Narrow your search

Library

KU Leuven (5)


Resource type

dissertation (5)


Language

English (3)

Dutch (2)


Year
From To Submit

2024 (5)

Listing 1 - 5 of 5
Sort by

Dissertation
Decoding Ambidextrous Leadership : Its Measurement, Leader Traits and Prediction of Innovative Behaviors
Authors: --- --- ---
Year: 2024 Publisher: Leuven KU Leuven. Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords


Dissertation
The abilities, motivations, and opportunities influencing higher education enrollment in low- and middle-income countries: A systematic literature review
Authors: --- --- ---
Year: 2024 Publisher: Leuven KU Leuven. Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

The profound benefits that higher education (HE) provides to both countries and individuals have been evident in the past decades. For countries, HE has a played a pivotal role in driving economic growth and development through research, innovation, and the entry of skilled graduates into the workforce. On the other hand, individuals with HE degrees possess valuable knowledge and skills that are essential in pursuing financially rewarding careers. Despite these advantages, the majority of low- and middle-income countries (LMICs) continue to trail behind in terms of HE enrollment numbers, primarily due to pervasive inequalities. This indicates that millions of students worldwide are still hindered from pursuing HE. In seeking to understand the persisting low HE attendance in LMICs, it was essential to first identify the different factors and interventions that influence students’ decision-making processes and then explore how they individually impact HE enrollment outcomes. However, simply doing so may run the risk of overlooking the broader context, potentially neglecting the interconnected nature of these elements and their combined impact on students’ enrollment decisions. Therefore, this study also aimed at investigating the way these factors operate and relate with each other, drawing from the widely used Ability, Motivation, Opportunity (AMO) model as a guiding framework. To facilitate this, a systematic review of literature was conducted to allow for a methodical and thorough search for relevant studies that will bring forth knowledge and insights to address this study’s research questions and objectives. Moreover, this study followed the Preferred Reporting Items for Systematic Reviews and Meta-Analyses (PRISMA) 2020 guidelines to ensure consistency and unbiased synthesis of findings. In the end, 33 studies were included in the review. These studies were not only instrumental in identifying the specific AMO factors and AMO-enhancing practices that exist in LMIC, but also in revealing the interactions that exist among them. Three varying perspectives on their interrelationships were presented – multiplicative, additive, and combinative – together with the mediating potential that AMO factors have on the relationship between AMO-enhancing practices and students’ enrollment decisions. In the general HE context of LMICs, abilities and opportunities were found to be lacking. Additionally, these dimensions demonstrated high levels of importance with regard to enrollment decisions, especially for students from disadvantaged backgrounds. Therefore, this study advocates for policy makers, HEIs, and other institutional-level actors to devise ways to enhance these AMO factors to encourage students to pursue HE. Finally, this study acknowledges that some of the identified factors do not correspond to any of the AMO dimensions and also recognizes that parents can play a role in the decision-making processes. These findings offer potential avenues for future research to refine the AMO framework by incorporating non- AMO elements and considering the involvement of parents in HE enrollment decisions.

Keywords


Dissertation
De jeugdzorg onder druk: Een onderzoek naar verloopintentie in een Vlaamse residentiële instelling
Authors: --- ---
Year: 2024 Publisher: Leuven KU Leuven. Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Vanuit de jeugdzorgsector wordt de laatste jaren de alarmbel geluid over een steeds groter wordend personeelstekort (ACV, 2022; De Preter, 2023; Indeherberge et al., 2023; Kinderrechtencommissariaat, 2023; Vrijens, 2022). Een hoog personeelsverloop heeft immers ernstige gevolgen voor de kwaliteit en de stabiliteit van de geleverde zorg (Balfour & Neff, 1993). Inzicht verwerven in die factoren die geassocieerd zijn met dit verloop is cruciaal naar de toekomst van de sector toe. Alleen op die manier kan er een effectief retentiebeleid worden uitgestippeld. De directe aanleiding van dit onderzoek was een vraag van een residentiële jeugdzorginstelling in Vlaanderen om die factoren te onderzoeken die ervoor zorgen dat leefgroepbegeleiders zelf kiezen om de organisatie te verlaten. Na een grondige literatuurstudie werden er een aantal variabelen geselecteerd die in eerder onderzoek geassocieerd werden met personeelsverloop. Het onderzoek binnen de instelling gebeurde aan de hand van een mixed-methods strategie, bestaande uit een online enquête en interviews. De kwantitatieve studie beoogt te achterhalen of er een correlationeel verband bestaat tussen de verloopintentie van de leefgroepbegeleiders en een aantal predictors die, volgens de wetenschappelijke literatuur, sterk samenhangen met personeelsverloop. Daarnaast wil het kwalitatieve luik een dieper inzicht geven in de attitudes, gevoelens en opinies van een aantal leefgroepbegeleiders naar deze voorspellende variabelen toe. In de discussie wordt de theorie aan de praktijk gekoppeld en volgen er een aantal aanbevelingen. De resultaten van het kwantitatieve luik tonen aan dat binnen de onderzochte instelling rolconflict, taakduidelijkheid, beloning, werktevredenheid, relaties met collega's, personeelsbezetting en werkzoekend gedrag significant geassocieerd zijn met verloopintentie. Bovendien wordt er ook een significante relatie vastgesteld tussen werkdruk en werkzoekend gedrag. Oudere werknemers, werknemers met een hogere anciënniteit en werknemers met een vast contract lijken een hogere verloopintentie te vertonen. De interviews zorgen voor de nodige duiding en verdieping van deze kwantitatieve resultaten. Bovendien blijkt uit de resultatenanalyse van de interviews en de enquête dat men de emotionele belasting, de stress en de werkdruk die het beroep met zich meebrengt niet mag onderschatten. De beperkte steekproefomvang van dit onderzoek belemmert de generaliseerbaarheid van de resultaten. Desondanks biedt het onderzoek wel enkele waardevolle inzichten en draagt het bij aan een beter begrip van het probleem. De identificatie van de factoren die samengaan met verloop zijn in eerste instantie belangrijk voor de instelling zelf die met de resultaten van het onderzoek gericht aan de slag kan gaan. Daarnaast draagt deze masterpoef bij aan de reeds bestaande literatuur over het onderwerp. Onderzoek naar personeelsverloop binnen de jeugdzorg is in Vlaanderen nog wat onontgonnen gebied, wat de masterproef toch wel een zekere relevantie geeft. Bovendien kunnen de bevindingen van dit onderzoek fungeren als een aanzet naar verder, grootschaliger onderzoek. Ten slotte kunnen er op basis van de resultaten een aantal interventiestrategieën worden uitgewerkt met het oog op een maximale retentie van jeugdzorgwerkers.

Keywords


Dissertation
Barrières voor formele en informele feedback: Het samenspel tussen psychologische veiligheid, organisatorische stilte en constructieve feedback

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

In een samenleving van verandering en vooruitgang zijn persoonlijke groei en ontwikkeling van organisaties onmisbaar geworden. Een drijvende kracht achter deze voortdurende ontwikkeling is feedback (Lapshun & Fusch, 2023). Echter het geven, ontvangen en omzetten van feedback blijkt vaak een uitdaging te zijn in de praktijk, met verschillende obstakels die de weg versperren. Twee van deze obstakels zijn een gebrek aan psychologische veiligheid en organisatorische stilte (McCutcheon & Duchemin, 2020). Het juiste samenspel van organisatorische stilte, psychologische veiligheid en constructieve feedback kan deze ontwikkeling belemmeren, maar ook bevorderen. Zo kan het juiste samenspel tussen deze drie factoren leiden tot verhoogde kwaliteit, productiviteit en innovatie, echter kan een de groei ook belemmeren en leiden tot uitdagingen binnen de samenwerking (Lapshun & Fusch, 2023). Deze masterproef behandelt de vraag: “Hoe beïnvloeden psychologische veiligheid en organisatorische stilte de effectiviteit van constructieve feedback, en wat is het samenspel tussen deze drie factoren?”. Het theoretisch kader en de resultaten besteden aandacht aan de drie factoren: feedback, organisatorische stilte en psychologische veiligheid, die hierbinnen elk afzonderlijk besproken worden. Vervolgens ligt de focus op het samenspel van deze drie elementen. Binnen de resultaten wordt nog een extra onderdeel toegevoegd, namelijk hoe organisatorische stilte en psychologische veiligheid de feedback kunnen beïnvloeden. Voor het verzamelen van de data werd er naar een vrijwilligersorganisatie gekeken. Drie focusgroepen werden georganiseerd waarbij twee groepen bestonden uit leden van de werkgroepen en één groep uit de teamleads van deze werkgroepen. Daarnaast werden er nog interviews afgenomen met de drie leidinggevenden van de organisatie en enkele oud-leden. Deze interviews en focusgroepen werden daarna getranscribeerd en geanalyseerd aan de hand van codes om tot de resultaten te bekomen. De resultaten van mijn onderzoek tonen aan dat een psychologisch veilige context, waarbinnen organisatorische stilte wordt beheerst, het geven en krijgen van feedback kan bevorderen (Edmondson & Lei, 2014). De constructieve feedback kan op zijn beurt de organisatorische stilte verhelpen en de psychologische veiligheid ook bevorderen (Atwater et al., 2002). Echter is dit een eenvoudige vertaling van het samenspel en zal dit verder uitgediept worden. Uit de resultaten blijkt dat het samenspel plaatsvindt binnen de organisatorische context, waarbij zowel de structuur als de cultuur een rol spelen. De cultuur en structuur worden verder uitgewerkt in de resultaten aan de hand van subthema’s die aanwezig zijn in alle drie de factoren. Op deze manier helpen ze om het samenspel te begrijpen. In de toekomst kan deze masterproef dienen als basis voor verdere onderzoeken. Daarnaast kan het bewustzijn creëren rond deze onderwerpen en organisaties aanzetten tot het erkennen van het belang van deze elementen.

Keywords


Dissertation
CONSULTANTS’ EXPERTISE IN FLANDERS Exploring the Concept within Flemish Organizations

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

This study explores the concept of expertise within Flemish organizations. Four main research questions were studied. (1) ) How do Flemish organizations select external consultants (2) How do Flemish organizations define expertise, (3) How do Flemish organizations appraise expertise and (4) How do Flemish organizations monitor consultants’ expertise. It finds that consultants are often chosen informally, with formal procedures primarily adhered to when required by public procurement regulations. Qualifications valued most include experience, positive interpersonal skills, and expertise. The study defines expertise in consultancy as primarily rooted in knowledge, practical experience, and problem-solving abilities, consistent with definitions emphasizing skill and knowledge but challenging existing definitions focusing on exceeding task requirements. Methodological limitations include potential bias in thematic analysis and difficulties in ensuring consistency and reliability. Calling for future research to explore commonalities across consultant groups for a comprehensive understanding of expertise in consultancy within Flanders.

Keywords

Listing 1 - 5 of 5
Sort by