Narrow your search

Library

Odisee (3)


Resource type

dissertation (3)


Language

Dutch (3)


Year
From To Submit

2013 (1)

2012 (2)

Listing 1 - 3 of 3
Sort by

Dissertation
Het gebruik van nanofiltratie bij de fractionatie van kippenhydroysaat.
Authors: --- --- --- ---
Year: 2012 Publisher: Gent KAHO Sint-Lieven

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

De doelstelling van deze thesis is het onderzoek naar het gebruik van verschillende nanofiltratiemembranen bij de fractionatie van kippenhydrolysaat. Dit kadert in het Europees meCagrO2 project inzake de valorisatie van afvalstromen in de voedingsindustrie. Eiwithydrolysaten zijn complexe mengsels zijn die bestaan uit aminozuren, peptiden en eiwitten. Aminozuren, met een moleculair gewicht van 75 tot 204 g.mol-1, zouden selectief afgescheiden moeten kunnen worden door nanofiltratiemembranen met een poriëndiameter van 300 tot 1000 Da. Deze theorie wordt nagegaan voor een NF97, een NF99HF en een NF type nanofiltratiemembraan van Alfa Laval. De membranen verschillen in structuur, membraanweerstand en retentie. De fabrikant geeft aan dat de poriëngrootte van de drie membranen rond de 300 Da gelegen is. Uit de resultaten wordt geconcludeerd dat de drie onderzochte membranen niet geschikt zijn voor de separatie van aminozuren uit de hydrolysaatstroom. Dit wordt veroorzaakt door een te kleine poriëndiameter of door afstoting wegens tegengestelde ladingen. De membranen scoorden echter wel goed naar separatie van zouten toe. Het NF membraan blijkt uitermate geschikt voor de verwijdering van monovalente ionen uit een stroom (R_(〖Na〗 + )=25%,R_(K + )=29%,R_(〖Cl〗 - )=2%) , maar bezit een lagere waterflux dan het NF99HF membraan. Het NF99HF membraan is volgens de fabrikant speciaal ontworpen voor zijn hoge flux en tijdens alle experimenten wordt deze eigenschap bevestigd. Het NF97 membraan vertoont hoge retenties voor de geanalyseerde zouten en stikstofhoudende fracties (R_zouten=91 tot 100%,R_(Totaal-N)=99%). Het membraan leunt qua eigenschappen aan bij een reversed osmose membraan. Dat de temperatuur ook een belangrijke rol speelt bij het gebruik van NF-membranen is gebleken uit de experimenten waarbij de flux in functie van de temperatuur werd uitgezet. De flux neemt voor alle membranen lineair toe met de temperatuur. De temperatuur wordt echter gelimiteerd door de denaturatietemperatuur van de aanwezige eiwitten en de maximale werkingstemperatuur van het membraan. Als optimale filtratietemperatuur wordt 46 °C aangenomen voor alle experimenten. De meeste enzymatische hydrolysen worden op een hogere temperatuur uitgevoerd, waardoor de restwarmte van de stroom onmiddellijk gebruikt kan worden in het filtratieproces.

Keywords


Dissertation
Optimalisatie van de spectrofuorimetrische bepaling van Zn-protoporfyrine IX in een vleesextract.
Authors: --- --- --- ---
Year: 2012 Publisher: Gent KAHO Sint-Lieven

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Nitriet is, naast een belangrijke antimicrobiële component, een additief dat in vleeswaren, zoals droge gefermenteerde worsten, ingezet wordt voor de kleurvorming. Aangezien dit nitriet echter verantwoordelijk zou zijn voor de vorming van carcinogene N-nitrosamines, wordt er reeds lange tijd gezocht naar een alternatief. Bij onderzoek naar de kleurvorming van Parmaham, waarbij tijdens de productie geen nitriet wordt toegevoegd, werd vastgesteld dat het aanwezige Zn-protoporfyrine IX verantwoordelijk is voor de rode kleur. Om na te gaan hoe dit Zn-protoporfyrine IX gevormd kan worden in droge gefermenteerde worsten is een betrouwbare analysetechniek essentieel. Binnen deze studie werd getracht een betrouwbare analysetechniek op punt te stellen, namelijk de spectrofluorimetrische bepaling van Zn-protoporfyrine IX in vleesextract. Hiertoe werd in eerste instantie de detectie geoptimaliseerd waarbij de excitatie- en emissiegolflengte werden vastgelegd op respectievelijk 415 nm en 587 nm. Uit verschillende experimenten is ook gebleken dat een oplossing van Zn-protoporfyrine IX in 75 % aceton enkel stabiel is in een donkere ruimte en dat het gebied waarbinnen een lineair verband bestaat tussen de intensiteit en de concentratie aan Zn-protoporfyrine IX in 75 % aceton ligt bij Zn-protoporfyrine IX concentraties tussen 2,01.10-8 en 2,51.10-7 mol/l. Uitgaande van een bestaande procedure werd binnen dit eindwerk ook de extractie van Zn-protoporfyrine IX uit Parmaham geoptimaliseerd. Hierbij werden verschillende aanpassingen doorgevoerd waaronder de verhouding van vlees ten opzichte van het extractievolume (5 g vlees werd gereduceerd tot 1 g vlees), het vervangen van filtreerpapier door een filterspuit en het gebruik van 5 keer meer 75 % aceton voor de elutie van Zn-protoporfyrine IX uit de SPE-kolom. Finaal werd in functie van de kwantificatie van Zn-protoporfyrine IX in een Parmaham extract, het matrixeffect gecontroleerd. Hiertoe werden standaardkalibratiecurves vergeleken met kalibratiecurves op vleesstalen. Uit de resultaten kon besloten worden dat de vleesmatrix een niet te onderschatten invloed had op de resultaten. Om dit matrixeffect te minimaliseren is het nodig de extractieprocedure verder aan te passen.

Keywords


Dissertation
Valorisatie van de nevenstromen in de zeevisserij.
Authors: --- --- --- --- --- et al.
Year: 2013 Publisher: Gent KaHo Sint-Lieven

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords

Listing 1 - 3 of 3
Sort by