Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Tijdens het eerste deel van de masterstudio onderzochten we met het atelier bouwblokken en typologieën in Gent. We analyseerden de bouwblokken ruimtelijk en bekeken ze in hun bredere context, de typologieën onderzochten we voornamelijk planmatig en structureel. Beide werden steeds vergeleken met andere voorbeelden, zodat we de bouwblokken en typologieën in kleinere categorieën konden opdelen. Uit het onderzoek van het eerste semester analyseerde ik enkele bouwblokken en typologieën die mij het meest aanspraken of die unieke karakteristieken hadden. Dit door de context van mijn site te vergelijken met de context waarin het bouwblok of de typologie zich bevindt, door de structuur te onderzoeken, de ruimtelijke en visuele kenmerken te analyseren. Ik koppelde steeds terug tussen de twee, wat is er van toepassing op mijn ontwerp? Naar welke elementen kan ik refereren? Mijn masterproef vertrekt dan ook vanuit een interesse in enkele typologieën. De grote lijnen in mijn ontwerp zijn ontstaan door de referentie naar enkele bouwblokken en typologieën in Gent. Daarnaast gaat mijn zoektocht verder dan de loutere analyse van typologieën en bouwblokken: ik heb bovendien mijn inspiratie gezocht in het ruime stadsweefsel van Gent. Hierbij gaat het niet rechtstreeks over een gebouw, maar gaat het over ruimtelijk interessante ontdekkingen in Gent die vooral visueel mijn aandacht trekken. Kwaliteiten die ik ruimtelijk of vormelijk interessant vind. Dit zijn soms enigszins onbeduidende fragmenten, maar die door hun context in het straatbeeld voor mij relevant worden. In deze masterproef analyseer ik wat dit doet met de ruimtebeleving, zodat ik kan achterhalen waarom ik net dat detail interessant vind voor mijn eigen ontwerp. De bouwblokken typologieën en fragmenten vormden mijn ‘kapstok’ van waaruit ik mijn gebouw ontworpen heb. In mijn masterproef bespreek ik waarom ik de referenties interessant vind, wat dit betekent in zijn context, en op welke manier ik dit heb vertaald naar mijn ontwerp. Zo is mijn ontwerp een uitwerking van mijn persoonlijke kijk op het architecturaal DNA van Gent.

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

samenvatting De masterproef Structural Typologies bestond uit een algemeen masterplan op de nieuwe dokken in Gent. Deze werd verdeeld in drie regio’s waar elk op een andere stedenbouwkundige manier mee werd omgegaan. Mijn masterproef bevindt zich in het centrale gebied ten westen van de Afrikalaan, Het bestaat uit een toren, een kunsthal en een industrie gebouw. Een scharnier, een plein en een buffer. Algemeen We bevinden ons aan de noordoost kant van het centrale gebied. Alle zichtlijnen van het park en de overkant van het water komen op één plek terecht, een toren. Wanneer we het gezicht van de site benaderen blijkt deze de weg te leiden naar het interieur van het bouwblok. De toren die vanuit het park slank oogt, wordt nu een langwerpige opsomming van gelijkaardige volumes. Een afscheiding van het exterieur, aan de noordkant van het plein. Eenmaal op dit plein, springt er een relatief klein maar toch opvallend volume in het oog. Met zijn geaccentueerde ingang, doorzichtige gevel en spel van gekleurde technieken trekt hij de aandacht naar zich toe. Het is de kunsthal, die het publieke plein oplaadt. De lengte van de toren kadreert samen met dit museum een kleine groene plek Deze oase is de plaats waar zowel de publieke maak als de privé industrie als de structuur die ze huist samenkomt. Dit gebouw vormt aan de oostkant van het bouwblok een buffer met de Afrikalaan. Via zijn deels publieke functie en opvallende buitenplaats wordt verzekerd dat deze buffer een verlengde wordt van het plein, niet een achterbuurt. Domino house/ Domino toren De basis van de toren bestaat uit drie vierkanten verbonden en gescheiden door twee dubbele kokers. Zijn primaire structuur is gebaseerd op het beroemde domino house van Le Corbusier. Alle extra benodigdheden worden in lagen toegevoegd aan deze basis schakeling. Slim geplaatste kokers maken plaats voor extractie en afvoer. Door hun specifieke plaats in de basisstructuur zijn ze nuttig voor elk verdiep, onafhankelijk van de functie. De vliesgevel wordt buiten het vlak bevestigd om de basis vorm in stand te houden, met hieraan luifels die fungeren als zonnewering. Alle interieur opdelingen worden gemaakt met clt(+spouw). Finaal worden de appartementen voorzien van inpandige terrassen.de restruimte die ontstaat door het verschil in diepte van de circulatie ten opzichte van de vloerplaten worden dubbelhoge terrassen. Door deze open te laten wordt het spel van vierkanten en verbindende kokers versterkt en wordt een royale plek voorzien voor de appartementen. Dit alles resulteert in een gebouw dat zowel kantoren als appartementen kan voorzien, waarbij de verhouding van beiden kan veranderen. Zo wordt een toren gemaakt dei doorheen de tijd relevant zal blijven.

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

CO.Space Mijn project gaat genaamd als co. Space. komende van collectieve ruimte en van het. Combinere van functies op de site. Mijn project is een zoektocht naar hoe men kleine industrie en woningen op een manier kan samen voegen zonder dat daarbij kwaliteiten verloren gaan. Ik ga na hoe openbare ruimtes en zijn invulling hierbij een rol kunnen spelen.

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Beluiken zijn een woontypologie ontwikkeld in 19de eeuw. Beluiken zijn een groep van kleine woningen rond een gedeelde binnenplaats. Op deze inpandige terreinen worden de woningen gegroepeerd rond straten, stegen of pleintjes. Als reactie, in de jaren 30 van de 20e eeuw, op de beluiken werden tuinwijken ontworpen; woningen met voor- en achtertuinen in het groen, waar er dus veel meer ruimte en licht geboden kan worden. Gezien de behoefte aan licht en groen, is het aangewezen om de beluiken te herinterpreteren. Nochtans dragen ze wel verschillende kwaliteiten in zich die ze uniek én typisch Gents maken. In een klassiek beluik is de straat, steeg of plein een overgedimensioneerde circulatieruimte die toegeëigend kan worden door de bewoners van het beluik. De kwaliteit hiervan zit hem in de gedeelde binnenplaats waarlangs de woningen toegankelijk zijn. Deze binnenplaats biedt plaats voor groen en ontmoeting. Dit zorgt niet alleen voor een groepsgevoel en een sterke identiteit, maar laat ook toeëigening toe. Daardoor voelt deze ook altijd heel geborgen en persoonlijk aan. Dit element vormt het uitgangspunt voor de herinterpretatie van het beluik anno 2022. Volgens het masterplan wordt de rand van het perceel aanzien als economisch waardevol en wordt bijgevolg voorgeschreven om 5 bouwlagen hoog te bouwen. Aangezien 3 bouwlagen de gebruikelijke hoogte is voor beluiken, worden er verschillende typologieën gestapeld. Niet enkel voor de grondgebonden wooneenheden, maar ook voor deze op hogere niveaus wordt de circulatieruimte overgedimensioneerd om toeëigening mogelijk te maken. Op die manier staan de bovenste wooneenheden in de nieuwe vorm van beluiken in het verlengde van de onderste bouwlagen, is er grote verbondenheid tussen de niveaus en voelt het aan als een geheel. Op deze manier worden de kwaliteiten van de beluiken geïmplementeerd in de gestapelde woontypologieën.

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Met deze masterproef werken we op de site rond de Afrikalaan, centraal tussen het handelsdok en het spoorwegennet in het Oosten. Dit ‘eiland’ wordt omgevormd tot een meer stedelijk landschap. Het wordt een mix van wonen en werken. Momenteel is er al een ruimtelijk uitvoeringsplan voor de site opgesteld door Gent op basis van onderzoeken door OMA, BUUR Architecten en TAB-architecten. Met deze documenten zijn we op zoek gegaan naar de voor- en nadelen van de richtlijnen voor de site. Hieruit hebben we dan een eigen interpretatie uitgewerkt voor het gebied. Dit werk is gecatalogiseerd in het gezamenlijke werk met heel het atelier. Als voorbereidend onderzoek zijn we gaan kijken naar typologieën en bouwblokken in Gent. Deze werden verzameld in een catalogus die we dan konden gebruiken als basisdocumenten. Ze bestaan uit plannen van verschillende gebouwen opgedeeld volgens hun structurele methode en functie. Ze bieden een leidraad van hoe bepaalde situaties worden behandeld en opgelost. De bouwblokken tonen hoe de bebouwing en het stedelijke weefsel is gevormd in Gent. De posities van de gebouwen tegenover elkaar, de open ruimte, een doorgang tussen de gebouwen … Dit werk is gecatalogiseerd in het gezamenlijke werk met heel het atelier. Na dit onderzoek werkte elke student individueel verder in een deelgebied van de site. De deelgebieden zijn ontworpen met een kleinere groep studenten. Ik werkte mijn ontwerp uit in het centrale deelgebied, gelegen langs de nieuwe weg die de Verapazbrug verbindt met de Afrikalaan. Ik ben mij de vraag beginnen stellen hoe bepaalde typologieën kunnen verwerkt worden in mijn ontwerp. Het programma bestaat buiten handelsruimtes vooral uit wonen, daarom ben ik de typologische plannen gaan bekijken van appartementen. Hoe is de circulatie georganiseerd? Hoe zijn de appartementen georganisseerd? … Niet alleen de plannen zijn belangrijk, ook de vormgeving van een gebouw bepaald de architectuur. Welke proporties vind ik terug? Hoe profileert de gevel zich? Mijn bouwblok wordt bepaald door het handelsdok, de nieuwe ringweg en het centrale plein van het deelgebied. Langs de nieuwe ringweg zijn er handelsruimtes. Ze zorgen voor een soort buffer tussen de ringweg en het wonen. Om het plein van het deelgebied meer karakter te geven krijgt het als bekroning een toren die zich ontwikkeld op de hoek van mijn bouwblok. De belangrijkste functie, het wonen, is ontworpen via typologische plannen. Ik heb me hiervoor gebasseerd op de Olympia residentie en de sociale woningen Nekkersput in Gent. Deze laatste referentie heeft me geïntrigeerd. Het gebouw bestaat uit een bestaande betonstructuur, om extra leefkwaliteit en buitenruimte te creëren hebben ze een staalstructuur gecreëerd als terras. Naar het idee van een structuur te gaan ontwerpen die een flexibele invulling kan hebben naar de toekomst toe vond ik dit zeer interessant. De terrassen fungeren als dienende rol voor het wonen en is volledig geïntegreerd in het ontwerp. Bovendien creëert het een kwalitatieve buitenruimte en geeft het karakter aan het bouwblok met z’n toren. Een toren waarbij ik als referentie de Boekentoren ben gaan gebruiken. Het bouwblok aan de Verapazbrug en het handelsdok, voorzien van handelsruimtes en vooral woningen, is dus niet alleen planmatig gebaseerd op typologieën maar ook qua proportie en gevel. De gevel wordt gekenmerkt door de secundaire terrassenstructuur. Het geheel vormt de ‘groene’ draad doorheen bouwblok en toren.