Narrow your search

Library

KU Leuven (5)

UGent (4)

KBR (3)

UCLouvain (3)

ULiège (3)

Royal Museums of Art and History (2)

UAntwerpen (1)

ULB (1)


Resource type

book (4)

dissertation (2)


Language

English (5)

Dutch (1)


Year
From To Submit

2021 (1)

2010 (2)

2008 (1)

2007 (1)

2000 (1)

Listing 1 - 6 of 6
Sort by

Book
Egypt and Syria in the fatimid, ayyubid and mamluk eras 5
Authors: ---
ISBN: 9789042919457 9789042926318 9789042932319 9042926317 9042932317 9042919450 Year: 2007 Volume: 223 Publisher: Leuven : Peeters,

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

The eighth volume of proceedings of the International Colloquia on the History of Egypt and Syria in the Fatimid, Ayyubid and Mamluk Eras covers the 19th, 20th, 21st and 22nd gatherings, organized at Ghent University in 2010, 2011, 2012 and 2013. True to tradition, the 27 articles deal with a wide variety of scholarly subjects, all revolving around the central theme of Syro-Egypt's high and late medieval history. Topics dealt with include archaeology, architecture, codicology, economic, political, and religious history, as well as belles-lettres. With contributions by P.-V. Claverie, N. Coureas, J.-Ch. Ducène, H. Hanisch, D. Igarashi, G. Lelli, Y. Lev, P. Moukarzel, D. Nicolle, C. Onimus, M. Piana, S. Pradines, B. Shoshan, N. Vanthieghem, Th.M. Wijntjes, J. Yeshaya, K. Yosef and M. Zouihal.

Keywords

Ayyubids --- -Fatimites --- -Mamelukes --- -Academic collection --- Mamluks --- Ayubites --- Congresses --- Egypt --- Syria --- History --- -Congresses. --- Conferences - Meetings --- Ayyubids. --- Fatimites. --- 640-1517 --- Fatimides --- Ayyubides --- Fātimides --- Ayyūbides --- Caliphs --- Ismailites --- Égypte --- Ägypten --- Egitto --- Egipet --- Egiptos --- Miṣr --- Southern Region (United Arab Republic) --- Egyptian Region (United Arab Republic) --- Iqlīm al-Janūbī (United Arab Republic) --- Egyptian Territory (United Arab Republic) --- Egipat --- Arab Republic of Egypt --- A.R.E. --- ARE (Arab Republic of Egypt) --- Jumhūrīyat Miṣr al-ʻArabīyah --- Mitsrayim --- Egipt --- Ijiptʻŭ --- Misri --- Ancient Egypt --- Gouvernement royal égyptien --- جمهورية مصر العربية --- مِصر‎ --- مَصر‎ --- Maṣr --- Khēmi --- エジプト --- Ejiputo --- Egypti --- Egypten --- מצרים --- United Arab Republic --- Sirii︠a︡ --- Iqlīm al-Sūrī (United Arab Republic) --- Iqlīm al-Shamālī (United Arab Republic) --- Syrian Region (United Arab Republic) --- سوريا --- Sūriyā --- Jumhūrīyah al-ʻArabīyah al-Sūrīyah --- Syrian Arab Republic --- République arabe syrienne --- Sowria --- Syrie --- R.A.S. --- RAS --- Ittiḥād al-Duwal al-Sūrīyah --- Fédération des États de Syrie --- Syrische Arabische Republik --- SAR --- Suryah --- Arabska Republika Syryjska --- Syrien --- Jumhuriya al-Arabya as-Suriya --- Repubblica Araba Siriana --- جمهورية العربية السورية --- Jumhūriyyah al-ʻArabiyyah as-Sūriyyah --- Сірыя --- Siryi︠a︡ --- Сірыйская Арабская Рэспубліка --- Siryĭskai︠a︡ Arabskai︠a︡ Rėspublika --- Сирийската арабска република --- Siriĭskata arabska republika --- Συρία --- Αραβική Δημοκρατία της Συρίας --- Aravikē Dēmokratia tēs Syrias --- 시리아 --- Siria --- סוריה --- רפובליקה הערבית הסורית --- Republiḳah ha-ʻArvit ha-Surit --- シリア --- Shiria --- Сирия --- Сирийская Арабская Республика --- Siriĭskai︠a︡ Arabskai︠a︡ Respublika --- Сирія --- Syrii︠a︡ --- Сирійська Арабська республіка --- Syriĭsʹka Arabsʹka respublika --- 敘利亞 --- Xuliya --- Fatimites --- Mamelukes --- Mamelouks --- Congresses. --- Congrès --- Egypte --- Histoire --- 1250-1517 --- 640-1250 --- 750-1260 --- 1260-1516 --- Fatimites - Congresses --- Ayyubids - Congresses --- Mamelukes - Congresses --- Egypt - History - 640-1250 - Congresses --- Egypt - History - 1250-1517 - Congresses --- Syria - History - 750-1260 - Congresses --- Syria - History - 1260-1516 - Congresses --- -Congresses


Book
Browsing through the Sultan's bookshelves : towards a reconstruction of the library of the Mamluk Sultan Qāniṣawh al-Ghawrī (r. 906-922/1501-1516)
Authors: ---
ISBN: 9783847112921 3847112929 Year: 2021 Publisher: Göttingen : V&R unipress,


Book
Continuity and change in the realms of Islam : studies in honour of Professor Urbain Vermeulen
Authors: --- ---
ISBN: 9789042919914 9042919914 Year: 2008 Volume: 171 Publisher: Leuven Dudley, MA : Peeters en Departement Oosterse Studies,

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract


Dissertation
Het verblijf van Nāsir al Dīn Sāh in Belgiê van 13 tot 18 juni 1873 : faits divers of mijlpaal in de Perzische geschiedenis?

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords


Dissertation
Writing norms, code interferences and textual dynamics : a study of 18th- and 19th-century Chaghatay texts.
Authors: --- --- ---
Year: 2010 Publisher: Leuven K.U.Leuven. Faculteit Letteren

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

(0) Het doctoraatsonderzoek biedt een linguïstische analyse van vijf Tsjaghataïsche teksten, daterend van de 18de en de 19de eeuw. Centraal binnen deze analyse staat de evaluatie van [non-Tsjaghataïsche] tekstuele kenmerken, die geattesteerd zijn in het corpus; het methodologisch kader voor het onderzoek is het Diglossic Code Switching (DCS)-model. (1) De volgende vijf handschriften, alle ongepubliceerd, worden uitgegeven (in transcriptie en facsimile), vertaald en geanalyseerd binnen het DCS-kader: (a) Hâkim Sûfî Khwâdja Bay Oghlï, een ongetiteld pelgrimsreisverslag (Uppsala); (b-c) Husâm Kâtib, Dâstân-i Djumdjuma Sultân (Sint-Petersburg); (d) An., Quw Basj Kitâb (Uppsala); en (e) An., Sultân Djumdjuma (Parijs). Deze handschriften hebben als belangrijk gemeenschappelijk kenmerk het feit dat zij in de beschikbare catalogi beschreven worden als zijnde opgesteld in het “Tsjaghataïsch”. Het is precies deze gemeenschappelijke benaming die aan een nader onderzoek onderworpen wordt. (2) Globaal gesteld worden de volgende drie analysemodellen getoetst bij de evaluatie van het corpus: (2.1) “Eerste unicodale benadering”: De initiële a priori veronderstelling vertrekt vanuit de gemeenschappelijke benaming van de handschriften. De kopiisten/schrijvers zijn hierbij verondersteld volledig te beantwoorden aan de Tsjaghataïsche schrijfnorm, waarbij alle geografische, chronologische, linguïstische en socio-culturele grenzen, die hen scheiden van de hoogtepunten van de Tsjaghataïsche literatuur, overstegen worden; en het corpus wordt onderworpen aan een strikt “Tsjaghataïsche lezing”. Deze lezing stuit echter een aantal [non-Tsjaghataïsche] kenmerken (geïdentificeerd op basis van de voorhanden zijnde descriptieve grammatica’s en lexica). Dit probleem zou omzeild kunnen worden door de reikwijdte van het begrip “Tsjaghataïsch” zodanig te gaan verbreden dat het alle linguïstische kenmerken van het corpus zou accommoderen, i.e., door het Tsjaghataïsch een maximaal-negatieve / minimaal-positieve invulling te geven (bijv. “Tsjaghataïsch is ‘de taal van alle 15de tot 19de-eeuwse Turkse teksten die niet opgesteld zijn in het Ottomaans Turks’”). Het spreekt echter voor zich dat een dergelijke definitie van het Tsjaghataïsch een “linguïstisch vacuüm” constitueert, waarin omzeggens elk Turks kenmerk van het premoderne Turkse corpus kan ondergebracht worden. Op die wijze wordt het moeilijk, of zelfs ondoenbaar, aan de (achter de teksten liggende) taal een duidelijk structureel patroon toe te kennen. Bijgevolg dringt zich een herziening op van de "Eerste unicodale benadering" onder de koepelterm “Tsjaghataïsch”. Twee alternatieve analysemodellen werden vervolgens ontwikkeld en getoetst met het tweevoudige doel (a) vermijden dat het Tsjaghataïsch een linguïstisch uitgehold begrip wordt, en (b) alle kenmerken aanwezig in het corpus een pertinente duiding te geven: (2.2) “Bicodale benadering”: Niettegenstaande het feit dat het corpus een aantal [non-Tsjaghataïsche] kenmerken vertoont, kan men niet ontkennen dat het Tsjaghataïsch een sleutelrol speelt voor alle bestudeerde handschriften. Deze rol dient echter correct begrepen te worden: het Tsjaghataïsch vormde niet zozeer een “linguïstische realiteit”, i.e., een concrete taal waarin de handschriften opgesteld zijn, maar functioneerde eerder als een schrijfnorm, een standaard overeenkomstig dewelke de kopiist of schrijver wenste en poogde te schrijven (met variërend succes). Zoals reeds vermeld staat niet zozeer het normatieve Tsjaghataïsch centraal binnen onze analyse, maar wel de feitelijke linguïstische realisaties door de kopiisten of schrijvers. Een zeer geschikt concept om met deze “norm versus realisatie” om te gaan is Ferguson’s diglossie (door ons aangepast onder de vorm van “uitgebreide multiglossie”), waarbij de Tsjaghataïsche norm, die functioneert als de H(igh variety) of de W(ritten language), zich op diglossische wijze verhoudt tot de S(poken language) of L(ow variety) van de kopiist of schrijver. Het voorkomen van [non-Tsjaghataïsche] ~ [non-W] kenmerken wordt dan verklaard vanuit de veronderstelling van een proces van Code Switching tussen [W] en [S]. De “mixed utterances” die hiervan het resultaat zijn, kunnen ofwel opzettelijk zijn, in geval waarvan we spreken van Code Integratie, ofwel onopzettelijk zijn, in geval waarvan we spreken van Code Interferentie. Alle kenmerken van de handschriften worden nu geëvalueerd in termen van [±W] en [±S], i.e., in termen van het norm-Tsjaghataïsch als primaire code en de spreektaal van de kopiist of schrijver als de secundaire code, en deze secundaire code wordt tentatief geïdentificeerd. Eventueel wordt de mogelijkheid van een derde of vierde code afgetoetst met het oog op het reduceren van het aantal kenmerken die als [non-W][non-S] geëvalueerd worden binnen een bicodale benadering. De “Bicodale benadering” is evenzeer een hypothese als de “Eerste unicodale benadering”. Hier wordt a priori verondersteld dat (a) het Tsjaghataïsch functioneel is als [W]-norm, en (b) dat er Code Switching plaatsvindt tussen [W] en [S]; ze dient dan ook uitvoerig geargumenteerd te worden. In het bijzonder dient deze afgewogen te worden tegenover een ander analysemodel om met [non-Tsjaghataïsche] kenmerken om te gaan: (2.3) “Tweede unicodale benadering”: Als een tweede alternatief gaat deze benadering uit van de veronderstelling dat de tekst opnieuw in één enkele code is opgesteld; een code die, gezien de problematiek van de “Eerste unicodale benadering”, natuurlijk elders gezocht dient te worden dan in het Tsjaghataïsch. Daarenboven dient deze, teneinde alle linguïstische kenmerken te accommoderen, noodzakelijkerwijze een M(ixed code) te zijn. Deze M-code, bestaande uit een primair (M1) en een secundair (M2) stratum, is tot stand gekomen via Code Copying, een proces waarbij kenmerken van code [M2] in code [M1] gekopieerd werden. Waar de “Bicodale benadering” uitging van “mixed utterances”, i.e., van ad hoc realisaties die voortkomen uit twee(hier en nu) interfererende of geïntegreerde codes, wordt hier een Mixed Code verondersteld, een idio- of dialectaal gegeven. Deze [M]-code, die verondersteld wordt overeen te stemmen met de spreektaal van de kopiist of schrijver, wordt vervolgens tentatief geïdentificeerd. (3) De toetsing van deze drie analysemodellen luidde tot het besluit dat de “Bicodale benadering” het meest toepasbaar en meest geschikt is, gezien zijn grotere operationaliteit. Verder dient hier ook zijn hogere probabiliteit benadrukt te worden. Per slot van rekening is het, gegeven de specifieke socio-linguïstische omstandigheden, onwaarschijnlijk dat een kopiist of schrijver de beschikbare en heersende [W] norm volledig naast zich zou neerleggen, en in plaats daarvan een [S] code tot schrijfnorm zou gaan verheffen, waarbij hij dan verplicht zou zijn om van nul te beginnen. Vanuit onze tentatieve identificatie van de [S] codes, zijn we nu in staat om de handschriften te herbenoemen wat hun codes betreft: niet langer dienen zij alle ondergebracht te worden onder het Tsjaghataïsch als hun enige en identieke code; in plaats daarvan kunnen zij nu nauwer geïdentificeerd worden aan de hand van een wisselende, flexibele relatie tussen een [W] en een [S] code: (a) [Tsjaghataïsch] + [Oezbeeks], (b-c) [Khwarezm-Turks] + [Ottomaans], (d) [Tsjaghataïsch] + [Kazak/Karakalpak/Kiptsjak-Oezbeeks], en (e) [Tsjaghataïsch] + [Oeighoers]. (4) Vanuit onze finale keuze voor het DCS-model van de “Bicodale benadering” als analysemodel van het corpus, wordt de aandacht verschoven naar de geattesteerde switches. Aspecten die behandeld worden zijn onder meer de mogelijkheid om Interferentie versus Integratie en de omvang en de aard van Code Switching te koppelen aan de [W]-[S]-relatie, en de toepasbaarheid van de verscheidene termen waarin Code Switching doorgaans geëvalueerd wordt op de geattesteerde switches (switchlengte, positie, bepalende factoren, enz.). Diverse termen blijken irrelevant of niet-toepasbaar te zijn wegens diverse specifieke kenmerken van het corpus (voornamelijk het feit dat het gaat om een (a) geschreven corpus, dat opgesteld is in (b) het Tsjaghataïsch schrift). Wat de intra-linguïstische bepalende factoren van Code Switching betreft, is de aandacht vooral uitgegaan naar Code Switching–restricties, zoals deze voorgesteld worden in de wetenschappelijke literatuur. Aangaande extra-linguïstische bepalende factoren wordt er betoogd dat alle switches hetzij “stilistisch gemotiveerd zijn” (Integratie), ofwel “voortkomende uit congruentie” of “op performantie-niveau” (Interferentie). (5) Binnen het kader van onze evaluatie van [non-Tsjaghataïsche] kenmerken zijn een aantal meer algemene methodologische problemen behandeld, die verband houden met analyse op ‘Text-to-Speech’-basis (vooral m.b.t. transcriptie). Tevens is er een uitgebreide excursus toegevoegd betreffende de orthografie van het Modern Literair Oezbeeks, in het bijzonderaangaande de fonologie, morfofonologie en fonotactiek. (6) Secundair aan de linguïstische analyse wordt een inhoudsanalyse van de diverse handschriften aangeboden. Het gaat hier in het bijzonder om het pelgrimsreisverslag (handschrift 1), en in mindere mate om het Verhaal van Koning Schedel (handschriften 2-5). De inhoudsanalyse van de eerste tekst omvat diverse onderwerpen, zoals het reistraject van de pelgrim, afstandsberekening, en Snouck-Hurgronje’s Quarantäneschwindel. De intrinsieke waarde van de tekst wordt tevens afgewogen tegen die van contemporaine bronnen, zoals daar zijn Burckhardt en Farâhânî. De inhoudsanalyse van het Verhaal van Koning Schedel bevat een state-of-the-art en een studie van

Keywords

Listing 1 - 6 of 6
Sort by