Narrow your search
Listing 1 - 4 of 4
Sort by

Book
Atlas van de menselijke levensloop
Authors: --- --- ---
ISBN: 9789033476570 Year: 2009 Publisher: Leuven/Den Haag Acco

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

De menselijke levensloop is een boeiend gegeven. Maar net als het spannend wordt, als de jonge mens klaar is om de wereld in te gaan, houdt de wetenschappelijke interesse op. Dit boek beschrijft de totale menselijke levensloop, van pasgeborene over adolescent en volwassene tot en met de hoogbejaarde, en niet alleen de levensloop van het individu, maar ook die van partner en gezin. De mens maakt kennis met een wereld die voor hem geconstrueerd is. Hij neemt afscheid van een wereld waarin hijzelf een nieuwe constructie achterlaat. Elke bouwsteen die hij gebruikt is onderworpen aan universele regels. De constructie die hij daarmee ontwerpt vormt echter een hoogst individuele biografie. De constructieve spanning tussen individualiteit en universaliteit tekent de menselijke levensloop.Dit boek is een werkinstrument: het biedt de lezer een synthese van ruim 100 jaar wetenschappelijk onderzoek naar de ontwikkeling van het individu. Het stelt vragen bij het mens- en wereldbeeld in de levenslooppsychologie. Het peilt naar het reflectievermogen van de lezer t.a.v. persoonlijke levenservaringen. Het daagt de lezer uit om de menselijke levensloop te percipiëren als een blijvend groeiproces tot en mét het laatste afscheid


Book
The role of negative affective valence in return of fear.
Authors: --- ---
Year: 2008 Publisher: Leuven K.U.Leuven. Faculteit Psychologie en pedagogische wetenschappen

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords


Dissertation
Extinctie en aba : renewal van Occasion Setting bij mensen na sequentiële feature positieve discriminaties herbekeken.
Authors: --- ---
Year: 2005 Publisher: Leuven K.U.Leuven. Faculteit Psychologie en pedagogische wetenschappen. Departement Psychologie

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords


Dissertation
Changing and assessing valence.
Authors: --- --- --- ---
Year: 2010 Publisher: Leuven K.U.Leuven. Faculteit Psychologie en pedagogische wetenschappen. Departement Psychologie.

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Het fenomeen van terugkeer van vrees na een succesvolle exposure behandeling biedt een uitdaging voor onderzoek en praktijk. Het huidige doctoraatsonderzoek bekijkt deze problematiek vanuit een leerpsychologische visie op angst(stoornissen). Volgens conditioneringstheorieën leidt de contingente aanbieding van een voorheen neutrale prikkel (de geconditioneerde prikkel of CS genoemd) met een bedreigende gebeurtenis (de ongeconditioneerde prikkel of US) tot de vorming van een associatie tussen de geheu genrepresentaties van beide stimuli. Latere confrontatie met de CS zal de US-representatie opnieuw activeren, alsook de vrees die er mee geassocieerd was. Vanuit dit perspectief kunnen exposure en terugkeer van vrees beschouwd worden als het klinisch analoog van respectievelijk extinctie (d.i. onbekrachtigde aanbiedingen van de CS na acquisitie) en de terugkeer van vreesresponsen na extinctie. Een belangrijk inzicht uit vreesonderzoek is dat doorheen een fase van vreesconditionering de CS niet alleen een voorspeller wordt voor de bedreigende US - en derhalve vrees ontlokt, maar tevens voorzien wordt van een negatieve valentie. Deze evaluatief geconditioneerde negatieve valentie blijkt relatief weerstandig te zijn aan uitdoving en zou een affectief-motivationele bron kunnen zijn voor de terugkeer van vrees. Verschillende studies vonden inderdaad dat deze overgebleven negatieve valentie na extinctie voorspellend was voor de mate van terugkeer van vrees. Deze bevindingen suggereren dat mensen met een angststoornis beter gebaat zouden kunnen zijn met een behandeling die niet enkel focust op exposure, maar die ook inwerkt op de geconditioneerde negatieve valentie van het vreesobject. Verrassend genoeg is er nog maar weinig onderzoek verricht naar mogelijke technieken waarmee geconditioneerde valentie gewijzigd kan worden. Het huidige doctoraatsonderzoek probeerde hieraan tegemoet te komen. In een eerste onderzoekslijn werd onderzocht of geconditioneerde valentie gewijzigd kan worden met een contraconditionerings (cc) procedure (d.i. het paren van de CS met een nieuwe US met een evaluatieve waarde die tegenovergesteld is aan deze van de oorspronkelijke acquisitie US). Vijf studies werden uitgevoerd binnen deze onderzoekslijn. In een eerste stap (experiment 1, 2) gingen we op zoek naar een goed evaluatief conditioneringsparadigma waarin we deelnemers nieuwe voor- en afkeuren zouden kunnen aanleren. Succesvolle resultaten werden behaald met een paradigma waarin foto’s gepaard werden met het eten van lekkere of slecht smakende koekjes. In een tweede stap (experiment 3) onderzochten we in dit paradigma of nieuw aangeleerde preferenties gewijzigd kunnen worden via cc. Dit bleek het geval te zijn. In een derd e stap (experiment 3, 4) onderzochten we de duurzaamheid van valentiewijzigingen ten gevolge van cc door na te gaan of de veranderde valentie in tact bleef na verloop van tijd of na een contextverandering. Ook dit bleek zo te zijn. Onze bevindingen lijken er dus op te wijzen dat cc een beloftevolle techniek is om eerder geconditioneerde valentie op een duurzame manier te wijzigen. In een laatste stap (experiment 5) ten slotte, onderzochten we in een muizenstudie of terugkeer van vrees gereduceerd kan worden door cc toe te passen na extinctie. We vonden hier geen evidentie voor, maar aangezien geen valentiemeting werd opgenomen in deze studie kunnen we niet uitsluiten dat onze cc manipulatie mogelijk niet sterk genoeg was. In een tweede onderzoekslijn focusten we op het meten van valentie . Indirecte reactietijdtaken zijn erg populair in valentieonderzoek omdat ze gemakkelijk in gebruik zijn en minder gevoelig zijn voor sociale we nselijkheidseffecten dan ratingschalen. Recent worden deze reactietijdtaken steeds vaker gebruikt als voor- en/of nameting in onderzoek dat nagaat hoe evaluaties verworven en veranderd kunnen worden. In dit tweede onderzoeksluik bespreken we de nadelen van zulke voor-/nameting studies en argumenteren we dat het soms beter kan zijn om evaluaties te meten tijd ens de leerfase (‘online’). De bestaande indirecte reactietijdtaken lenen zich echter niet tot een online afname. In het tweede deel van dit doctoraat presenteren we drie studies waarin we met succes een indirectere actietijdtaak ontwikkelden die wel toelaat valentie te meten tijdens de leerfase.

Keywords

Listing 1 - 4 of 4
Sort by