Narrow your search

Library

KBR (4)

KU Leuven (4)

Arteveldehogeschool (2)

UGent (2)

EhB (1)

FOD Finances (1)

Hogeschool Gent (1)

Hogeschool West-Vlaanderen (1)

KBC (1)

FOD/SPF PO (1)

More...

Resource type

book (3)

dissertation (1)


Language

Dutch (3)

English (1)


Year
From To Submit

2019 (1)

2016 (1)

2013 (1)

2009 (1)

Listing 1 - 4 of 4
Sort by

Dissertation
Water-based heating/cooling in residential buildings towards optimal heat emission/absorption elements
Authors: ---
ISBN: 9789460180569 Year: 2009 Publisher: Leuven Katholieke Universiteit Leuven

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Dit werk beschrijft de ontwikkeling van een nieuwe impliciete methode voor de simulatie van verwarming en koeling op waterbasis in woningen. Het toont hoe een dergelijke methodologie kan worden gebruikt om de optimale kenmerken van warmte-emissie en/of -absorptie elementen in woningen te bepalen. De belangrijkste motivatie om een dergelijke methodologie te ontwikkelen ligt in het zoeken naar een methode om de realisatie van het optimale thermische comfort in woningen zo energiezuinig mogelijk te maken. Het eerste aspect dat zodoende moet onderzocht worden is het thermisch comfort zelf in een woning. Er wordt aangetoond dat in residentiële gebouwen drie thermisch verschillende zones kunnen worden onderscheiden: de badkamer, de slaapkamers en de andere zones. Elk van die zones heeft een eigen, specifieke comforttemperatuur. Binnen een band van 5 K rondom die comforttemperatuur wordt eenzelfde comfortgevoel ervaren. De band van aanvaardbare temperaturen is asymmetrisch verdeeld rond die comforttemperatuur omdat mensen gevoeliger zijn aan koude dan aan warmte. Naast de waarde van de temperatuur op zich, wat aangeduid wordt als steady state comfort, moet ook het dynamische aspect worden onderzocht. Het fluctueren van de binnentemperatuur moet beperkt zijn, zowel in grootte als in duur. Het blijkt evenwel moeilijk te zijn een dergelijke beperking op een algemene wijze in een gebouwensimulatiepakket te implementeren. Dat is het gevolg van het gegeven dat de resultaten afhankelijk zijn van de gekozen simulatietijdstap. De te hoge en daarom onwenselijke fluctuatiefrequentie van de binnentemperatuur kan echter wél bekeken en vergeleken worden bij simulaties met eenzelfde korte tijdstap. Het thermisch comfort bepaalt de randvoorwaarde waaraan een potentieel emissie en/of absorptie element moet kunnen voldoen. Om de interactie tussen gebouw en installatie correct te kunnen onderzoeken, werden het thermisch comfortalgoritme en de berekeningsmodule om de verwarmings- en koelingsinstallatie te modelleren als impliciete structuur in een bestaand gebouwensimulatiepakket geïmplementeerd. Daarbij werd gebruikt gemaakt van ESP-r. De impliciete structuur bevat een model voor het voorstellen van warmte-emissie of -absorptie. Dit model kan zowel toegepast worden voor ‘ideale’ als voor meer realistische controles. Verder is een module opgenomen voor het inrekenen van distributieverliezen. Tevens kan een ideaal of een veeleer realistisch productiesysteem met dito controles worden gemodelleerd. Het model voor de bepaling van warmte-emissie en/of -absorptie is gebaseerd op een formule die veelvuldig wordt toegepast in gebouwensimulatie. Door een diepgaande theoretische analyse werd echter aangetoond dat de formule niet zonder meer kan worden gebruikt om het verwarmend resp. koelend effect van om het even welk emissie en/of absorptie element correct te berekenen. De formule werd aldus aangepast en in die aangepaste vorm gebruikt als basis voor het generische configuratie- en locatie-onafhankelijke model. Dit model hanteert slechts een beperkt aantal parameters. Om de optimale waarde van die parameters te bepalen, werd ESP-r met de impliciete modelleringstructuur, gekoppeld met het optimalisatieprogramma GenOpt. De aldus gecreëerde gekoppelde structuur laat toe om voor een bepaald gebouw in een bepaalde configuratie de optimale emitter/absorber te bepalen. Door middel van een waaier aan voorbeelden worden de mogelijkheden en beperkingen van de gekoppelde structuur gedemonstreerd. This dissertation describes the development of a new method for simulating water-based heating/cooling installations in residential buildings and demonstrates how such method could be used to determine optimal heat emission/absorption elements for residential buildings. The reason to develop this new simulation method was to define optimal heat emission/absorption elements that fulfil the thermal comfort requirements in an energy efficient way. Based on a thorough state-of-the-art study, the thermal comfort requirements for the specific setting of a residential building have been defined. It is shown that 3 different zones can be distinguished; the bathroom, the bedroom and the other zones. Each of these zones requires different temperature settings in order to satisfy the thermal sensation of its occupants. The width of the band of acceptable temperatures around this neutral temperature was determined to be 5 K, asymmetrically distributed around the neutral value. Besides this steady state thermal comfort, a potential optimal heat emitter/absorber should further cause limited indoor temperature fluctuations. These dynamic thermal conditions are difficult to incorporate in building energy simulation software due to their dependency on the simulation timestep. However, by simulating with a fixed small timestep when optimising different heat emission/absorption elements, a too high cycle frequency of the indoor temperature can be penalised. The thermal comfort requirements define the boundary conditions a heating/cooling installation should fulfil. An algorithm to verify the thermal comfort requirements and the structure to model heating/cooling installations have been embedded in an existing building energy simulation software to correctly account for the building-installation interactions. The building simulation code used is ESP-r. The implicit plant modelling implementation is mainly embedded within the ESP-r’s zone/building control level. It contains a heat emission/absorption model with idealised and more realistic controls, a structure for a distribution level and a production device model with different controls and different efficiency calculation routines. The model for the heat emission/absorption element is based on a formula, commonly encountered in building simulation, to represent different types of water-based heat emission elements. Through an extended theoretical analysis, improvements to this formula have been proposed. This model requires a limited amount of characterising parameters. To determine the optimal value for each of these parameters, the building simulation code ESP -r , extended with the implicit modelling approach, has been coupled with the optimisation tool GenOpt. This coupling allows determining the optimal heat emitter/absorber element for a given building model in a specific setting. Through various examples, the possibilities and limitations of this generic methodology have been demonstrated. werden het thermisch comfortalgoritme en de berekeningsmodule om de verwarmings- en koelingsinstallatie te modelleren als impliciete structuur in een bestaand gebouwensimulatiepakket geïmplementeerd. Daarbij werd gebruikt gemaakt van ESP-r. De impliciete structuur bevat een model voor het voorstellen van warmte-emissie of -absorptie. Dit model kan zowel toegepast worden voor ‘ideale’ als voor meer realistische controles. Verder is een module opgenomen voor het inrekenen van distributieverliezen. Tevens kan een ideaal of een veeleer realistisch productiesysteem met dito controles worden gemodelleerd. Het model voor de bepaling van warmte-emissie en/of -absorptie is gebaseerd op een formule die veelvuldig wordt toegepast in gebouwensimulatie. Door een diepgaande theoretische analyse werd echter aangetoond dat de formule niet zonder meer kan worden gebruikt om het verwarmend resp. koelend effect van om het even welk emissie en/of absorptie element correct te berekenen. De formule werd aldus aangepast en in die aangepaste vorm gebruikt als basis voor het generische configuratie- en locatie-onafhankelijke model. Dit model hanteert slechts een beperkt aantal parameters. Om de optimale waarde van die parameters te bepalen, werd ESP-r met de impliciete modelleringstructuur, gekoppeld met het optimalisatieprogramma GenOpt. De aldus gecreëerde gekoppelde structuur laat toe om voor een bepaald gebouw in een bepaalde configuratie de optimale emitter/absorber te bepalen. Door middel van een waaier aan voorbeelden worden de mogelijkheden en beperkingen van de gekoppelde structuur gedemonstreerd. is mainly embedded within the ESP-r’s zone/building control level. It contains a heat emission/absorption model with idealised and more realistic controls, a structure for a distribution level and a production device model with different controls and different efficiency calculation routines. The model for the heat emission/absorption element is based on a formula, commonly encountered in building simulation, to represent different types of water-based heat emission elements. Through an extended theoretical analysis, improvements to this formula have been proposed. This model requires a limited amount of characterising parameters. To determine the optimal value for each of these parameters, the building simulation code ESP -r , extended with the implicit modelling approach, has been coupled with the optimisation tool GenOpt. This coupling allows determining the optimal heat emitter/absorber element for a given building model in a specific setting. Through various examples, the possibilities and limitations of this generic methodology have been demonstrated.


Book
Sowieso STV : eerste graad tweede jaar stv
Authors: --- --- ---
ISBN: 9789030142935 9789030122012 9789030144816 9789030144847 9789030121626 9789030140658 9789030144854 9789030144861 9789030144878 9789030144885 9789030144823 Year: 2013 Publisher: Mechelen Plantyn


Book
Werk & Privacy
Authors: --- --- ---
ISBN: 9782807913783 2807913784 Year: 2019 Publisher: Brussel Larcier Legal

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Een praktische benadering (van het recht op privacy en gegevensbescherming)In mei 2019 is de GDPR precies een jaar van kracht. Er heerst binnen bedrijven echter nog veel onduidelijkheid over de concrete invulling van het recht op privacy en het recht op gegevensbescherming in een werkomgeving. Deze rechten hebben immers verregaande gevolgen in tal van domeinen zoals e-monitoring, track & trace, drugstesten, camerabewaking,....Eerste GDPR werk in België met een specifieke focus op privacy in werkcontextDit boek is opgevat als een praktisch naslagwerk voor iedereen die te maken krijgt met privacygerelateerde vragen op de werkvloer.De auteurs hebben in hun hoedanigheid van advocaat reeds tal van ondernemingen ondersteund met het oog op de naleving van het recht op privacy en het recht op gegevensbescherming. Het is precies vanuit deze praktijkervaring dat dit boek tot stand is gekomen.Komen onder meer aan bod:? De algemene principes inzake privacy en gegevensbescherming;? De informatieverplichting bij verwerking van persoonsgegevens ten aanzienvan sollicitanten, werknemers, ?;? Invoering van een adequaat retentiebeleid;? De doorgifte van persoonsgegevens buiten de EER ? Wat na Brexit?;? Gegevensverwerking in het kader van de aanwerving;? Regelgevend kader bij e-monitoring, camerabewaking, geolokalisatie, ?;? Sancties bij overtredingen van de regelgeving inzake privacy engegevensbescherming.+++Bron: www.larcier.com


Book
Gebruikersbijdrage berekenen in de gezinszorg
Authors: --- --- ---
ISBN: 9782509027214 Year: 2016 Volume: *2 Publisher: Brussel VVSG Politeia

Listing 1 - 4 of 4
Sort by