Listing 1 - 10 of 71 | << page >> |
Sort by
|
Choose an application
Choose an application
Choose an application
978-90-301-67365
Didactiek --- Lichamelijke opvoeding --- Bewegingsbeleid --- Gedragsverandering --- Sports --- Psychological aspects --- Motivation in sports --- Sport psychology --- Sports motivation --- Sports psychology --- Sports sciences --- Sportpsychologie --- 159.9:796 --- 159.9:796 Psychologie van de sport. Sportpsychologie. Coachen. Mentale training --- Psychologie van de sport. Sportpsychologie. Coachen. Mentale training --- Exercices physiques --- Exercise --- Aspect social. --- Aspect psychologique. --- Aspect psychologique --- Identité collective. --- Social aspects. --- Group identity. --- Sport --- Psychologie --- Participatie --- Motivatie --- Gedrag --- Fysieke conditie --- Mentale gezondheid --- Teamwerk --- Man --- Technologie --- Voeding --- Maatschappij --- Drank --- Gezondheid --- Volwassene --- Welbevinden --- Sociological aspects. --- Psychological aspects. --- Identité collective.
Choose an application
Choose an application
Choose an application
De afgelopen jaren werd de focus binnen leiderschapsonderzoek verlegd richting gedeeld leiderschap. Bij gedeeld leiderschap vervullen, in tegenstelling tot traditioneel verticaal leiderschap, meerdere teamleden een actieve leidersrol. Het delen van verantwoordelijkheden binnen een team blijkt immers een zeer sterke motivator voor medewerkers, die niet enkel hun mentaal welzijn versterkt maar ook leidt tot betere prestaties. Binnen de gezondheidszorg en meer specifiek de huisartsgeneeskunde zijn onderzoeken rond gedeeld leiderschap nog een relatief onontgonnen terrein. Om deze lacune in de literatuur op te vullen, wordt in deze masterproef onderzoek gedaan naar de verdeling en de kwaliteit van leiderschap in de huisartsenpraktijk. We bestuderen hoe leiderschap zich presenteert binnen de huisartsenpraktijk en in welke mate er sprake is van gedeeld leiderschap. Daarnaast bekijken we of er een link is tussen het aantal verschillende leiders en de kwaliteit van het leiderschap enerzijds en de uitkomstmaten teamfunctioneren en persoonlijk welzijn anderzijds. Om de onderzoeksvragen te beantwoorden werd een online vragenlijst verspreid en ingevuld door de leden van Vlaamse huisartsenpraktijken. Er hebben 63 deelnemers de vragenlijst volledig afgerond. Er werd gepeild naar de verdeling en de kwaliteit van het leiderschap via tien vooraf gedefinieerde leiderschapsrollen (taakleider, verbindende leider, sociale activiteitenleider, motivationele leider, kritische innovatieleider, team-ontwikkelingsleider, externe leider, logistieke leider, voorbeeldleider en eenheidsleider) en sloot af met zeven gevalideerde vragenlijsten, peilend naar de uitkomstmaten teamfunctioneren enerzijds en persoonlijk welzijn anderzijds. Om de verdeling van leiderschap te linken met de uitkomstmaten werden vier categorieën gemaakt: (1) teams waar alle rollen door één iemand werden opgenomen, (2) teams waar meerdere leiders het voortouw namen, (3) teams waar iedereen minstens één leiderschapsrol op zich nam en ten slotte (4) teams waar geen enkele leiderschapsrol opgenomen werd. Deze laatste groep werd geëxcludeerd voor de analyses voor onderzoeksvraag 2, gezien hier slechts 1 deelnemer in zat. De bevindingen van onze studie tonen aan dat binnen de huisartsenpraktijk verschillende teamleden een leiderschapsrol op zich nemen. Bij 84% van de deelnemers nemen meerdere personen het voortouw. Teams waarbij iedereen een leidersrol opneemt, scoren het best op de vragenlijsten rond teamfunctioneren (teameffectiviteit, teamcohesie, teamidentificatie en organisatie burgerschapsgedrag) en persoonlijk welzijn (werkbetrokkenheid, werktevredenheid en burn-out). Er kunnen positieve verbanden aangetoond worden tussen de kwaliteit van alle leiderschapsrollen en de meeste vragenlijsten. Teams met een kwaliteitsvolle motivationele leider vertonen minder symptomen van burn-out. Deze studie had tot doel meer inzicht te krijgen in de aard van gedeeld leiderschap in de eerstelijnsgeneeskunde. In de meeste huisartspraktijken is er een verdeling van leiderschap onder meerdere teamleden. Deelnemers waarbij alle teamleden een leiderschapsrol opnemen, geven de beste scores op teamfunctioneren en persoonlijk welzijn. Dit toont aan dat het in een huisartsenpraktijk belangrijk is dat iedereen zich betrokken voelt en actief een leidersrol opneemt. Een goede motivationele leider zou een beschermende factor kunnen zijn voor de ontwikkeling van burn-out bij de teamleden in de huisartsenpraktijk.
Choose an application
De afgelopen jaren werd de focus binnen leiderschapsonderzoek verlegd richting gedeeld leiderschap. Bij gedeeld leiderschap vervullen, in tegenstelling tot traditioneel verticaal leiderschap, meerdere teamleden een actieve leidersrol. Het delen van verantwoordelijkheden binnen een team blijkt immers een zeer sterke motivator voor medewerkers, die niet enkel hun mentaal welzijn versterkt maar ook leidt tot betere prestaties. Binnen de gezondheidszorg en meer specifiek de huisartsgeneeskunde zijn onderzoeken rond gedeeld leiderschap nog een relatief onontgonnen terrein. Om deze lacune in de literatuur op te vullen, wordt in deze masterproef onderzoek gedaan naar de verdeling en de kwaliteit van leiderschap in de huisartsenpraktijk. We bestuderen hoe leiderschap zich presenteert binnen de huisartsenpraktijk en in welke mate er sprake is van gedeeld leiderschap. Daarnaast bekijken we of er een link is tussen het aantal verschillende leiders en de kwaliteit van het leiderschap enerzijds en de uitkomstmaten teamfunctioneren en persoonlijk welzijn anderzijds. Om de onderzoeksvragen te beantwoorden werd een online vragenlijst verspreid en ingevuld door de leden van Vlaamse huisartsenpraktijken. Er hebben 63 deelnemers de vragenlijst volledig afgerond. Er werd gepeild naar de verdeling en de kwaliteit van het leiderschap via tien vooraf gedefinieerde leiderschapsrollen (taakleider, verbindende leider, sociale activiteitenleider, motivationele leider, kritische innovatieleider, team-ontwikkelingsleider, externe leider, logistieke leider, voorbeeldleider en eenheidsleider) en sloot af met zeven gevalideerde vragenlijsten, peilend naar de uitkomstmaten teamfunctioneren enerzijds en persoonlijk welzijn anderzijds. Om de verdeling van leiderschap te linken met de uitkomstmaten werden vier categorieën gemaakt: (1) teams waar alle rollen door één iemand werden opgenomen, (2) teams waar meerdere leiders het voortouw nemen, (3) teams waar iedereen minstens één leiderschapsrol op zich neemt en ten slotte (4) teams waar geen enkele leiderschapsrol opgenomen werd. Deze laatste groep werd geëxcludeerd voor de analyses voor onderzoeksvraag 2, gezien hier slechts 1 deelnemer in zat. De bevindingen van onze studie tonen aan dat binnen de huisartsenpraktijk verschillende teamleden een leiderschapsrol op zich nemen. Bij 84% van de deelnemers nemen meerdere personen het voortouw. Teams waarbij iedereen een leidersrol opneemt, scoren het best op de vragenlijsten rond teamfunctioneren (teameffectiviteit, teamcohesie, teamidentificatie en organisatie burgerschapsgedrag) en persoonlijk welzijn (werkbetrokkenheid, werktevredenheid en burn-out). Er kunnen positieve verbanden aangetoond worden tussen de kwaliteit van alle leiderschapsrollen en de meeste vragenlijsten. Teams met een kwaliteitsvolle motivationele leider vertonen minder symptomen van burn-out. Deze studie had tot doel meer inzicht te krijgen in de aard van gedeeld leiderschap in de eerstelijnsgeneeskunde. In de meeste huisartspraktijken is er een verdeling van leiderschap onder meerdere teamleden. Deelnemers waarbij alle teamleden een leiderschapsrol opnemen, geven de beste scores op teamfunctioneren en persoonlijk welzijn. Dit toont aan dat het in een huisartsenpraktijk belangrijk is dat iedereen zich betrokken voelt en actief een leidersrol opneemt. Een goede motivationele leider zou een beschermende factor kunnen zijn voor de ontwikkeling van burn-out bij de teamleden in de huisartsenpraktijk.
Choose an application
Choose an application
ABSTRACT Doel: Het doel van deze studie is het onderzoeken van drie onderzoeksvragen: (H1) Welk type leiders vinden jeugdspelers en coaches het belangrijkst binnen jeugdteams? (H2) Is een hogere kwaliteit op deze verschillende leiderschapsrollen geassocieerd met een hogere teamcohesie; een betere teamprestatie; en een verhoogd welzijn? (H3) Draagt de coach of de leiders binnen het team binnen elk van deze rollen het meest bij tot een hogere teamcohesie; een betere teamprestatie; en een verhoogd welzijn? Methodologie: Deze studie betreft een cross-sectioneel onderzoek binnen jeugdteams met afname van uitgebreide vragenlijsten die peilen naar leiderschapsrollen binnen het team, teamcohesie, teamprestatie en persoonlijk welzijn. Resultaten: De resultaten suggereren dat jeugdspelers en coaches binnen jeugdteams vooral taakleiderschap, motivationeel leiderschap en sociaal leiderschap belangrijk achten. Meisjes (en vrouwelijke coaches) schatten het belang van motivationeel leiderschap hoger in dan hun mannelijke collega’s. De leeftijd van de jeugdspelers geen effect heeft op perceptie van leiderschapsrol. Volleyballers schatten het belang van sociaal leiderschap groter in dan voetballers, terwijl voetballers meer gericht zijn op taakleiderschap. Er is een positieve associatie tussen sociaal leiderschap van jeugdspelers en teamcohesie, tussen motivationeel en sociaal leiderschap van jeugdspelers en teamprestatie en tussen motivationeel leiderschapsrol en persoonlijk welzijn van een jeugdspeler. Er is een positieve associatie tussen sociaal leiderschap van speler en coach en extern leiderschap van de coach en teamcohesie, tussen taakleiderschap van de coach, motivationeel leiderschap van speler en coach en sociaal leiderschap van de spelers en teamprestatie, tussen sociaal leiderschap van de spelers en persoonlijk welzijn van een jeugdspeler. Niet iedereen binnen een team hoeft dezelfde leiderschapsrol te vervullen, het zijn mogelijk de top drie leiders in een specifieke rol die de grootste impact hebben. Conclusies: De bevindingen van deze studie benadrukken het belang van gerichte leiderschapsontwikkeling binnen jeugdteams om zowel teamcohesie, teamprestaties als persoonlijk welzijn te bevorderen. Toekomstig onderzoek moet zich richten op longitudinale studies en meer gedetailleerde analyses van individuele leiderschapsimpact.
Choose an application
Doel: Het doel van deze studie is het onderzoeken van drie onderzoeksvragen: (H1) Welk type leiders vinden jeugdspelers en coaches het belangrijkst binnen jeugdteams? (H2) Is een hogere kwaliteit op deze verschillende leiderschapsrollen geassocieerd met een hogere teamcohesie; een betere teamprestatie; en een verhoogd welzijn? (H3) Draagt de coach of de leiders binnen het team binnen elk van deze rollen het meest bij tot een hogere teamcohesie; een betere teamprestatie; en een verhoogd welzijn? Methodologie: Deze studie betreft een cross-sectioneel onderzoek binnen jeugdteams met afname van uitgebreide vragenlijsten die peilen naar leiderschapsrollen binnen het team, teamcohesie, teamprestatie en persoonlijk welzijn. Resultaten: De resultaten suggereren dat jeugdspelers en coaches binnen jeugdteams vooral taakleiderschap, motivationeel leiderschap en sociaal leiderschap belangrijk achten. Meisjes (en vrouwelijke coaches) schatten het belang van motivationeel leiderschap hoger in dan hun mannelijke collega’s. De leeftijd van de jeugdspelers geen effect heeft op perceptie van leiderschapsrol. Volleyballers schatten het belang van sociaal leiderschap groter in dan voetballers, terwijl voetballers meer gericht zijn op taakleiderschap. Er is een positieve associatie tussen sociaal leiderschap van jeugdspelers en teamcohesie, tussen motivationeel en sociaal leiderschap van jeugdspelers en teamprestatie en tussen motivationeel leiderschapsrol en persoonlijk welzijn van een jeugdspeler. Er is een positieve associatie tussen sociaal leiderschap van speler en coach en extern leiderschap van de coach en teamcohesie, tussen taakleiderschap van de coach, motivationeel leiderschap van speler en coach en sociaal leiderschap van de spelers en teamprestatie, tussen sociaal leiderschap van de spelers en persoonlijk welzijn van een jeugdspeler. Niet iedereen binnen een team hoeft dezelfde leiderschapsrol te vervullen, het zijn mogelijk de top drie leiders in een specifieke rol die de grootste impact hebben. Conclusies: De bevindingen van deze studie benadrukken het belang van gerichte leiderschapsontwikkeling binnen jeugdteams om zowel teamcohesie, teamprestaties als persoonlijk welzijn te bevorderen. Toekomstig onderzoek moet zich richten op longitudinale studies en meer gedetailleerde analyses van individuele leiderschapsimpact.
Listing 1 - 10 of 71 | << page >> |
Sort by
|