Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

In de klinische praktijk wordt vandaag de dag hoofdzakelijk echocardiografie gebruikt om de lekkage aan een hartklep vast te stellen. Deze techniek kan echter enkel de grootte van een lekkage schatten en vertelt ons bovendien niets over de vorm van de stroming die optreedt. Om beter inzicht te krijgen in hartkleplekkage wordt kleplekkage experimenteel en numeriek onderzocht door enerzijds particle image velocimetry en anderzijds numerieke stromingssimulatie.Deze thesis omvat een literatuurstudie van de anatomie en werking van het hart en de mitralisklep. Na dit onderzoek werd een experimenteel model ontwikkeld en gebouwd en werd de geometrie aangepast zodat er stromingssimulaties op kunnen gebeuren. De stroming in het experimentele model werd onderzocht met twee verschillende lekdiameters via particle image velocimetry. Deze experimentele resultaten werden vergeleken met de bekomen resultaten van de CFD simulaties. Uit deze vergelijkingen werden de conclusies getrokken en aanbevelingen gegeven om nauwkeurigere resultaten te bekomen in toekomstige studies. In clinical practice, echo-cardiography is currently mainly used to determine the leakage of blood through a heart valve. However, this technique can only provide a rough estimate of the leakage and cannot tell us much concerning the blood flow profile. In order to obtain better insights in heart valve leakage, flow through an orifice is examined numerically (using computational fluid dynamics) and experimentally (using particle image velocimetry). This thesis includes a literature study of the anatomy and physiology of the heart and the mitral valve. After this, an experimental model was developed and built and the geometry was adapted so that computational fluid dynamics can be performed. The flow in the experimental model was examined with two different orifice diameters by means of particle image velocimetry. Our experimental results were compared to the results obtained from the CFD simulations. Based on this comparison, we were able to draw some conclusions and formulate a number of recommendations for future studies.

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Leverbotinfectie zorgt voor belangrijke productieverliezen in de intensieve melkveehouderij. De tussengastheer, Galba truncatula, is verantwoordelijk voor de overdracht van de parasiet. Uitverkoren habitats zijn vochtige plaatsen, zoals aan de oever van poelen, beken,.. Vochtigheid is een vereiste voor de overleving van de parasiet op de weide. Strenge winters hebben weinig effect op de tussengastheer, droogte daarentegen kan de ontwikkeling sterk afremmen of de populatie indijken. De minimale temperatuur waarbij de ontwikkeling van de parasiet plaatsvindt, is 10 °C. Klimatologische factoren hebben dus een grote invloed op het voorkomen van Fasciola hepatica, maar dit heeft de veehouder niet in de hand. Het management en/of weidebeheer daarentegen kan wel gestuurd worden. Met een schriftelijke enquête, met bijhorend getest tankmelkstaal, worden de verbanden tussen de maatregelen en de infectiestatus van het bedrijf blootgelegd. In deze enquête wordt navraag gedaan welk weidebeheer toegepast wordt bij zowel koeien als vaarzen. Leverbot kan immers ook via insleep tot bij de melkkoeien gebracht worden. Aan de hand van het tankmelkstaal wordt de prevalentie bepaald in Vlaanderen. Deze ligt lager dan de prevalentiecijfers uit een monitoringscampagne in Vlaanderen die liep van 2009 tot 2011. De veehouders vinden zich niet voldoende geïnformeerd over de cyclus, het ziektebeeld en de schadekost. Dit kan cruciale gevolgen hebben voor de (h)erkenning van het probleem op het bedrijf.Bij het gebruik van slakkenwerende middelen kon geen beschermend effect aangetoond worden met deze onderzoeksmethodiek. Het toonde enkel aan dat de veehouders die dit gebruiken, dit meestal doen omdat ze geïnfecteerde weiden hebben. Door de melkkoeien voor november op te stallen, door drassige zones correct af te rasteren of door insleep via vaarzen te vermijden wordt de kans op leverbotbesmetting sterk geminimaliseerd. Voor veehouders in Vlaanderen kunnen dit opties zijn om de infectie druk te verlagen. Het is niet één enkele maatregel die het bedrijf zal behoeden voor zware productieverliezen, maar wel degelijk de combinatie ervan.

Fasciolosis. --- Galba truncatula. --- Management. --- ODR. --- T190-elektrotechniek. --- Veeteelt.