Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Dheedene, Stefaan

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

'Weg uit dat web' behandelt het armoedeweb, bestaande uit 10 domeinen en de verbindingen tussen deze domeinen: gezin, onderwijs, vrije tijd, huisvesting, gezondheid, inkomen, hulpverlening, justitie, sociale contacten, arbeid en tewerkstelling. 

Armoede sluipt via onze samenleving de school binnen en is dus dichterbij dan je denkt. Voor velen is armoede de dagelijkse en harde realiteit. Het treft 1 op de 5 kinderen in ons land en is als een web, een ingewikkeld samenspel van oorzaken en gevolgen.

Waarschijnlijk zitten er in jouw klas ook leerlingen die in armoede leven. Als leerkracht is het dan ook niet eenvoudig om met dit thema aan de slag te gaan.


IDEAAL VOOR
Leerlingen van de 2de graad secundair onderwijs maken kennis met de verschillende domeinen van het armoedeweb. Zo krijgen de leerlingen zicht op de factoren die aan de basis liggen van armoede en de complexiteit ervan. Het spel is geschikt voor groepen van 8 tot 25 spelers.

DOELSTELLINGEN
Met het spel 'Weg uit dat web' brengen we het thema armoede binnen in de klas. Het zorgt ervoor dat leerlingen zich bewust worden van wat armoede betekent en hoe armoede tot sociale uitsluiting kan leiden. Want een leerling die leeft in een kansarm gezin leeft niet enkel in armoede, maar wil er graag bij horen, met zijn eigen dromen en fantasieën.

Via dit spel maken de leerlingen kennis met de verschillende domeinen van het armoedeweb. 'Onderwijs' is een heel belangrijk domein. De school zelf kan dus een hefboom zijn om het armoedeweb te doorbreken. 

SPELOMSCHRIJVING
De spelers worden verdeeld in groepen. Elke groep is verantwoordelijk voor een gezin en het doel is om het gezin een leven boven de armoedegrens te bieden doorheen het verdere verloop van het spel.

In het spel is de armoedegrens gelijk aan 30 blokjes. Elk gezin heeft een startkapitaal van een aantal blokjes dat bepaalt of je onder of boven de armoedegrens leeft. Het doel is minstens 30 blokjes te hebben.

Wie kan zijn gezin boven de armoedegrens brengen of houden? 

Ontwikkeld door De Aanstokerij in opdracht van Welzijnszorg vzw.

Social problems --- Didactics of social education --- Didactics of secundary education --- secundair onderwijs 2de graad --- minderheden --- armoede --- culturele diversiteit

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Zo geschreven 1 biedt grammaticale kaders en oefeningen op niveau van A1, Breakthrough en A2, Waystage om de vaak moeilijke structuren van het Nederlands in te oefenen. 
Voor de cursist 
Zo geschreven 1 is een zelfstudiepakket. Dankzij de oplossingen achteraan in het leerwerkboek kan je op je eigen tempo oefenen en jezelf corrigeren. 
Elk hoofdstuk begint met een grammaticaal kader met voorbeelden. Zo geschreven 1 is daarom ook een handig naslagwerk. Je zoekt zelf op wat je niet begrijpt. 
In de inhoudstafel en in het register vind je gemakkelijk terug wat je wil oefenen. Je vindt er de grammaticale termen (bv. artikel, modale verba ... ), maar ook verwijswoorden (bv. de, het, een, wil, kan ... ). 
Om je uitspraak te oefenen en om de verhalen nog beter te begrijpen, is er nu ook Zo geschreven 1 online. Op bladzijde 2 vind je een code om je account te activeren. Online luister je naar elk verhaal bij de foto's. Je leest de verhalen nog een keer en antwoordt op de vragen. Je oefent zo veel je wil, waar en wanneer je wil. 

Voor de docent 
Zo geschreven 1 kan ingezet worden als extra materiaal om ondersteunende kennis in te oefenen met een grotere vormcorrectheid en vlotheid als resultaat. Qua niveau sluit Zo geschreven 1 aan bij Zo gezegd 1.1 en 1.2, maar het kan naast om het even welk cursusmateriaal op dit niveau gebruikt worden. 
De oefeningen staan van receptief naar productief in stijgende moeilijkheidsgraad. Elke oefening is een klein verhaaltje. Geen losse zinnen dus, maar een zinvolle context. De foto ondersteunt de verhaallijn en stimuleert de cursist om na de correctie van de oefening los te komen van de geschreven tekst en het verhaaltje mondeling of schriftelijk te reproduceren met aandacht voor vormcorrectheid. Op die manier maakt de cursist zich de grammaticale structuren eigen en kan hij de transfer naar productie maken. In de handleiding vind je een uitgebreid stappenplan om met Zo geschreven 1 in de klas aan de slag te gaan. Ook krijg je heel wat uitgewerkte PowerPointpresentaties om de transfer te maken van grammaticale invuloefeningen naar productie. Uiteindelijk streeft de cursist naar een grotere vormcorrectheid in spontane communicatie (zowel mondeling als schriftelijk).
Daarnaast is er het digitale luik. Met Zo geschreven online kan de cursist individueel werken aan lees- en luistervaardigheid met de verhalen bij de foto’s. Dankzij het digitaal bordboek met de oplossingen en de PowerPointpresentaties kan je gemakkelijk met Zo geschreven in de klas aan de slag.

Adult education. Lifelong learning --- Grammar --- Dutch language

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

In Magic and Memory in Giordano Bruno Manuel Mertens unravels the enigmatic knot between the mnemonic treatises and the magical writings of the sixteenth-century Italian philosopher Giordano Bruno. Since long the magical orientation of the Brunian art of memory has been a preoccupation for Bruno scholars (like Paolo Rossi, Frances Yates and Rita Sturlese). This serious study of the philosophical underpinnings of both Bruno's mnemonic treatises and his writings on magic shows that Bruno believed his mnemonic method could prevent demons from corrupting the cognitive process. Mertens's focus on Bruno's idea of deification through memory and the philosopher's view on fiery heroic spirits points to a surprisingly literal reading of the heretic's last words.

Magic --- Memory --- Bruno, Giordano,

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)