Narrow your search

Library

KU Leuven (1)


Resource type

dissertation (1)


Language

English (1)


Year
From To Submit

2023 (1)

Listing 1 - 1 of 1
Sort by

Dissertation
Physical Activity Policies In Elementary School: A Three-Year Follow-Up

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Kinderen hebben fysieke activiteit nodig als stimulatie voor een goede motorische en mentale ontwikkeling. Hierdoor is het belangrijk initiatieven te nemen die kinderen mogelijkheden bieden fysiek actief te zijn. De richtlijn die wordt opgelegd door de ‘World Health Organisation’ stelt dat kinderen tussen de vijf en zeventien jaar minimum één uur per dag matig-tot-intensief actief moeten zijn. Een ideale omgeving om kinderen hierin te begeleiden en te stimuleren is de school. Door de leerplicht in België gaan bijna alle kinderen tussen de leeftijd van vijf tot zeventienjaar naar school. Dit maakt dat we hier ook kinderen kunnen bereiken die de kans niet hebben een hobby te beoefenen of thuis minder gestimuleerd worden tot fysiek actief te zijn. Scholen hebben ook verschillende mogelijkheden om op het fysiek actief gedrag van kinderen in te spelen. Dit kan door kinderen te stimuleren om zich fysiek actief van en naar school te verplaatsen, sport na school te organiseren, of het aanbieden van georganiseerde middagsport, actieve pauzes en lessen lichamelijke opvoeding. Met onze studie gaan we een antwoord zoeken op de vraag of het fysiek actief beleid in lagere scholen verandert doorheen de tijd en of er grote verschillen zijn tussen de scholen onderling. We bekijken dan of er veranderingen hebben plaatsgevonden in het fysiek actief beleid die volgens de literatuur een positief effect zouden kunnen hebben op de fysieke activiteit van de leerlingen. De data van deze studie wordt verzameld aan de hand van de School Physical Activity Policy Assessment (S-PAPA). Deze vragenlijst bevraagt het fysiek actief beleid van tien scholen op drie vlakken. Ten eerste op het vlak van lessen lichamelijke opvoeding, ten tweede op het vlak van de pauzes en ten derde op het vlak van het beleid voor activiteiten voor en na school. Het omvat alle gebieden waarop de school een impact kan hebben op het aanbieden van matig-tot-intensieve activiteit tijdens de schooluren. Enkele voorbeelden van dergelijke veranderingen zijn aanpassingen van de ondergrond, het aantal minuten pauze, de beschikbaarheid van materiaal en de organisatie van middagsport. Ook hebben we aan de hand van the System for Observing Children's Activity and Relationships at Play (SOCARP) kwantitatieve data in kaart kunnen brengen van de leerlingen hoeveel zij precies aan matige-tot-intensieve fysieke activiteit deden per dag. In de resultaten van het onderzoek zien we dat het fysiek actief beleid in een aantal lagere scholen doorheen de drie jaren veranderd is. Deze veranderingen zijn heel uiteenlopend. Er is een lage negatieve correlatie gevonden in de steekproef tussen het aantal leerlingen per vierkante meter speelplaats en de mate van hun matig-tot-intense fysieke activiteit. Verder onderzoek is nodig om na te gaan in hoeverre het fysiek actief beleid van lagere scholen de fysieke activiteit van hun leerlingen kan beïnvloeden. Er zijn verschillende factoren die de resultaten van het onderzoek hebben kunnen beïnvloeden. Het feit dat de eerste jaren van de studie plaatsvonden tijdens corona, zal ongetwijfeld een invloed hebben gehad op de resultaten. Ook hebben de scholen vrijwillig deelgenomen aan deze studie, en is het bijgevolg geen blinde studie, wat de resultaten kan hebben beïnvloed. Deze bevindingen concluderen dat de resultaten van deze studie kritisch moeten worden geïnterpreteerd.

Keywords

Listing 1 - 1 of 1
Sort by