Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Samenvatting Als leerling ben ik twee maal op excursie geweest naar het Gallo - Romeins Museum in Tongeren. Eén maal als leerling in het middelbaar onderwijs en één keer als student van de lerarenopleiding in Vorselaar. Beide keren waren er leerlingen die de excursie zeer boeiend vonden maar er waren ook leerlingen die de excursie saai vonden. Het is normaal dat niet elke leerling een excursie even boeiend of leuk vindt, maar ik zou toch graag willen onderzoeken wat maakt dat leerlingen een excursie als boeiend of leerrijk ervaren. Als ik binnenkort als leerkracht zelf een excursie moet voorbereiden en uitvoeren zou ik graag hebben dat mijn leerlingen er iets aan gehad hebben en de excursie niet beschouwen als 'een dagje vrij'. Vandaar dat ik als thema voor mijn bachelorproef heb gekozen om eens te kijken hoe we een excursie naar Tongeren aantrekkelijker en leerrijker kunnen maken. Dit ga ik doen aan de hand van een vragenlijst, het vergelijken van werkbundels en zelf waarnemen. Mijn onderzoeksvraag luidt als volgt: 'Hoe maken we een excursie naar Tongeren interessanter voor de leerlingen en hoe halen we het leerrendement naar boven?' Deze vraag heb ik nogmaals onderverdeeld in vier deelvragen: 1. Hoe ziet een goede geschiedkundige excursie naar Tongeren eruit? 2. Waarom is een excursie naar Tongeren zinvol? 3. Wat zijn de verschillen tussen excursies die er bestaan? 4. Op welke manier verhoog je de betrokkenheid van een leerling voor een excursie naar Tongeren?

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Achtergrond: Momenteel zijn er nog veel onwetendheden en onzekerheden over het gebruik van geneesmiddelen tijdens de zwangerschap en borstvoeding. Hierdoor is de nood aan het verspreiden van betrouwbare informatie hoog. De oprichting van een Teratologie Informatie Service (TIS) kan hier tegemoet aan komen. Onderzoeksvraag: In kaart brengen van de verwachtingen en voorkeuren van het grote publiek ten opzichte van wat een Belgische TIS voor hen kan betekenen en hoe het deze rol in de toekomst het beste kan opnemen. Methoden: Het onderzoek bestond uit semigestructureerde interviews die online werden afgenomen in het najaar van 2020 (oktober-november) tot saturatie bereikt werd. De onderzoekspopulatie bestond uit zwangere vrouwen, lacterende moeders en vrouwen met een kinderwens. Deze werd bekomen aan de hand van convenience sampling, gevolgd door stratificatie. De gegevens werden kwalitatief geanalyseerd en gecodeerd met het softwareprogramma Nvivo. Resultaten: In totaal werden 17 vrouwen geïnterviewd. De moeilijkheden waarmee vrouwen geconfronteerd worden, zijn het aangeboden krijgen van tegenstrijdige informatie, het ontbreken of niet vinden van betrouwbare informatie en het niet begrijpen van aangeboden informatie. Ze verwachten over het algemeen dat het centrum betrouwbare informatie aanbiedt op een gebruiksvriendelijke website of via een laagdrempelig, persoonlijk contact. Conclusie: Voor zwangere vrouwen, lacterende moeders en vrouwen met een zwangerschapswens is het vandaag de dag niet altijd makkelijk om met informatie over het gebruik van geneesmiddelen tijdens de zwangerschap of de borstvoedingsperiode om te gaan. Een expertisecentrum dat evidence-based informatie aanbiedt zou hierbij soelaas kunnen bieden. De voorkeuren en verwachtingen kunnen best opgevolgd worden in de toekomst, alsook de ervaringen na de oprichting van de TIS.  

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Achtergrond Heel wat vrouwen nemen geneesmiddelen tijdens de zwangerschap. Naast noodzakelijke medicatie worden ook regelmatig geneesmiddelen gebruikt die niet aangewezen zijn. Anderzijds hebben heel wat vrouwen ook angst om schade te berokkenen aan het ongeboren kind waardoor ze de teratogene risico’s van geneesmiddelen overschatten. Daarnaast starten heel wat vrouwen preconceptioneel te laat met de inname van foliumzuur of gebruiken ze zelfs nooit foliumzuur. Tijdens preconceptie en zwangerschap hebben vrouwen dus nood aan een goede begeleiding door onder andere de officina-apotheker. In de praktijk verloopt deze begeleiding echter nog niet optimaal wat aangeeft dat er nood is aan een geschikte trainingsvorm voor officina-apothekers om deze begeleiding te verbeteren. Doel Het doel van het project was om na te gaan wat de haalbaarheid en tevredenheid is van mystery bezoeken gevolgd door een persoonlijk feedbackgesprek als een vorm van training voor officina-apothekers. Methode Apothekers konden zich na het volgen van de IPSA specialisatiecursus rond preconceptie, zwangerschap en borstvoeding in 2019 of 2020 als team vrijwillig inschrijven voor het project. De deelnemende apotheken kregen twee keer bezoek van een simulatiepatiënt die een zwangerschapstest kwam vragen tussen oktober en december 2020. Binnen de week na elk mystery bezoek vond een online persoonlijk feedbackgesprek plaats met academici, de simulatiepatiënt en het apotheekteam. Resultaten De onderzoekspopulatie bestond uit 10 apotheken met in totaal 41 officina-apothekers (N=41). Alle apothekers stonden open voor feedback en werkten constructief mee aan het feedbackgesprek. Mystery bezoeken gevolgd door een persoonlijk feedbackgesprek werd als een zeer aangename vorm van training ervaren die in de toekomst meer gebruikt mag worden. De grootste voordelen zijn het persoonlijk karakter, de praktijkgerichtheid, de input van externen, het online format en de timing. Conclusie Mystery bezoeken gevolgd door een persoonlijk feedbackgesprek lijkt een haalbare en aangename vorm van training van officina-apothekers. Verder onderzoek bij een grotere groep apothekers en onderzoek naar de impact van deze trainingsvorm op de praktijkvoering van officina-apothekers zijn nodig.

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

ACHTERGROND De navorming voor officina-apothekers is sinds 1 januari 2015 verplicht. Samengevat is het doel van navorming de deskundigheid alsook de wetenschappelijk kennis van een apotheker actueel te houden. DOELSTELLING Wat is de effectiviteit en de impact van diverse navormingsinitiatieven? METHODEN Om de effectiviteit en impact van de verschillende navormingsinitiatieven te analyseren, bestudeert deze masterproef 25 wetenschappelijke artikels. In deze masterproef komen volgende types van wetenschappelijke studies aan bod zoals gerandomiseerde controle onderzoeken, prospectieve cohortstudies, (niet) experimentele pre- en post interventie studies en pre- en post interventie studies. De masterproef hanteert Pubmed, Embase en Medline als databanken. De volgende combinaties van zoektermen zijn de voornaamste termen waarop gezocht werd in de hiervoor vermeldde databanken: ‘navorming’, ‘openbare apotheek’, ‘effectiviteit’, ‘lange termijn effect’, ‘evaluatie’, ‘competenties’, ‘vaardigheden’, ‘tevredenheid’, ‘impact’, ‘houding’ en ‘kennis’. Op basis van deze zoektermen werden de meest relevante artikels geselecteerd en besproken. RESULTATEN De kennis steeg zowel na het volgen van een hoorcollege als de mixed method. Maar op vlak van behoud van kennis bleek deze laatste het meest impact te hebben. De interactieve navormingsmethode in combinatie met een hoorcollege verhoogde de kennis op lange termijn alsook bracht het een verbetering aan op patiëntniveau. De kennis bij distance learning werd alleen onderzocht op korte termijn. Apothekers leken tevreden met de verschillende navormingsinitiatieven. Ze hadden echter wel een bepaalde voorkeur voor een flexibele navorming. En daaraan kan het distance learning antwoord bieden. De mixed methods en intensieve hoorcolleges verhoogde de self-efficacy onmiddellijk na de navorming. Op vlak van praktijkvaardigheden hadden zowel de hoorcolleges, interactieve workshops, CPD en mixed methods een positief effect en impact. Distance learning en online leren werden nagenoeg bijna niet onderzocht op praktijkhandelingen. En als laatste werd ook ‘de houding’ van een apotheker geëvalueerd. Deze verbeterde onmiddellijk na een online cursus die op een eigen tempo kon worden doorgenomen. Op langere termijn verbeterde de houding zowel na het volgen van interactieve workshop als na mixed methods. CONCLUSIE De verschillende navormingsinitiatieven of navormingsmethoden hebben elk hun effect en impact. Herhalen van de behandelde materie tijdens de navorming en in de praktijk zou voor een behoud van effectiviteit kunnen zorgen. Verder onderzoek is cruciaal voor het optimaliseren van het effect en de impact van navorming.