Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Physiotherapy. Alternative treatments --- rugaandoeningen --- rugklachten

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Samenvatting Bachelorproef: Kwetsbare jongvolwassenen kennis laten maken met de Brugse arbeids- en opleidingsmarkt Tijdens de bachelorproefperiode werd een antwoord gezocht op volgende vraag vanuit Groep INTRO vzw Brugge: “Op welke manier kunnen we via een groepsgerichte methodiek kwetsbare jongvolwassenen tussen 18 en (ongeveer) 28 jaar, die een leefloon ontvangen en woonachtig zijn te Brugge, een duidelijk zicht bieden op de Belgische/Brugse arbeids- en opleidingsmarkt?” Om een antwoord te bieden op deze vraag gingen we op zoek naar een methodiek die enerzijds laagdrempelig en anderzijds uitdagend is voor de doelgroep. D.m.v. een uitgebreide literatuurstudie kregen we meer zicht op het thema. Daarnaast vonden ook interviews plaats met verschillende experts uit het werkveld m.b.t. de doelgroep, de methodiek en de inhoud ervan. In het vooronderzoek verdiepten we ons in de doelgroep kwetsbare jongvolwassenen. Daaruit kwamen we te weten dat de kwetsbare jongvolwassenen vaak een ‘zware rugzak’ met zich meedragen. Elke situatie is uniek en vraagt een andere aanpak. Dit was belangrijk om steeds in het achterhoofd te houden tijdens het ontwikkelen van de methodiek. A.d.h.v de informatie gehaald uit het vooronderzoek, kozen we voor het ontwerpen van een informatief en interactief spel. Dit hebben we gerealiseerd door vragen die kennis overbrengen af te wisselen met eenvoudige opdrachten, die onrechtstreekse kennis overbrengen. Die vragen stellen de spelers aan elkaar en ook voor de opdrachten is input vanuit de groep vereist. Op die manier willen we het groepsproces stimuleren. Aangezien de kwetsbare jongvolwassenen vaak laaggeschoold zijn, diende de methodiek laagdrempelig te zijn. Daarbij is het belangrijk om zo weinig mogelijk vakjargon of beeldspraak te gebruiken, maar begrijpbare taal te hanteren. Bovendien helpt het om beeldmateriaal te gebruiken. Ten slotte is afwisseling binnen de methodiek ook een punt waar rekening mee moet gehouden worden. Op die manier blijft de doelgroep gemotiveerd. Dit was een belangrijk aandachtspunt, aangezien er tijdens de verschillende gesprekken aangegeven werd dat motivatie om te leren en werken bij heel wat van deze kwetsbare en laaggeschoolde jongvolwassenen ontbreekt. De methodiek is zo opgesteld dat die tevens geschikt is om te spelen met een superdiverse groep. In vogelvlucht ziet ons spel er als volgt uit. Tijdens de ontwerpfase kwamen we tot een spelbord. Gebruik maken van een spelbord zorgt ervoor dat er een visuele en interactieve manier van spelen gehanteerd wordt. Vooraf moeten de spelers elk een vacature kiezen waarop er enkele voorwaarden staan, hiervoor moeten ze naar organisaties op het bord dobbelen. De bedoeling is dat de speler op het bord een route aflegt om uiteindelijk zijn/haar vacature binnen te halen. Tijdens hun route komen ze op verschillende vakken te staan waar er opdrachten, stellingen en vragen aan gekoppeld zijn. Soms zijn er ook kaartjes waarbij er een toevalskaart hoort, dan krijgen ze te maken met een realistische tegen- of meevaller. Na het bezoeken van de nodige organisaties dobbelen ze hun weg richting finish en eindigen ze met een ‘speedsollicitatie’ in één minuut. Wanneer iedereen hun vacature heeft ingevuld, is het spel afgelopen. Het spel werd uitgeprobeerd en geëvalueerd door de docenten, studenten en de doelgroep. De ontvangen feedback werd meegenomen in het finetunen van het spel. Het spel is beschikbaar in VIVES-hogeschool Kortrijk.

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Binnen onze Bachelorproef onderzoeken we hoe diverse onderdelen binnen het thema ‘diversiteit’ op een interactieve en educatieve manier kunnen overgebracht worden aan jongeren die les volgen aan het CLW (Centrum Leren & Werken) te Kortrijk. De onderdelen die we bespreken zijn: cultuur, origine, religie, taal, talenten en lichaam en seksualiteit. De opdracht om het thema ‘diversiteit’ te bespreken kwam vanuit het CLW. Het CLW werkt met duaal leren waarbij de jongeren drie dagen gaan werken en twee dagen naar school komen. Door middel van een wetenschappelijke literatuurstudie en kwalitatief onderzoek zijn we hiermee aan de slag gegaan. De doelgroep waarbij we een onderzoek hebben uitgevoerd, bevat leerlingen uit de tweede en derde graad van het CLW. Dit zijn jongeren waarvoor voltijds onderwijs niet langer geschikt is. Naast deze doelgroep nemen we leerkrachten project algemene vorming als tweede doelgroep op in ons onderzoek. Verder hebben we lesmateriaal uitgewerkt met betrekking tot het thema ‘diversiteit’ die kan gehanteerd worden door leerkrachten binnen het CLW. In deze bachelorproef bespreken we de resultaten van het onderzoek met een conclusie en voeren we een gerichte discussie waarin de resultaten gelinkt worden aan voorgaand onderzoek en aanbevelingen worden geformuleerd voor de opdrachtgever.

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

We leven in een superdiverse samenleving waarbij ook de leerlingenpopulatie (in Vlaanderen) steeds diverser wordt. Het lerarenkorps vormt hier echter geen afspiegeling van. Vanuit die bevinding formuleerde het Minderhedenforum de opdracht om via kwalitatief onderzoek op zoek te gaan naar ervaren belemmeringen, maar ook mogelijke hefbomen (bij etnisch culturele minderheden) om al dan niet voor de lerarenopleiding en het beroep van leerkracht te kiezen. Voor het verzamelen van deze kwalitatieve data hebben we face-to-face semigestructureerde interviews afgenomen waarbij we ons richtten tot volgende drie doelgroepen: 1) Leerlingen in het 5e of 6e middelbaar die momenteel een studiekeuze moeten maken. 2) Studenten met migratieachtergrond die de lerarenopleiding volgen. 3) Huidige leerkrachten met migratieachtergrond. Om een goed zicht te krijgen op onze onderzoeksvraag hebben we ons in het eerste deel van onze bachelorproef verdiept in relevante literatuur. Geïnspireerd vanuit de literatuur stelden we interviewleidraden op en namen we 21 interviews af. We bundelden onze conclusies in een inspiratiegids, waarin we verschillende aanbevelingen en actiepunten formuleren om de instroom, doorstroom en uitstroom naar de lerarenopleiding/-job te verbeteren. Tijdens de interviews kwam ook aan bod dat leraren vaak geen weet hebben van een diversiteits- en gelijke kansen beleid binnen hun school. Een diversiteitsbeleid kan er voor zorgen dat leraren meer kennis zullen verkrijgen over bepaalde etnisch-culturele concepten (zoals omgaan met diversiteit en sociaal-culturele ongelijkheid) en is dus onmisbaar in onze superdiverse samenleving (Habbani, 2018). Verder worden diversiteitscompetenties (daarmee bedoelen we …) maar beperkt aangereikt binnen de lerarenopleiding. Maar waarom is er nu precies zo’n lage instroom, doorstroom en uitstroom naar de lerarenopleiding? Allereerst omdat de lerarenopleiding een minder aantrekkelijk imago heeft. Leerlingen halen hier vooral de hoge werkdruk, lastige leerlingen, lage status en de kans op burn-out’s aan als factoren die de job minder aantrekkelijk maken. Daarnaast konden wij afleiden dat de studiekeuzebegeleiding vanuit het secundair onderwijs naar het hoger onderwijs niet altijd even laagdrempelig is, wat het voor studenten (zeker met een migratieachtergrond) moeilijker maakt om met een begeleider over hun studiekeuze of twijfels te spreken. Er doken ook een aantal algemene drempels op zoals de taal, een beperkte kennis van het onderwijssysteem, discriminatie, het hoofddoekenverbod, het al dan niet beschikken over een doopattest en de beperkte informatieverstrekking vanuit de hogeschool. Deze kunnen zorgen voor een lage instroom, het vroegtijdig afbreken van de studies of een uitstroom naar andere beroepssectoren. Als hefbomen gaven studenten en docenten vooral de intrinsieke en altruïstische (maatschappelijk zinvol, rolmodel zijn) motivatie, steun vanuit de omgeving, een goede leerkracht-leerling relatie, rolmodellen, meertaligheid als docent en het vertrouwen van de school waar men werkt aan. Deze zorgen voor instroom in de lerarenopleiding, een vlotte doorstroom en uitstroom naar de lerarenjob.