Narrow your search

Library

KBR (1)

KU Leuven (1)


Resource type

book (1)

dissertation (1)


Language

Dutch (1)

English (1)


Year
From To Submit

2019 (2)

Listing 1 - 2 of 2
Sort by

Book
Beginselen van de aardwetenschappen
Authors: ---
ISBN: 9789463792356 Year: 2019 Publisher: Leuven Acco

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords


Dissertation
Studying the genesis of dolomitized, breccia geobodies (a case study from Soffranco, Southern Alps, Italy)
Authors: --- ---
Year: 2019 Publisher: Leuven KU Leuven. Faculteit Wetenschappen

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

De Jura carbonaten van de Zuidelijke Alpen, Italië, worden door lokale, massieve dolomitisatie gekenmerkt. Het proces dat soms aan deze dolomitisatie wordt toegekend refereert naar hydrothermale dolomitisatie. Re-evaluatie van deze dolomitisatie modellen zijn echter nodig zoals recent nog aangetoond door Mozafari et al. (2019, ongepubliceerd manuscript) voor de Vajont Kloof. In deze studie zijn de petrografische en geochemische karakteristieken van een ontsluiting nabij het dorpje Soffranco onderzocht, dat zich op zo’n 10 km van de Vajont locatie bevindt. Drie stratigrafische eenheden van het Belluno Bekken zijn aanwezig aan de hoofdontsluiting in Soffranco. Het gedeelte langs de weg behoort tot de Igne Formatie, dat onder de weg tot de Soverzene Formatie en het bovenste (onbereikbare) gedeelte tot de Vajont Kalkstenen. De Inge en Soverzene Formatie werden onderworpen aan twee soorten brecciatieprocessen. Een eerste brecciatie van de kalkstenen ontstond doordat ze op een onstabiele helling werden afgezet. Hierbij werden de gesteentefragmenten in een kanaalachtige omgeving afgezet en in een kalkrijke moddermatrix opgenomen. Vervolgens werden de gesteentefragmenten en matrix beïnvloed door de neo-alpiene orogenese. Dolomitiserende fluïda met een hoge temperatuur en druk circuleerden langsheen breuken die tijdens deze orogenese ontstonden en zorgden voor de brecciatie en dolomitisatie van de gebreccieerde gesteentefragmenten maar ook voor de precipitatie van (zadel-)dolomiet. Drie carbonaatfases konden onderscheiden worden met carbonaatkleuring. Een eerste Fe-arme dolomietfase veroorzaakte hoogstwaarschijnlijk de dolomitisatie van de gesteentefragmenten en de matrix en de precipitatie van dolomietcement. Fe-rijke dolomitiserende fluïda zorgden voor bijkomende precipitatie van dolomietcement. Daarnaast werd ook een latere Fe-rijke calcietfase waargenomen. Ook met cathodoluminescentie microscopie konden twee grote dolomietgroepen waargenomen worden. De δ18O waarden van dolomietcement getuigen van twee dolomitiserende pulsen. Hoewel verder onderzoek nodig is, lijkt het er op dat groep ‘I’ (-9.40 en -13.39 ‰) overeenkomt met de Fe-arme dolomietfase en groep ‘II’ met de Fe-rijke fase (-16.16 en -18.95 ‰). De δ18O waarden van de gedolomitiseerde gesteentefragmenten en matrix plotten tussen de waarden van de Igne kalkstenen en groep ‘I’. Dit zou kunnen wijzen op een zekere buffering tussen de dolomitiserende fluïda en de initiële kalkstenen of matrix. De isotopenwaarden van het calcietstaal wijzen op een meteorische oorsprong. Een aantal gelijkenissen kon worden opgemaakt tussen de Fe-arme fases en een dolomietfase bestudeerd door Mozafari et al. (2019, ongepubliceerd manuscript). Die auteurs stellen voor dat fluïda van de Dolomia Principale eerst met de onderliggende siliciclasten interageerden en vervolgens met meteorische fluïda. De tweede dolomitisatie puls zou ook door fluïda van de Dolomia Principale kunnen zijn ontstaan. De hoge Fe concentraties wijzen echter op een mogelijke interactie met klei-rijke strata. De temperatuur en saliniteit van de dolomitiserende fluïda konden niet afgeleid worden door een tekort aan geschikte vloeibare insluitsels. Hoewel de aanwezigheid van zadeldolomiet vaak op hoge uitkristallisatie temperaturen (80-150 °C) wijst en er aanwijzingen zijn van hydrothermale dolomitisatie en brecciatie, is er verder onderzoek nodig om van een hydrothermale dolomitisatie te kunnen spreken in de bestudeerde gebieden.

Keywords

Listing 1 - 2 of 2
Sort by