een reorganisatieplan op te stellen. Dit moratorium werd echter al te vaak misbruikt om andere zaken te bewerkstelligen. Zo werden nog snel bevriende schuldeisers of gelieerde vennootschappen betaald. Ook werden er nog zakelijke zekerheidsrechten toegekend. Daarenboven stelde de wetgever vast dat de financiële kwaliteit, van de ondernemingen die beroep deden op de WCO, dermate slecht bleek zodat de mogelijkheid op herstel zeer laag bleef. Om hier aan te remediëren stemde het Parlement in met een hervorming van de wetgeving. De drie pijlers waarop deze hervorming werd gebaseerd zijn: een beter preventie en opsporing, een toegangsportaal dat beter afgestemd is op bedrijven met kans op herstel en als laatste een betere bescherming van de schuldeisers. Uit een analyse van de rechtspraak na de wetswijziging kan ik volgende waarnemingen vaststellen. Ten eerste kan ik besluiten dat bedrijven nog steeds te lang wachten met de aanvraag om de procedure op te starten. Hierdoor blijft de financiële kwaliteit te desastreus en blijft het lage slaagpercentage stand houden, namelijk 30%. Vervolgens merk ik op dat de toegangsvoorwaarden verstrengd werden. Deze wijziging werpt zijn vruchten af, zodat er aanzienlijk minder aanvragen werden ingediend. Dilatoire en onbetamelijke aanvragen werden hierdoor geweerd. Als laatste werden de schuldeisers door verschillende maatregelen beter beschermd. Hoewel we minder misbruiken vast stellen, werd er tevens ruimte voor nieuwe gecreëerd.
Choose an application
Dit is de kleine paper die aansluit bij 'Banking and Hard Law Corporate Governance'.
Choose an application
Deze masterproef onderzoekt of de recente wetgeving betreffende OTC-derivaten het tegenpartijrisico reduceert en de transparantie verhoogt. Om dit te onderzoeken hebben we de wetgeving van de Europese Unie (EMIR) en de Verenigde Staten (Dodd-Frank act, Chapter VII) vergeleken met de normen opgesteld door IOSCO en CPSS genaamd Recommendations for Central Counterparties to OTC derivatives CCPs. Verder hebben we ook een rechtsvergelijking gedaan tussen de Europese en Amerikaanse wetgeving, waarbij we enkele conflicten tussen beide bespreken.
Choose an application
Financiële peer-to-peerlending werd onlangs in België gereguleerd. Deze nieuwe vorm van financiële intermediatie moet het mogelijk maken om de KMO's een alternatieve vorm van financiering te voorzien, als complement op de bankfinanciering. We onderzoeken in deze meesterproef of een uitbreiding van deze techniek naar consumenten mogelijk is naar Belgisch recht en wat de gangbare bescherming inhoudt. Hiervoor vergelijken we met het regulerend kader in Nederland en formuleren we een aantal aanbevelingen voor een implementatie in België
Choose an application
Opensourcesoftware wint de laatste jaren steeds meer aan aandacht. De vele voordelen, waaronder het gratis karakter, maken deze software erg aantrekkelijk. Jammer genoeg gaat deze software ook gepaard met heel wat problemen op juridisch vlak. De rechtsbescherming van opensourcesoftware is erg problematisch. De vele onduidelijkheden omtrent de opensourcesoftwarelicenties zorgen voor rechtsonzekerheid. Het gebrek aan passende regelgeving is daarvan de grootste oorzaak. De bescherming van de oorspronkelijke auteur vormt de centrale vraag van dit onderzoek. We stelden vast dat er vele mogelijkheden openstaan voor de oorspronkelijke auteur om zijn origineel werk te beschermen. Het copyleft-beding behoort tot die mogelijkheden, maar brengt opnieuw heel wat onduidelijkheden met zich mee. De incompatibiliteit van verschillende licenties garandeert de oorspronkelijke auteur dat er geen tegenstrijdige licentievoorwaarden worden opgenomen, tenzij hij daarmee instemt. Naast het copyleft-beding en de incompatibiliteit, wordt de oorspronkelijke auteur ook beschermd door het gebrek aan passende regelgeving. De geldigheid van de exoneratieclausule (“as is”) is daarvan een goed voorbeeld. Als laatste mogelijkheid kan de oorspronkelijke auteur ook zijn licentie opzeggen, waardoor de software bijvoorbeeld niet meer opensource is.
Choose an application
Choose an application
Dit is een kleine paper die aansluit bij "MiFID 2 en beleggingsadvies : bemoeizucht of een noodzakelijke bescherming van de retailbelegger?"
Choose an application
Deze masterscriptie onderzoekt of het vernieuwde Europese toepassingsgebied van de Verordening Marktmisbruik (2014) voldoet om de marktintegriteit te beschermen, het beleggersvertrouwen te verzekeren en de stabiliteit op financiële markten te verhogen.
Choose an application
De aandeelhouder-schuldeiser bezit een bijzondere positie in de onderneming. Met het oog op het voorkomen van misbruik verdient de behandeling van de aandeelhouderslening dan ook bijzondere aandacht. De risicodragende inbreng van de aandeelhouder in het kapitaal is altijd volledig achtergesteld in de faillissementsprocedure. De uitbetaling ervan zal pas gebeuren indien er, na de uitbetaling van alle andere schuldeisers, nog middelen overblijven. De aandeelhouderslening daarentegen is niet per definitie achtergesteld. Indien er geen sprake is van misbruik, zal er ook geen achterstelling zijn en zal deze lening op dezelfde manier behandeld worden als andere schuldvorderingen. In geval van misbruik zal de aandeelhouderslening wel achtergesteld worden. In de WCO, meer bepaald in de procedure van een gerechtelijke reorganisatie door een collectief akkoord, is er geen sprake van achterstelling. De aandeelhouder-schuldeiser stelt het reorganisatieplan zelf op, en kan bovendien meestemmen over de goedkeuring ervan. Dit kan in veel gevallen leiden tot misbruik.
Listing 1 - 10 of 11 | << page >> |
Sort by
|