Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

In het traditioneel aardrijkskundeonderwijs is er weinig ruimte voor het ontwikkelen van duurzame en milieubewuste attitudes. Ik stel mij dan ook de vraag op welke manier we kennisoverdracht kunnen combineren met burgerschapsvorming, om zo de bereidheid tot milieubewust handelen te verhogen. In het leerplan aardrijkskunde vond ik hieromtrent een inspirerende methodiek, namelijk Educatie voor Duurzame Ontwikkeling (EDO). EDO staat voor: “Het leren denken over en werken aan een leefbare wereld, nu en in de toekomst, voor onszelf hier en voor anderen elders op de wereld.” Uit de EDO-methodiek heb ik een didactische werkvorm geselecteerd om toe te passen tijdens de les. De werkvorm, twee voor twaalf, is een simulatiespel dat zicht geeft op de complexiteit van een actueel milieuvraagstuk. Het doel van het spel is het verband leggen tussen een verstoord ecosysteem, veroorzaakt door de mens, en de gevolgen hiervan voor de biodiversiteit. Aan de hand van gerichte vragen tijdens een klasgesprek wordt er vervolgens nagegaan of het spel invloed heeft op de bereidheid tot milieubewust handelen bij leerlingen. Om na te gaan of deze methodiek daadwerkelijk de bereidheid tot milieubewust handelen verhoogt, heb ik deze methodiek getest in 5TSO Handel. Het resultaat van het onderzoek kwam overeen met de bevindingen uit mijn geraadpleegde literatuur. Uit het onderzoek kunnen we concluderen dat de EDO-methodiek de bereidheid tot milieubewust handelen verhoogt. Een geslaagd project waar ik in mijn latere carrière vaak naar zal grijpen. Voor verdere vragen, toelichtingen of aanvullingen mag u mij steeds contacteren op volgend e-mailadres: sannegoyvaerts@hotmail.com

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Welke invloed heeft buitenonderwijs op de motivatie van leerlingen in de 2e graad tijdens de lessen aardrijkskunde? Buitenonderwijs heeft een positieve invloed op kinderen en jongeren, maar wat is de invloed ervan op de motivatie van leerlingen in de 2e graad tijdens de lessen aardrijkskunde? Twee identiek dezelfde lessen met exact dezelfde werkvormen werden voor dit onderzoek voorbereid: de ene les werd klassiek in het klaslokaal gegeven en de andere les buiten in de schooltuin, volgens het concept van buitenonderwijs. Twee homogene klasgroepen van het vierde jaar sociaal technische wetenschappen vormden de onderzoeksgroep. Aan de hand van een anonieme enquête werd data omtrent de motivatie van de leerlingen verzameld. Deze data werden met elkaar vergeleken en uit de resultaten blijkt dat de leerlingen die buiten les kregen meer gemotiveerd waren. Meer dan een derde onder hen verwees expliciet naar de locatie als verklaring hiervoor. Bij de leerlingen die binnen in de klas les kregen, werd de locatie geen enkele keer als motiverende factor vermeld. Procentueel lag de mate van motivatie bij buitenonderwijs (85,4%), 6,7 procentpunten hoger dan de mate van motivatie bij de klassieke les (78,7%) in het klaslokaal. De klasgroep die de les buiten kreeg, bleek unaniem voorstander van meer buitenonderwijs op school. Opvallend is dat ook een derde van de leerlingen die binnen les kregen, pleitten voor meer lessen in de schooltuin. Deze bachelorproef kan bijdragen tot verder onderzoek naar buitenonderwijs en scholen inspireren om te investeren in vergroening van de speelplaatsen en lesruimtes buiten, zoals bijvoorbeeld een schooltuin of een buitenklas. buitenonderwijs – motivatie – schooltuin – buitenklas – secundair onderwijs - aardrijkskunde