Listing 1 - 10 of 11 | << page >> |
Sort by
|
Choose an application
Sociology of minorities --- Sociology of the family. Sociology of sexuality --- Demography --- Educational sciences --- interculturaliteit --- diversiteit --- Migration background --- Migration --- Upbringing --- Reports [materialtype] --- Netherlands
Choose an application
Sociology of minorities --- Sociology of the family. Sociology of sexuality --- Educational sciences --- Migration background --- Upbringing --- Attitudes --- Factsheet [materialtype] --- Chiffres --- Netherlands
Choose an application
Dit rapport belicht de opvoeding van minderjarige kinderen door ouders van niet-westerse komaf. Vooral ouders en kinderen van Turkse, Marokkaanse, Surinaamse en Antilliaanse herkomst staan centraal. Op basis van eerder kwalitatief onderzoek en bestaande kwantitatieve onderzoeksgegevens wordt een algemeen beeld van de opvoeding in deze gezinnen geschetst. Ter actualisering en verdieping zijn er in 2015 focusgroepgesprekken gehouden met enkele migrantenouders en met professionals die werkzaam zijn in het onderwijs, de zorg of bij de gemeente. 0Er is aandacht voor verschillende thema's: Wat vinden niet-westerse migrantenouders bijvoorbeeld belangrijk in de opvoeding? Welke opvoedmethodes hanteren zij volgens henzelf en volgens de kinderen? Welke zorgen maken ouders zich en welke steun krijgen zij bij hun opvoedtaak vanuit hun omgeving? En hoe gaat het met het welzijn van migrantenkinderen en welke rol kan de opvoeding daarbij spelen? De redacteuren, Freek Bucx en Simone de Roos, zijn beiden werkzaam bij de onderzoekssector Zorg, Emancipatie en Tijdsbesteding van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Zij doen onderzoek naar de zorg voor en opvoeding van de jeugd en hun psychosociale gezondheid.
Sociology of minorities --- Age group sociology --- Netherlands
Choose an application
Dit rapport belicht de opvoeding van minderjarige kinderen door ouders van niet-westerse komaf. Vooral ouders en kinderen van Turkse, Marokkaanse, Surinaamse en Antilliaanse herkomst staan centraal. Op basis van eerder kwalitatief onderzoek en bestaande kwantitatieve onderzoeksgegevens wordt een algemeen beeld van de opvoeding in deze gezinnen geschetst. Ter actualisering en verdieping zijn er in 2015 focusgroepgesprekken gehouden met enkele migrantenouders en met professionals die werkzaam zijn in het onderwijs, de zorg of bij de gemeente.Er is aandacht voor verschillende thema’s: Wat vinden niet-westerse migrantenouders bijvoorbeeld belangrijk in de opvoeding? Welke opvoedmethodes hanteren zij volgens henzelf en volgens de kinderen? Welke zorgen maken ouders zich en welke steun krijgen zij bij hun opvoedtaak vanuit hun omgeving? En hoe gaat het met het welzijn van migrantenkinderen en welke rol kan de opvoeding daarbij spelen?
Choose an application
Choose an application
De toetreding van Polen tot de Europese Unie in 2004 en van Bulgarije en Roemenië in 2007 heeft geleid tot een toename van migranten uit deze landen naar Nederland. Hoe gaat het met de kinderen van deze migranten in Nederland? Kunnen zij hier goed aarden of ervaren zij aansluitingsproblemen?In dit rapport komen ouders aan het woord over het leven van hun kinderen in Nederland. Het gaat om migranten die geregistreerd staan in de Nederlandse bevolkingsadministratie. Zij vertellen over het leven van hun kind binnen het gezin (opvoeding en hun relatie met het kind) en daarbuiten (onderwijs, sociale contacten, sport en vrije tijd). Ook geven zij hun mening over het welbevinden, de gezondheid en eventueel probleemgedrag van hun kind. Ten slotte komt hun eigen achtergrond, de context waarin de kinderen leven en het gebruik van voorzieningen als kinderopvang en gezondheidszorg aan bod.Deze studie is een vervolg op de verkennende studie Poolse, Bulgaarse en Roemeense kinderen in Nederland en is vervaardigd op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid/Directie Samenleving en Integratie.
Choose an application
Choose an application
Choose an application
Over het algemeen gaat het goed met de jeugd in Nederland. Maar er zijn ook problemen: ieder jaar weer blijkt het gebruik van jeugdzorgvoorzieningen te zijn toegenomen. Het is belangrijk om zicht te hebben op wie de gebruikers van deze voorzieningen zijn, ook met het oog op het overnemen van de verantwoordelijkheid voor de jeugdzorg door de gemeenten vanaf 2015. Wat zijn bijvoorbeeld de kenmerken van de gebruikers? Welke problemen ervaren zij? Is er veel overlap in het gebruik van verschillende voorzieningen? En welke redenen zijn er om wel of geen gebruik te maken van jeugdzorg? Het beantwoorden van dergelijke vragen is niet eenvoudig, onder andere omdat de jeugdzorgsector op dit moment nogal gefragmenteerd is.Sinds 2011 beschikt het SCP over gegevens omtrent problemen bij jeugdigen en hun opvoeders, en hun jeugdzorggebruik, vanuit een grootschalige en representatieve enquête onder ouders van jeugdigen tussen 0 en 18 jaar. Deze gegevens maken het mogelijk om in samenhang onderzoek te doen naar het jeugdzorggebruik in de verschillende sectoren. In dit rapport wordt inzicht gegeven in het voorkomen van problemen en de samenhang hiervan met zorggebruik. We doen dit aan de hand van twee centrale vragen. Wat zijn de determinanten van het ontstaan van ernstige kind- en opvoedproblematiek? En: welke samenhang is er tussen gerapporteerde problemen en jeugdzorggebruik?www.scp.nl
323 --- Nederland --- jeugdhulpverlening --- opvoedingsondersteuning --- Opvoedingsondersteuning ; jeugdzorg --- jeugdzorg --- Sociale problemen van en zorg voor jeugdigen --- 362.7 --- Jeugdzorg --- Jeugdhulpverlening --- Kinderen --- Opvoedingsproblemen --- #SBIB:328H211 --- #SBIB:35H6011 --- Instellingen en beleid: Nederland --- Bestuur en beleid: nationale en regionale studies: Nederland --- Kind --- Opvoedingsprobleem --- Jeugd --- Media --- Ontwikkelingsstoornis --- Fysiotherapie --- Vietnam --- Zuid-Afrika --- Kust --- Literatuur
Choose an application
Het SCP onderzocht samen met de Vrije Universiteit (VU) Amsterdam in hoeverre scholieren (12-16 jaar) die een langdurig ziek gezinslid hebben, verschillen van degenen zonder ziek gezinslid op ervaren gezondheid, psychosomatische klachten, levenstevredenheid en schooldruk. Ook keken we naar tijdsbesteding aan taken thuis en steun vanuit de omgeving als mogelijke verklaringen voor verschillen tussen deze groepen scholieren.De studie is gebaseerd op een enquête die eind 2017 is uitgezet onder scholieren in Nederland (Health Behaviour in School-aged Children studie, HBSC'17). Aan dit onderzoek deden 6500 respondenten van het voortgezet onderwijs mee, inclusief ruim 1200 met een langdurig ziek gezinslid. Langdurig ziek betekent dat het om een situatie gaat die langer dan drie maanden duurt en waarbij sprake is van een lichamelijke of psychische aandoening (zoals kanker, suikerziekte, hartziekten, depressie, verslaving, autisme of een verstandelijke beperking).
Listing 1 - 10 of 11 | << page >> |
Sort by
|