Listing 1 - 9 of 9 |
Sort by
|
Choose an application
Soil biology --- Research --- Biology --- Natural history
Choose an application
Rhizosphere. --- Rhizosphere --- Root systems --- Root systems --- soil organisms --- soil organisms --- plant soil relations --- plant soil relations --- Soil reclamation plants --- Soil reclamation plants --- Soil biology --- Soil biology
Choose an application
Natural pastures --- Natural pastures --- Soil biology --- Soil biology --- Soil fungi --- Soil fungi --- nitrogen cycle --- nitrogen cycle --- biomass --- biomass --- soil chemicophysical properties --- soil chemicophysical properties --- Soil microorganisms --- Soil microorganisms --- Grassland management --- Grassland management
Choose an application
Carbon stored in soils represents the largest terrestrial carbon pool and factors affecting this will be vital in the understanding of future atmospheric CO2 concentrations. This book provides an integrated view on measuring and modelling soil carbon dynamics.
General ecology and biosociology --- Soil biology --- Soils --- Greenhouse effect, Atmospheric --- Carbon cycle (Biogeochemistry) --- Carbon content --- Measurement --- Greenhouse effect, Atmospheric. --- Measurement. --- Carbon cycle (Biogeochemistry). --- Monograph --- Soils - Carbon content - Measurement
Choose an application
Soil sciences --- Genetic soil types --- soil chemistry --- Soil biology --- Soil water --- soil air --- soil chemicophysical properties --- Soil pollution --- Soilless culture --- agriculture. --- agriculture --- Soils --- Soil science. --- Environmental aspects.
Choose an application
Gechloreerde alifatische koolwaterstoffen (Chlorinated Aliphatic Hydrocarbons, CAHs) zijn één van de meest voorkomende grondwaterpolluenten in de geïndustrialiseerde wereld. Ze zijn gekend voor hun toxiciteit en persistentie in het milieu en verspreiden zich gemakkelijk via het grondwater. Wanneer dit vervuild grondwater een nabijgelegen rivier bereikt, kan dit tot een diffuse pollutie van het oppervlaktewater leiden en risico’s voor de omgeving inhouden. De polluenten in het grondwater dienen echter voordat ze het oppervlaktewater bereiken een sedimentzone met een groot potentieel voor natuurlijke attenuatie door biologische afbraak te passeren. Vooral in eutrofe rivieren worden sterk reducerende omstandigheden verwacht in het riviersediment door de overvloed aan organisch materiaal. Tezamen met de aanwezigheid van CAHs vormt dit een ideale omgeving voor halorespirerende bacteriën. Deze bacteriën koppelen hun groei aan de reductieve dechlorinatie van CAHs, die hierdoor in niet-toxische eindproducten zoals etheen kunnen worden omgezet. Indien door dit microbiële afbraakproces zowel de concentratie als de toxiciteit van de vervuiling afneemt, kan het riviersediment functioneren als een biobarrière om het oppervlaktewater te beschermen tegen pollutie door CAHs. In deze studie werd de natuurlijke attenuatie van CAHs door zowel biotische als abiotische processen onderzocht in het eutroof riviersediment van de Zenne nabij Brussel (België), waar grondwater verontreinigd met CAHs door de sedimentlaag stroomt. Microbiële afbraak van de CAHs via reductieve dechlorinatie werd aangetoond in batch- en kolomopstellingen met dit riviersediment, alsook op basis van de detectie van microbiële afbraakproducten van CAHs in poriënwater van het sediment. Door in dit poriënwater de concentraties aan CAHs en stabiele isotoopverhoudingen van de contaminanten (δ13C) en water (δ2H and δ18O) op te volgen, kon de relatieve bijdrage van de biotische en abiotische processen voor attenuatie van CAHs achterhaald worden. Over een oppervlakte van 45 bij 15 m in de rivierbedding bleek microbiële reductieve dechlorinatie van de CAHs het meest voorkomende attenuatieproces te zijn, gevolgd door verdunning van de CAHs door infiltrerend rivierwater en opwellend ongepollueerd grondwater. Deze processen vertoonden een heterogene verspreiding in de rivierbedding die variabel bleek in de tijd. In 26 tot 28% van de onderzochte locaties in de rivierbedding werd er echter geen attenuatie van CAHs waargenomen. Staalnames uit stationaire poriënwaterfilters over een langere periode wezen uit dat de microbiële afbraak van CAHs in de top 120 cm van de rivierbedding redelijk constant was in functie van de tijd en onafhankelijk van de seizoenen. In sommige periodes bleek dilutie door infiltrerend rivierwater echter meer bij te dragen tot de waargenomen daling van de CAH concentratie in het sediment dan microbiële afbraak. Aangezien dilutie bekritiseerd wordt als een natuurlijk attenuatieproces, kan deze waarneming het aanvaarden van de biobarrière als bioremediatietechniek negatief beïnvloeden. Dehalococcoides bacteriën, gekend voor hun CAH halorespirerende capaciteit, werden over het hele testgebied en op alle onderzochte dieptes in de rivierbodem teruggevonden en zijn dus mogelijk verantwoordelijk voor de waargenomen afbraak van CAHs in de Zenne sedimenten. De detectie van genen, coderend voor CAH reductieve dehalogenasen in Dehalococcoides, lijkt dit vermoeden te bevestigen. Het Zennesediment blijkt bovendien een niche te vormen voor bacteriën met zeer uiteenlopende metabolismen. Een hoge diversiteit aan sulfaatreducerende bacteriën, maar ook Geobacteraceae en methanogenen werd aangetroffen. Deze bacteriën kunnen eventueel in competitie treden met halorespirerende bacteriën voor elektrondonors. Aangezien attenuatie van CAHs op een aanzienlijk percentage van de onderzochte locaties in de rivierbedding niet lijkt plaats te grijpen en bovendien op verschillende andere locaties de afbraak van de CAHs niet 100% efficiënt lijkt, kan er besloten worden dat de afbraakactiviteit in het sediment niet voldoende is om het rivierwater te vrijwaren van contaminatie, ondanks de aanwezigheid van halorespirerende bacteriën en de schijnbaar optimale omstandigheden voor afbraak van de CAHs in de rivierbedding. De sedimentlaag van de Zenne kan bijgevolg enkel mits stimulatie van de microbiële afbraak van CAHs als een efficiënte biobarrière optreden en als natuurlijke bioremediatiestrategie voorgesteld worden.
Academic collection --- 631.46 --- 574.636 --- Soil bacteriology. Soil biology --- Biological treatment of wastes (sewage) and self purification of waters (ecological aspects) --- Theses --- 574.636 Biological treatment of wastes (sewage) and self purification of waters (ecological aspects) --- 631.46 Soil bacteriology. Soil biology
Choose an application
Environmental impact --- Environmental impact --- farming systems --- farming systems --- farmland --- farmland --- land use --- land use --- plant soil relations --- plant soil relations --- Soil biology --- Soil biology --- soil fertility --- soil fertility --- Soil resources --- Soil resources --- Sustainability --- Sustainability --- Agriculture biologique --- Écologie des sols --- Agriculture biologique --- Écologie des sols
Choose an application
Soil science --- Soil biology --- Soil physics --- Soil stabilization --- Soil consolidation --- Consolidation of soil --- Soils --- Foundations --- Settlement of structures --- Soil mechanics --- Soil moisture --- Agricultural physics --- Biology --- Natural history --- Consolidation --- Creep
Choose an application
Most of the Earth’s biosphere is characterized by low temperatures. Vast areas (>20%) of the soil ecosystem are permanently frozen or are unfrozen for only a few weeks in summer. Permafrost regions occur at high latitudes and also at high ele- tions; a significant part of the global permafrost area is represented by mountains. Permafrost soils are of global interest, since a significant increase in temperature is predicted for polar regions. Global warming will have a great impact on these soils, especially in northern regions, since they contain large amounts of organic carbon and act as carbon sinks, and a temperature increase will result in a release of carbon into the atmosphere. Additionally, the intensified release of the clima- relevant tracer gas methane represents a potential environmental harzard. Significant numbers of viable microorganisms, including bacteria, archaea, p- totrophic cyanobacteria and green algae, fungi and protozoa, are present in per- frost, and the characteristics of these microorganisms reflect the unique and extreme conditions of the permafrost environment. Remarkably, these microorg- isms have been reported to be metabolically active at subzero temperatures, even down to ?20°C.
Biodiversity. --- Climatic changes. --- Exobiology. --- Microbial ecology. --- Microbial genetics. --- Permafrost. --- Soil biology. --- Soil conservation. --- Soil microbiology. --- Earth & Environmental Sciences --- Biology --- Health & Biological Sciences --- Ecology --- Microbiology & Immunology --- Eternally frozen ground --- Ever frozen ground --- Perennially frozen ground --- Pergelisol --- Permanently frozen ground --- Perpetually frozen ground --- Tjale --- Earth sciences. --- Sedimentology. --- Microbial genomics. --- Astrobiology. --- Climate change. --- Earth Sciences. --- Climate Change. --- Microbial Ecology. --- Microbial Genetics and Genomics. --- Frozen ground --- Natural history --- Astrobiology --- Habitable planets --- Life --- Genomics --- Microbial genetics --- Microorganisms --- Genetics --- Microbiology --- Environmental microbiology --- Changes, Climatic --- Changes in climate --- Climate change --- Climate change science --- Climate changes --- Climate variations --- Climatic change --- Climatic changes --- Climatic fluctuations --- Climatic variations --- Global climate changes --- Global climatic changes --- Climatology --- Climate change mitigation --- Teleconnections (Climatology) --- Biological diversification --- Biological diversity --- Biotic diversity --- Diversification, Biological --- Diversity, Biological --- Biocomplexity --- Ecological heterogeneity --- Numbers of species --- Petrology --- Origin --- Environmental aspects --- Global environmental change
Listing 1 - 9 of 9 |
Sort by
|