Listing 1 - 10 of 17 | << page >> |
Sort by
|
Choose an application
Choose an application
Herziene, geactualiseerde druk met recente medische, psychologische en juridische ontwikkelingen in behandeling en rouwverwerking rond perinatale sterfte. Met vooral aandacht voor de emotionele impact van dit verlies op de ouders en hun omgeving.Het verlies van een kind, ook wanneer het overlijdt vóór of tijdens de geboorte, tekent het leven van ouders voorgoed. Christine Geerinck-Vercammen biedt in Stille baby’s hulp bij dit rouwproces. Ze gaat in op de theoretische en medische aspecten, maar bespreekt vooral de psychosociale verwerking van het slechte nieuws, de bevalling en het afscheid nemen. Bovendien gaat ze in op de vraag hoe het daarna op korte en lange termijn met de ouders gaat, ook in verband met een eventuele volgende zwangerschap.Met dagboekfragmenten en brieven van ouders.
Loss (Psychology) --- Abortion --- Perinatal mortality --- 418.7 --- rouwverwerking --- verlies --- doodgeboorte --- stervensbegeleiding, dood, rouw, begeleiding van nabestaanden, zelfmoord
Choose an application
Choose an application
Choose an application
Mijn bachelorproef gaat over de opstart van een éénmanszaak in de boomverzorging en het opstellen van een bomenbeheerplan voor de gemeente Boechout
Choose an application
Het project dat wordt uitgevoerd is het bepalen van de TCF van P-discs. Het doel is dat er correcte en gedetailleerde tabellen ontstaan vanuit de resultaten die bekomen worden vanuit metingen. De eigenlijke probleemstelling is dat de bestaande TCF-tabellen verouderd zijn en dat er nieuwe tabellen worden opgesteld door een studie die vast bepaald is. Er wordt ook in vraag gesteld welke factoren de TCF beïnvloeden, want TCF is misschien niet enkel een factor die bepaald wordt door de temperatuur. TCF is een factor die staat voor Temperature Converting Factor. Het geeft het verband weer tussen de productietemperatuur (omgevingstemperatuur) en de werktemperatuur. Het bepaalt hoe sterk of hoe zwak een breekplaat (P-disc) moet worden gemaakt bij een vastgestelde temperatuur (productietemperatuur); om zo hetzelfde effect te krijgen bij een werktemperatuur die hoger of lager ligt als de vastgelegde temperatuur (productietemperatuur). De P-discs zijn de eerste generatie breekplaten die Fike maakt. Een breekplaat is een middel dat een proces helpt te beveiligen tegen een overdruk of een onderdruk. Daardoor zijn er verschillende parameters opgesteld. Dit alles wordt getest door middel van metingen die in verschillende condities worden uitgevoerd met verschillende parameters. De metingen worden uitgevoerd volgens een bepaalde Europese norm om zo de studie te laten voldoen aan de eisen van Europa. Het is nog altijd een beveiliging die mensen hun leven kan redden. De belangrijkste informatie die we uit deze metingen hebben gehaald, is dat de TCF een factor is die enkel beïnvloed wordt door de temperatuur en niet door een andere opgestelde parameter. Uit al deze metingen hebben we TCF-tabellen opgesteld die correct zijn uitgevoerd. Uit de resultaten zijn TCF-tabellen ontstaan die voor het engineeringteam en de productie van Fike bruikbaar zijn voor de toekomst van de P-discs. De resultaten zijn wel maar bepaald voor één materiaal (Inconel 600). Door deze scriptie te raadplegen is het mogelijk testen uit te voeren voor een ander materiaal op dezelfde manier zoals deze testen op Inconel 600 zijn uitgevoerd.
Choose an application
Choose an application
Het erfrecht is verbonden met de maatschappij en raakt aan de mensheid. De verandering van het erfrecht is nu en dan nodig aangezien de maatschappij ook steeds verandert. In Nederland werd het erfrecht reeds gewijzigd in 2003. Ook België kon niet achterblijven en vanaf 1 september 2018 zullen er nieuwe regels gelden betreffende het erfrecht. Het federaal parlement heeft een wet tot hervorming van het burgerlijk erfrecht aangenomen op 20 juli 2017. Op grond hiervan zal je vanaf 1 september 2018 als erflater over meer vrijheid beschikken. Om te beginnen is er de wijziging van de wettelijke reserve waar deze scriptie uitvoerig op ingaat. Verder is er een wijziging omtrent de regels van de inkorting en inbreng van schenkingen en legaten. Tot slot is er vanaf de wijziging de mogelijkheid om in welbepaalde gevallen erfovereenkomsten te sluiten. Aangezien het erfrecht in verschillende landen anders geregeld wordt is een rechtsvergelijkend onderzoek zeer interessant. Deze scriptie onderzoekt dan ook de gelijkenissen en verschillen tussen het voorbehouden erfdeel in België en in Nederland. Het gaat specifiek om deze twee landen omdat er geen taalbarrière is hetgeen grensoverschrijdende tewerkstelling en op termijn ook de verhuis naar het buurland vanzelfsprekend maakt. Zowel in België als in Nederland is er een voorbehouden deel. Toch zijn de rechten van de beschermde erfgenamen niet volledig gelijklopend. Het is voor mogelijks beschermde erfgenamen dus van groot belang te weten wat de nationale regels juist inhouden en welke nationale regels op hun specifieke situatie van toepassing zijn. De scriptie maakt duidelijk dat als we de wettelijke reserve die geldt binnen België vergelijken met de legitieme portie van toepassing in Nederland er enkele raakvlakken zijn, maar zeker ook opmerkelijke verschillen. In beide landen kunnen bepaalde erfgenamen beroep doen op een gereserveerd erfdeel. Wie de titularissen zijn van dit voorbehouden deel is echter zowel voor als na de wijziging van 1 september 2018 verschillend in beide landen. In Nederland worden enkel de afstammelingen van de erflater aanzien als legitimarissen. In België zijn tot en met 31 augustus 2018 de afstammelingen, de ouders en de langstlevende echtgenoot van de erflater reservataire erfgenamen. Vanaf 1 september 2018 komt het Belgische systeem al iets dichter bij dat van Nederland: enkel de afstammelingen en de langstlevende echtgenoot kunnen dan nog beroep doen op de reserve. Het statuut van de langstlevende echtgenoot als reservataire erfgenaam blijft echter een groot verschil met het systeem van Nederland. Ook de omvang van de reserve in beide landen blijft na de wijziging verschillend: In beide landen gaat het om een voorbehouden deel van één tweede, maar in België gaat het om één tweede van de nalatenschap en in Nederland gaat het om één tweede van het wettelijk erfrecht. Als antwoord op de onderzoeksvraag of er na de wijziging van de reserve binnen België minder verschillen zijn met de legitieme portie in Nederland of net meer kunnen we stellen dat er minder verschillen zijn wat de titularissen betreft maar dat er zowel op het vlak van de titularissen als wat betreft de omvang van het voorbehouden erfdeel er nog steeds verschillen zijn.
Choose an application
In een wereld van heteronormativiteit wijken veel mensen af van het traditionele ideale gezin. Deze paper onderzoekt hoe alleenstaande personen worden gerepresenteerd in populaire media, en focust daarbij op het stereotypische personage van de Crazy Cat Lady: een wanhopig en onaantrekkelijk alleenstaand personage dat regelmatig terugkomt op televisie. Zij wordt bekeken in het licht van de culturele theorieën van Hall en Dyer over representative, en de theorieën van Taylor en McRobbie over vrouwelijkheid en feminisme in de media. Het personage van de Crazy Cat Lady blijkt goed te passen in de geschiedenis van de rol van vrouwen en de perceptie van hun seksualiteit in het algemeen. Haar 'abnormale' liefde voor haar katten zorgen ervoor dat ze afwijkt van de norm in onze hedendaagse maatschappij, zowel in het echte leven als in fictie. Toch is de associatie van (alleenstaande) vrouwen met dieren, en meer specifiek met katten, een idee dat al bestaat sinds vóór de oudheid; iets waar deze paper ook op ingaat. Verder wordt de Crazy Cat Lady vergeleken met Gilbert en Gubars Madwoman in the Attic, een sterk en agressief personage dat zich weigert aan te passen aan de traditionele rollen van de passieve vrouw en de dominante man, en daarom gezien wordt als mentaal ziek. De Cat Lady wordt dan ook bekeken naast de carrièrevrouw, die ook regelmatig in televisieseries en literatuur te vinden is; een geëmancipeerde jonge vrouw die geen nood heeft aan een gezin of een echtgenoot om haar leven compleet te maken. Die vergelijkingen worden gemaakt aan de hand van casestudies, die bekeken worden vanuit een postfeministisch perspectief en die bestaan uit personages van de Amerikaanse sitcoms Sex and the City, Gilmore Girls, The Office, How I Met Your Mother, The Big Bang Theory and New Girl.
Choose an application
Titel: De ontwikkeling en evaluatie van een praktische voedingseducatietool bij chronisch nierlijden stadium 3 en stadium 4 Student: Rani Vercammen Promotor: Dorien Van Broeck; Copromotor: Erika Vanhauwaert Inleiding Bij patiënten met chronisch nierinsufficiëntie (CNI) stadium 3 en stadium 4 zijn voedingsaanpassingen noodzakelijk om de nieren te sparen en terminaal nierfalen te voorkomen of uit te stellen. Doelstelling Het doel van dit afstudeerwerk is het ontwikkelen en evalueren van een voedingseducatietool voor patiënten met CNI stadium 3 en 4. Deze voedingseducatietool moet bruikbaar zijn voor zowel zelfstandige diëtisten als diëtisten in een ziekenhuis. Aan de hand van deze tool kunnen de diëtisten de verschillende delen van het dieet uitleggen en de patiënten aansporen om via zelfmanagement het dieet te volgen. Methodologie Het theoretisch deel van dit afstudeerwerk omvat het beantwoorden van de drie onderzoeksvragen door wetenschappelijke literatuur. Hiervoor werden tien databanken doorzocht met duidelijke zoektermen. De gevonden hits werden gescreend op relevantie, de relevante hits werden vervolgens gescreend aan de hand van een verkorte screeningstool om een besluit te vormen over de kwaliteit van deze richtlijnen. Drie wetenschappelijke voedingsrichtlijnen bij CNI stadium 3 en 4 werden weerhouden, waaronder één Belgisch nationale en twee internationale. De verschillen tussen nationaal en internationaal werden besproken, waaruit de beste kernboodschappen (of een combinatie) werden weerhouden voor de ontwikkeling van de voedingseducatietool. Hierbij werd gezocht naar de beste werkvorm om deze kernboodschappen te vertalen naar de tool. De evaluatie van deze tool gebeurde door vier diëtisten. Na de testfase werd de voedingseducatietool aangepast m.b.v. hun feedback dat a.d.h.v. een evaluatieformulier verkregen werd. Resultaten Uit de literatuurstudie werden zeven kernboodschappen weerhouden voor het opstellen van de voedingseducatietool. Deze omvatten een gezonde levensstijl met voldoende aandacht voor de kwaliteit van vetten, de juiste energie- en eiwitinname en een zout-, kalium- en fosforbeperking, rekening houdend met de manier waarop deze educatie wordt geboden. De voedingseducatietool is opgebouwd uit vier verschillende onderdelen. De ster van de nieren staat centraal en wordt gebruikt bij het uitleggen van de verschillende delen van het dieet bij CNI stadium 3 en 4, namelijk een gezonde levensstijl met voldoende aandacht voor de kwaliteit van vetten, de juiste energie- en eiwitinname en een zout-, kalium- en fosforbeperking. Diëtisten krijgen een blad met aanbevelingen en kernboodschappen, als achtergrondinformatie. Patiënten hebben ten eerste een brochure met aanvullende informatie bij de ster voor handen, waarin praktische informatie bij de verschillende delen van het dieet staan. Ten tweede werd de website “De ster van de nieren” gemaakt, waar patiënten informatie kunnen vinden en hun kennis kunnen testen aan de hand van een quiz. Besluit In dit afstudeerwerk is een duidelijke en praktische voedingseducatietool bij CNI stadium 3 en stadium 4 ontwikkeld en geëvalueerd. Na de evaluatie werd de tool aangepast, afhankelijk van de verkregen feedback. Een tweede evaluatie is aangewezen in een vervolgonderzoek. Referentie(s): *Goderis G, Van Pottelbergh G, Claes K, Vanhauwaert E, Van Nuland E, Vantieghem A, et al. Multidisciplinaire richtlijn chronische nierlijden (CNI). 2016. Beschikbaar via:https://www.ebmpr
Listing 1 - 10 of 17 | << page >> |
Sort by
|