Listing 1 - 6 of 6 |
Sort by
|
Choose an application
Aangename wiskundeoefeningen opstellen die aansluiten bij de leefwereld van de jongeren is niet evident. Als u de betrokkenheid van de leerlingen wilt vergroten dan moet u er rekening mee houden dat elk kind uniek is. Wat de ene leerling boeit, interesseert de andere nauwelijks. Allereerst is het nodig om het leerplan even onder de loep te nemen. In het eerste hoofdstuk verkrijgt u dan ook allerlei informatie dat te maken heeft met de eerste graad: u komt er te weten hoe deze graad georganiseerd is en hoeveel wiskunde er terug te vinden is in de verscheidene lessenroosters. In een tweede hoofdstuk komen de voornaamste leerproblemen aan bod. Begrippen als faalangst, dyslexie en dyscalculie zullen voor u geen onbekende woorden blijven. Wilt u meer te weten komen over de rekenstoornissen dan is dit hoofdstuk zeker een aanrader. De rekenstoornissen zijn er in een notendop onderverdeeld onder drie subtypen: het visueel ruimtelijk type, het procedurele type en het verbaalgeheugen type. De kern van dit eindwerk vindt u terug in de twee volgende hoofdstukken. Het derde hoofdstuk bevat de eigenlijke oefeningen om het vak wiskunde aantrekkelijker te maken. Dit hoofdstuk kostte bloed, zweet en tranen. In het vierde hoofdstuk vindt u de handleiding en de verantwoording terug van de respectievelijke oefeningen. Tenslotte bevatten de bijlagen voornamelijk de oplossingen van deze oefeningen. (Bron: auteur)
Choose an application
Choose an application
Choose an application
Choose an application
Choose an application
Listing 1 - 6 of 6 |
Sort by
|