Listing 1 - 10 of 14 | << page >> |
Sort by
|
Choose an application
Karl R. Popper is widely regarded as one of the most influential 20th century philosophers. In this new biography, Weinert provides a comprehensive and accessible account of his life and work, also addressing Popper’s role as a public intellectual. Drawing on a wide range of sources and interviews with former colleagues and collaborators, he recounts not only the wide interest from the scientific community, but also the inspiration that politicians took from Popper’s work. The book surveys the vast and varied intellectual landscape of Popper's philosophical journey during his long career: from the natural and social sciences (physics, evolution, sociology to political philosophy and the philosophy of mind. It pays significant attention to Popper’s critical method - i.e., the notion that ideas and institutions should be exposed to rigorous tests – the approach that led him to a fervent defence of objectivity, rationality and realism, against all forms of irrationalism, as well as a passionate advocacy of freedom, social justice and liberal democracy, against all forms of authoritarianism. The book brings Popper into focus as a modern Enlightenment philosopher.
Political philosophy. Social philosophy --- Philosophy of science --- Sociology --- Politics --- sociologie --- politiek --- politieke filosofie --- wetenschapsfilosofie --- Science—Philosophy. --- Political science. --- Sociology—Methodology. --- Physics—Philosophy. --- Political science—Philosophy. --- Philosophy of Science. --- Political Science. --- Sociological Methods. --- Philosophical Foundations of Physics and Astronomy. --- Political Philosophy.
Choose an application
"Plus loin dans le livre, dans le paragraphe qui précède le chapitre « Tremblement », Jean-Luc Nancy reviendra sur la formule « Je=Je » pour avancer qu’elle ne signifie que le saut dans l’altérité : « Ainsi, “Je=Je” ne veut rien dire, ou bien seulement ceci : passage et saut dans l’autre de ce qui jamais ne fut en soi » (56). Surgira alors le tremblement. De ces pages remarquables où il est également question de la douleur, j’isole ce mot…"
Choose an application
Choose an application
Choose an application
Germany --- Economic conditions --- Regional disparites. --- Economic policy --- Alemania --- Ashkenaz --- BRD --- Bu̇gd Naĭramdakh German Uls --- Bundesrepublik Deutschland --- Deguo --- 德国 --- Deutsches Reich --- Deutschland --- Doitsu --- Doitsu Renpō Kyōwakoku --- Federal Republic of Germany --- Federalʹna Respublika Nimechchyny --- FRN --- Gėrman --- German Uls --- Герман Улс --- Germania --- Germanii︠a︡ --- Germanyah --- Gjermani --- Grossdeutsches Reich --- Jirmānīya --- KhBNGU --- Kholboony Bu̇gd Naĭramdakh German Uls --- Nimechchyna --- Repoblika Federalin'i Alemana --- República de Alemania --- República Federal de Alemania --- Republika Federal Alemmana --- Vācijā --- Veĭmarskai︠a︡ Respublika --- Weimar Republic --- Weimarer Republik --- ХБНГУ --- Германия --- جرمانيا --- ドイツ --- ドイツ連邦共和国 --- ドイツ レンポウ キョウワコク --- Germany (East) --- Germany (Territory under Allied occupation, 1945-1955) --- Germany (Territory under Allied occupation, 1945-1955 : British Zone) --- Germany (Territory under Allied occupation, 1945-1955 : French Zone) --- Germany (Territory under Allied occupation, 1945-1955 : Russian Zone) --- Germany (Territory under Allied occupation, 1945-1955 : U.S. Zone) --- Germany (West) --- Holy Roman Empire
Choose an application
Theory of literary translation --- Medieval Dutch literature --- Beatrijs van Nazareth --- Beatrijs --- Beatrijs. --- Translations into German.
Choose an application
De pandemie, ten gevolge van het COVID-19 virus, bracht een drastische verandering van werkomstandigheden met zich mee, namelijk het plots verplicht telewerken. Een goede balans tussen werk en privé was moeilijk te vinden waardoor het voldoen aan de ideale werknemersnorm, die eist dat men zich altijd en volledig inzet voor zijn werk, onmogelijk bleek door complexe thuissituaties en een opstapeling van stress. Dit was voornamelijk het geval voor werknemers uit gezinnen met jonge kinderen. Hierdoor ging men meer open communiceren over deze last met hun leidinggevenden, in de hoop wederzijdse erkenning te ontvangen door de drempel van werkdruk en verantwoordelijkheden te verlagen. Gezien het einde van de pandemie, rijst de vraag in dit onderzoek of en hoe we kunnen vasthouden aan een meer open bedrijfscultuur wanneer het rechtstreekse contact vermindert ten gevolge van telewerk. Deze vraag wordt beantwoord via een kwalitatief onderzoek in de vorm van interviews met respondenten vanuit de KULeuven. Hieruit blijkt dat er voor de pandemie al een solide openheid was tussen de werknemer en de leidinggevende. Ook kan er besloten worden dat tijdens en na de pandemie de ideale werknemersnorm een transformatie heeft ondergaan. Waar vroeger het presteren en de resultaten bovenaan stonden, heeft het menselijke aspect de bovenhand genomen.
Choose an application
Coöperaties kunnen solidair handelen op een rationele-, een normatieve- of een altruïstische manier. Vanuit een maatschappelijk standpunt kan deze altruïstische interpretatie voordelig zijn daar ze de creatie van welvaart voor andere, misschien minder gefortuneerde personen kan impliceren. Coöperaties bieden een uiterst goede leercontext daar solidariteit volgens de ICA een kerneigenschap is maar dit wordt door verschillende coöperaties op verschillende manieren geïnterpreteerd. Aan de hand van de eigenschappen van solidariteit, worden er drie verschillende vormen, zijnde rationele-, een normatieve- en altruïstische solidariteit geïdentificeerd die de uitkomsten van de QCA zijn. Daarnaast worden aangrenzende concepten zoals de leeftijd, de grootte, het vertrouwen, de participatie van leden en het netwerk van coöperaties gelinkt aan solidariteit. De link tussen deze vormen van solidariteit en de aangrenzende concepten werd nog niet eerder bestudeerd en maakt het onderwerp van deze thesis uit. De onderzoeksvraag luidt: Welke configuraties van organisatiekenmerken kunnen verklaren dat in Vlaamse landbouw- en voedingscoöperaties verschillende vormen van solidariteit, zijnde rationele solidariteit, normatieve solidariteit of altruïstische solidariteit, aangenomen worden? De data is afkomstig van 43 semigestructureerde interviews met betrokken werknemers of bestuurders uit 46 verschillende coöperaties, welke de cases zijn en geanalyseerd wordt met een crisp set kwalitatieve comparatieve analyse (csQCA) om eventuele patronen te identificeren. De resultaten tonen aan dat vertrouwen en participatie belangrijk zijn voor normatieve solidariteit terwijl het netwerk het onderscheid tussen normatieve en altruïstische solidariteit kan zijn. Leeftijd en grootte kunnen faciliterend zijn voor deze beide vormen van solidariteit terwijl rationele solidariteit moeilijk te interpreteren blijkt. Deze resultaten kunnen relevant zijn voor coöperaties, en bij uitbreiding andere organisaties die eveneens een meer normatieve- of altruïstische interpretatie van solidariteit nastreven.
Choose an application
De pandemie, ten gevolge van het COVID-19 virus, bracht een drastische verandering van werkomstandigheden met zich mee, namelijk het plots verplicht telewerken. Een goede balans tussen werk en privé was moeilijk te vinden waardoor het voldoen aan de ideale werknemersnorm, die eist dat men zich altijd en volledig inzet voor zijn werk, onmogelijk bleek door complexe thuissituaties en een opstapeling van stress. Dit was voornamelijk het geval voor werknemers uit gezinnen met jonge kinderen. Hierdoor ging men meer open communiceren over deze last met hun leidinggevenden, in de hoop wederzijdse erkenning te ontvangen door de drempel van werkdruk en verantwoordelijkheden te verlagen. Gezien het einde van de pandemie, rijst de vraag in dit onderzoek of en hoe we kunnen vasthouden aan een meer open bedrijfscultuur wanneer het rechtstreekse contact vermindert ten gevolge van telewerk. Deze vraag wordt beantwoord via een kwalitatief onderzoek in de vorm van interviews met respondenten vanuit de KU Leuven. Hieruit blijkt dat er voor de pandemie al een solide openheid was tussen de werknemer en de leidinggevende. Ook kan er besloten worden dat tijdens en na de pandemie de ideale werknemersnorm een transformatie heeft ondergaan. Waar vroeger het presteren en de resultaten bovenaan stonden, heeft het menselijke aspect de bovenhand genomen.
Choose an application
Multi-stakeholder coöperaties kunnen een belangrijke rol invullen om de uitdagingen van de hedendaagse landbouw aan te gaan. De individuele drijfveren van leden in multi-stakholder coöperaties zijn verschillend maar er is een achterliggend gemeenschappelijk doel (Ajates Gonzalez, 2017). De focus ligt op het bereiken van dit doel en niet zozeer op winstcreatie zoals bij traditionele bedrijven en producentencoöperaties. Bauwens (2016) en Buang (2021) geven aan dat er verschillen zijn in motivatie van leden in coöperaties die een invloed hebben op de participatie. Xiang en Sumelius (2010) concludeert dat psychologische factoren als belangrijker worden ervaren door producenten dan economische factoren. Verder specifiek onderzoek naar participatie en ledenbetrokkenheid van producenten in multi-stakeholder coöperaties in de landbouw- en voedingssector lijkt nog te ontbreken in de literatuur. De onderzoeksvraag van dit onderzoek is: wat drijft de individuele landbouwer om deel te nemen aan en actief te participeren binnen multi-stakeholder coöperaties in de Vlaamse landbouw- en voedingssector? Dit kwalitatief onderzoek tracht dit te bestuderen aan de hand van dertien semigestructureerde interviews met producenten in Vlaamse multi-stakeholder coöperaties. De bevindingen van dit onderzoek zijn dat de individuele drijfveren bij landbouwers divers zijn, enerzijds zijn producenten extrinsiek gemotiveerd (Ryan & Deci, 2000) door economisch-juridische factoren. Anderzijds zijn produceten intrinsiek gemotiveerd door de samenwerking en verbondenheid. Deze verschillen hebben een invloed op de betrokkenheid en participatie waar intrinsiek gemotiveerde leden meer actieve participatie vertonen. Ten slotte zijn verschillen in inspraak en drempels voor deelname vast te stellen. Deze resultaten zijn relevant binnen zowel de academische literatuur rond motivatie in coöperaties en andere organisatie, meer specifiek binnen de beperkte literatuur rond multi-stakeholder coöperaties. Binnen de praktijk van coöperaties biedt dit onderzoek een interessante blik in de visie van producenten.
Listing 1 - 10 of 14 | << page >> |
Sort by
|