Narrow your search

Library

Hogeschool Gent (2)

UGent (2)

KU Leuven (1)


Resource type

dissertation (5)


Language

Dutch (4)

Undetermined (1)


Year
From To Submit

2023 (1)

2016 (1)

2013 (2)

2010 (1)

Listing 1 - 5 of 5
Sort by

Dissertation
Cognitieve bijwerkingen van elektroconvulsietherapie: literatuuronderzoek en voorstel tot onderzoeksprotocol
Authors: ---
Year: 2016

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords


Dissertation
Microdochium nivale bij tarwe
Authors: --- ---
Year: 2013 Publisher: Gent : s.n.,

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Een belangrijk probleem in de tarweteelt op wereldschaal is het voorkomen van FHB. Deze ziekte, dat veroorzaakt wordt door het Fusariumcomplex, zorgt voor opbrengstverlies. Daarenboven is dit complex in staat mycotoxinen te produceren. Deze metabolieten zijn toxisch voor mens en dier, waardoor de bekomen opbrengst onrbuikbaar is. De productie van dergelijke mycotixinen is van vele zaken afhankelijk maar voornamelijk van de samenstelling van het Fusariumcomplex. In Vlaanderen zijn F.graminearum, F.culmorum, F.poae en F.avenaceum de voornaamste Fusariumspecies die FHB veroorzaken. Daarnaast wordt M.nivale, eveneens sneeuwschimmel, tot het complex gerekend. M.nivale is echter een buitenbeentje, aangezien geen mycotoxinen geproduceerd worden. Om die reden werd tot dusver minder onderzoek aan deze schimmel geweid. Toch blijkt M.nivale sinds 2002 tot op heden (2013) elk jaar vertegenwoordigd in het Fusariumcomplex te Vlaanderen. Hierdoor leek een verkennend onderzoek in de vorm van deze thesis in het kader van de onderzoeken naar FHB aan de Hogeschool Gent interessant.Om onderzoek te kunnen voeren op M.nivale dienden veldisolaten gezuiverd te worden van bacteriële ontsmetting. Vervolgens werd nagegaan of het mogelijk was om beide variëteiten van M.nivale te identificeren door middel van PC, beschikbare primers en reeds geïdentificeerde isolaten. In de literatuur is er namelijk sprake van M.nivale var nivale en M. nivale var majus. De resultaten van deze proef zijn echter niet sluitend. Enerzijds werden positieve resultaten bekomen, doordat van bepaalde isolaten de identiteit bevestigd kon worden. Anderzijds konden de veldisolaten niet geïdentificeerd worden.Verder werd door middel van een fungicideproef de gevoeligheid van M.nivale ten opzichte van de actieve stoffen epoxiconazool en fluoxastrobin nagegaan. Hieruit kon geconcludeerd worden dat fluoxastrobin en bij uitbreiding strobilurinen bij gebruikte dosis een onvoldoende werking hebben. Wel werd in bij hogere dosissen aan actieve stof een toenemende remming op de myceliumgroei vastgesteld. Daarnaast werd de werking van epixiconazool en daardoor eveneens andere triazolen bevestigd en blijkt de combinatie van beide actieve stoffen een synergetische werking te hebben.


Dissertation
Microdochium nivale bij tarwe.
Authors: --- --- ---
Year: 2013 Publisher: Gent : [s.n.],

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords


Dissertation
Immuniteit bij vogels.
Authors: --- --- --- ---
Year: 2010 Publisher: Gent : [s.n.],

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Deze vorm van immuniteit noemt men verworven immuniteit. Beide vormen kunnen onderverdeeld worden in cellulaire en humorale component. Cellulair slaat op de cellen zelf, terwijl humoraal gaat over de reacties tussen de cellen in. Met andere woorden in het weefselvocht, bloed en lymfe. Onder cellulaire weerstand vallen alle witte bloedcellen met uitzondering van de B-lymfocyten, omdat deze in staat zijn antilichamen te produceren. Antilichamen en componenten van het complementsysteem zorgen voor reacties in het weefselvocht en behoren dus tot de humorale weerstand. Alvorens de antigenen de weefsels en organen kunnen bereiken dienen ze een aantal barrières te overwinnen, zoals daar zijn de huid, de slijmlagen, verteringsprocessen, zuurtegraad van de maag en cloaca enz. Men kan niets anders dan concluderen dat het lichaam van een vogel een geoliede machine is op vlak van immuniteit. Alles wordt in het werk gesteld om antigenen te weren.

Keywords


Dissertation
Inoculatie van Rhizobium ciceri bij de teelt van Cicer arietinum L.

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

De teelt van kikkererwten is in Vlaanderen nog zeer onbekend. Toch is het een teelt die veel toekomstperspectieven heeft. De hedendaagse consument is namelijk heel erg op zoek naar goede eiwitvervangers en heeft een toenemende belangstelling voor de herkomst van zijn voedsel. Kikkererwten zijn echter niet zo eenvoudig te telen in Vlaanderen. Het zijn namelijk niet-inheemse vlinderbloemigen die vooral in substropische landen worden geteeld. Net zoals andere vlinderbloemigen zijn ze in staat stikstof te fixeren uit de lucht. Voor deze stikstoffixatie moet er een symbiose aangegaan worden met Rhizobium spp. Bacteriën. De rhizobiumbacteriën specifiek voor kikkererwten, namelijk Rhizobium ciceri zijn niet van nature aanwezig in de Vlaamse bodem. Daarom moeten de kikkererwten behandeld worden met inoculumproducten. Deze producten bevatten levende bacteriën en/of schimmels specifiek voor kikkererwten. De rhizobiumbacteriën zorgen voor de omzetting van N, wat stikstoffixatie wordt genoemd. In ruil voor deze N krijgt de bacterie voedingsstoffen van de plant. De plant heeft dus via deze symbiose stikstof voor zichzelf vrijgesteld. Deze symbiose vindt plaats in de wortelknobbels. De symbiose en de N-fixatie door vlinderbloemigen zijn zeer gevoelig voor verschillende omgevingsfactoren en de bodemgesteldheid. Het is dus heel belangrijk om te bekijken hoe de stikstoffixatie van vlinderbloemigen reageert op verschillende omgevingsomstandigheden. In het onderzoek van deze masterproef wordt de werking van de producten Legume Fix®, Agriton® en Agtiv® onderzocht bij kikkererwten van het ras Flamenco in een Vlaamse zandleembodem. Hierbij wordt onderzocht of de bacteriën in de producten een symbiose aangaan met de kikkererwtzaden in een Vlaamse bodem en of hierbij wortelknobbels ontwikkelen. Ook wordt gekeken hoe de planten evolueren door lengtemetingen en drogestof bepalingen. De teelt van kikkererwten is in Vlaanderen nog zeer onbekend en daarom wordt er met de dosering van de producten gevarieerd. De ene helft van de planten krijgt de hoeveelheid product voorgeschreven door de fabrikant en de andere helft krijgt het dubbele. Tenslotte worden de planten ook onderverdeeld in verschillende groeiomstandigheden. De ene helft krijgt een optimale hoeveelheid water en de andere helft groeit op met droogtestress. Na de proeven kunnen we concluderen dat het product Legume Fix® de voorkeur krijgt bij het inoculeren in Vlaamse bodems. De producten Agtiv® en Agriton® vertonen geen beter ontwikkelde planten na inoculatie en Legume Fix® doet dit wel. Tevens zijn er enkel wortelknobbels vastgesteld bij de behandelingen met Legume Fix® in optimale omstandigheden. Ook bij de lengtemetingen en drogestof bepalingen was Legume Fix® beter. De dubbele behandeling van de producten geeft weinig of geen extra opbrengsten bij de ontwikkeling van de plant en de vorming van wortelknobbels. De omstandigheden waarin de planten groeien hebben wel een duidelijke invloed. De ontwikkeling van de stengel en de wortelknobbels waren het beste in optimale omstandigheden en van de plantenwortel het beste in droogtestress.

Keywords

Listing 1 - 5 of 5
Sort by