Listing 1 - 10 of 284 | << page >> |
Sort by
|
Choose an application
Doelstelling: Deze masterproef is een vergelijkend onderzoek naar het asielbeleid in België en het Verenigd Koninkrijk. Naast een algemene inleiding wordt dieper ingegaan op het begrip vluchteling, waarna het asielbeleid in beide landen bestudeerd wordt. Verder wordt ook aandacht besteed aan lokale integratie-initiatieven in Vlaanderen en Schotland. Middelen of methode: Na de algemene inleiding wordt het begrip vluchteling gedefinieerd volgens het Internationaal Verdrag betreffende de Status van Vluchtelingen. De twee daaropvolgende hoofdstukken bespreken het asielbeleid in België en het Verenigd Koninkrijk. Hierbij wordt nader ingegaan op de hervormingen van de asielwetgeving en de verschillende fases binnen de asielprocedure. In het laatste hoofdstuk wordt specifieke aandacht besteed aan de integratie van nieuwkomers in Vlaanderen en Schotland. De inhoud van een aantal lokale integratieprojecten wordt besproken alsook de middelen die ter beschikking gesteld worden. Resultaten: Het onderzoek toont aan dat het asielbeleid in België en het Verenigd Koninkrijk grote overeenkomsten vertoont. In beide landen werden hervormingen doorgevoerd met het oog op een verhoogde efficiëntie. Niettemin konden ook een aantal verschillen vastgesteld worden inzake het verloop van de asielprocedure, de rechten van de asielzoeker en de mogelijkheden tot integratie.
Asylum. --- Belgium. --- Comparative study. --- Immigration. --- Integration. --- Studie van maatschappelijke aspecten. --- United Kingdom.
Choose an application
Doelstelling: Deze masterproef bestudeert welke variaties van het Frans gesproken worden in de Belgische Franstalige film “Rosetta” (1999) en gaat na hoe deze variatie vertaald wordt in de Nederlandstalige ondertitels. Middelen of methode: In functie van de analyse van de dialogen en de ondertitels hebben we de film volledig getranscribeerd en er een script van gemaakt. Vanuit een eerste theoretisch kader dat ingaat op de variaties in de Franse taal, hebben we onderzocht welke kenmerken in de dialogen overeenkomen met de kenmerken uit de theorie. Op die manier konden we bepalen tot welke Franse registers de dialogen behoren. Vervolgens hebben we vanuit een tweede theoretisch kader dat ingaat op de verschillende aspecten, problemen en vertaalstrategieën van het ondertitelingsproces onderzocht of die registers in de ondertitels behouden worden. Resultaten: Uit de analyse blijkt dat de variaties die gesproken worden in de Franse dialogen familiair en niet-standaard Frans zijn. Slechts een paar dialogen behoren tot het standaard Frans. Deze taalvariatie is nauwelijks terug te vinden in de Nederlandstalige ondertitels: de ondertitelaar koos er in de meeste gevallen voor om in het Standaardnederlands te vertalen. De reden hiervoor kan zijn dat vulgair geschreven taalgebruik nogal schokkend overkomt. Daarnaast leent het Nederlands zich niet tot gelijkaardige constructies als die in het Frans of biedt de Nederlandse taal geen alternatief voor een gekleurde vertaling. Tot slot hebben we een aantal suggestieve ondertitels teruggevonden die het verlies van elders compenseren.
Français familier. --- Français non standard. --- Français soigné. --- Français standard. --- Gebruik niet-standaard Frans. --- Ondertitelen. --- Studie in de meertalige communicatie. --- Taalvariatie.
Choose an application
Doelstelling: In dit onderzoek wordt een inventaris opgesteld van de metaforen in Vlaamse en Spaanse sportartikels over de Ronde van Spanje van 2009. De metaforen worden onderverdeeld in semantische velden. Op die manier willen we onze resultaten linken aan twee theorieën. Enerzijds aan van der Spek (1993) die beweert dat sportmetaforen behoren tot de semantische velden van kunst, religie en oorlog. Anderzijds aan Lakoff en Johnson (1980) die beweren dat het metaforisch taalgebruik verschilt naargelang van de cultuur. We gaan ook na welke metaforen uit ons onderzoek zijn opgenomen in het Groot wielerwoordenboek (2009) en formuleren een voorstel tot aanvulling. Middelen of methode: In het theoretisch deel bepalen we de precieze betekenis van een metafoor en beschrijven we onder meer de theorieën van van der Spek (1993) en Lakoff en Johnson (1980). In het praktisch deel inventariseren we eerst een aantal metaforen en breiden we die uit met verwante en tegengestelde metaforen. Daarvoor baseren we ons op een corpus van Vlaamse en Spaanse sportartikels over de Ronde van Spanje van 2009. Daarna plaatsen we de geïnventariseerde metaforen in een semantisch veld. Vervolgens analyseren we de semantische velden en linken we onze resultaten aan de theorieën van van der Spek (1993) en Lakoff en Johnson (1980). Tot slot gaan we na welke metaforen uit ons onderzoek zijn opgenomen in het Groot wielerwoordenboek (2009)en formuleren we een voorstel tot aanvulling. Resultaten: De inventaris toont aan dat het metaforisch taalgebruik sterk geïntegreerd is in sportartikels. Uit de analyse van de semantische velden blijkt dat er geen kunstmetaforen voorkomen in ons onderzoek, maar wel oorlogsmetaforen en religieuze metaforen. De analyse toont ook dat het metaforisch taalgebruik in Vlaanderen en Spanje verschilt: de Vlaamse metaforen verwijzen voornamelijk naar de Vlaamse cultuur (repressie, kapitalisme en sociale zekerheidsstelsel), terwijl de Spaanse metaforen grotendeels in verband staan met de Spaanse cultuur (conquista, dictatuur, tradities en sport). We kunnen dus stellen dat het metaforisch taalgebruik verschilt naargelang van de cultuur. Toch zijn er ook gelijkenissen, want zowel enkele Vlaamse metaforen als enkele Spaanse metaforen behoren tot de semantische velden van kannibalisme, oorlog, avontuur, etc. Onze resultaten komen dus slechts gedeeltelijk overeen met de theorieën van van der Spek (1993) en Lakoff en Johnson (1980). Uit de resultaten blijkt ook dat heel weinig metaforen uit ons onderzoek zijn opgenomen in het Groot wielerwoordenboek (2009).
Metaforen. --- Ronde van Spanje 2009. --- Semantische velden. --- Spanje. --- Studie in de meertalige communicatie. --- Vlaanderen. --- Wielrennen.
Choose an application
Doelstelling: Een theoretisch overzicht van drie theorieën (Gardner, 1985, 2001 & Noels, 2001) i.v.m. motivaties en attitudes bij vreemdetaalverwerving. Een overzicht van het inburgeringsbeleid in Vlaanderen en de werking van de Huizen van het Nederlands in Vlaanderen. Een veldonderzoek uitvoeren a.d.h.v. een enquête in de VDAB te Gent met bijhorende resultaten en conclusies. Middelen of methode: Voor het theoretische gedeelte werd opzoekingswerk verricht in werken van Gardner et al. om meer te weten te komen over motivaties en attitudes van de leerder tijdens de vreemdetaalverwerving. Het NT2-onderwijs, het inburgeringsbeleid en de wetgeving ivm integratie werden ook bestudeerd. Voor het praktische gedeelte werd een zelf opgestelde vragenlijst met 16 vragen voorgelegd aan 137 cursisten van alle niveau's in de VDAB te Gent. Resultaten: Uit het onderzoek blijkt dat de VDAB te Gent heel wat verschillende nationaliteiten aantrekt. Alle cursisten rapporteerden via de vragenlijst over hun achtergrond, hun taalgebruik in verschillende situaties, hun motivatie en attitudes. Uit de vragen naar het taalgebruik van de NT2-leerders blijkt dat zij meestal hun moedertaal in combinatie met een andere taal/talen (meertalige praktijk) gebruiken om te communiceren. Uit de vragenlijst blijkt dat de NT2-leerders in de VDAB Gent Nederlands leren om zowel instrumentele als integratieve redenen. De vragenlijst wijst uit dat de NT2-leerders van de VDAB Gent, die nog niet lang in België verblijven, een positieve attitude tegenover het Nederlands hebben. De NT2-leerders die al langer dan 3 jaar in België verblijven typeren het Nederlands vooral als een moeilijke taal.
Attitudes. --- Inburgering. --- Instrumentele motivatie. --- Integratie. --- Integratieve motivatie. --- Kimberly A. Noels. --- Nederlands als Tweede Taal (NT2). --- Robert C. Gardner. --- Studie in de (vreemde)taalverwerving. --- Taalgebruik. --- VDAB, Gent.
Choose an application
Doelstelling: De scriptie wil nagaan hoe Engelsen taal gebruiken om sociale contacten te leggen, d.m.v. een onderzoek naar typische conversatiecodes, en wil tevens bestuderen wat de gelijkenissen en/of contrasten met Nederlandstaligen zijn. Middelen of methode: De scriptie bestaat uit een literatuurstudie en een eigen enquête. Het vertrekpunt voor de literatuurstudie is het werk van Kate Fox over conversatiecodes bij de Engelsen, aangevuld met bevindingen uit andere Engelse en Nederlandse literatuur. De eigen enquête (bij zestig Vlamingen tussen de 30 en de 50 jaar oud) gaat na hoe Vlamingen taal gebruiken om sociale contacten te leggen, en wat de gelijkenissen en verschillen met Engelsen zijn. Resultaten: Uit de studie blijkt het belang van privacy in de Engelse cultuur, wat ertoe leidt dat hun conversaties vaak gereserveerd, beleefd en indirect zijn. Bovendien hebben veel Engelsen het verlangen om ongestoord hun gang te kunnen gaan. Dezelfde kenmerken vindt men terug in de conversaties van Nederlandstaligen, maar in mindere mate.
Antropologie. --- Beleefdheid. --- Communicatie. --- Conversatiecodes. --- Engels. --- Nederlands. --- Studie in de meertalige communicatie.
Choose an application
Doelstelling: De algemene doelstelling van deze masterproef is om na te gaan in welke mate de Vlaamse en Spaanse kwaliteitspers omgaan met het gebruik van anglicismen die voortgekomen zijn uit de hedendaagse economische situatie. We willen nagaan of de Vlaamse kwaliteitspers meer geneigd is om de anglicismen te integreren in hun artikels dan de Spaanse kwaliteitspers. Daarnaast willen we ook onderzoeken of gespecialiseerde economische kranten de anglicismen eerder publiceren zonder aanpassingen dan de algemene kranten. Middelen of methode: Aan de hand van onderzoek in de databanken van de 4 geselecteerde kranten, stelden we een corpus samen. Om na te gaan hoe de anglicismen gebruikt worden in de verschillende kranten, baseerden we ons op de vertaalstrategieën voor culturele referenties van Anna Vermeulen (2009). We deelden de strategieën op in twee categorieën: de eerste categorie omvat de strategieën die enige voorkennis vereisen, de tweede categorie, de strategieën die geen voorkennis vereisen. Op die manier konden we bepalen in welke mate de termen reeds geïntegreerd zijn in de twee talen. Resultaten: Wat de vergelijking van de algemene en economische kranten betreft, stelden we zowel bij de Vlaamse als bij de Spaanse kwaliteitspers vast dat de economische kranten meer anglicismen publiceerden dan de algemene kranten, maar dat ze niet opvallend meer strategieën gebruikten waarbij voorkennis vereist werd. In de vergelijking tussen de Spaanse en Vlaamse kranten, constateerden we dat de auteurs van Vlaamse kranten, opvallend meer dan die van de Spaanse kranten, voorkennis veronderstellen van de term in kwestie.
Anglicisme. --- De Standaard. --- De Tijd. --- El País. --- Expansión. --- Studie in de meertalige communicatie. --- Vertaalstrategieën.
Choose an application
Doelstelling: In m'n masterproef ben ik nagegaan welke regels Russische en Vlaamse internetkranten hanteren in verband met de publicatie van lezerscommentaren en in hoeverre lezers in kranten de regels om commentaren te plaatsen opvolgen en hoeveel spreektaal er voorkomt in die commentaren. Bovendien ben ik nagegaan hoeveel lezers hun echte naam opgeven en hoeveel er anoniem reageren op krantenartikels. Onderzocht werd of er links te vinden zijn tussen het overtreden van regels en de anonimiteit, tussen het spreektaalgehalte van de commentaren en de anonimiteit en ook tussen het gebruik van niet-standaardtaalgebruik en de aard van de krant. Middelen of methode: Om dit te onderzoeken, heb ik me gebaseerd op een corpusonderzoek. Ik heb 4 kranten uitgekozen: 2 Russische en 2 Vlaamse waarvan telkens 1 boulevardkrant en 1 informatieve krant. Uit deze kranten heb ik de drie meest becommentarieerde artikels gekozen. Deze heb ik dan onderzocht op spreektaalelementen en op overtredingen van de regels. Om de overtredingen te kunnen bekijken, heb ik eerst de politiek van alle kranten bestudeerd en kort samengevat. Om de spreektaalelementen eruit te kunnen halen, heb ik ook de theorie over spreektaal in beide talen bestudeerd en kort samengevat. Daarna heb ik alle anonieme commentaren onderzocht op overtredingen of spreektaalelementen. Resultaten: In de boulevardkranten worden meer commentaren geplaatst dan in de informatieve kranten, omdat dergelijke kranten vooral dienen om informatie door te geven en minder als discussiemiddel tussen de lezers ervan. De rubrieken "Binnenland en Buitenland" kennen het hoogst percentage aan commentaren, omdat de lezer vaker betrokken is tot de onderwerpen van deze rubrieken dan die van andere rubrieken. Bovendien reageren de lezers van de Vlaamse kranten langer op een artikel dan die van de Russische kranten. In de kranten worden toch nog vaak de regels overtreden bij het becommentariëren. Hier spreken we dan vooral over het gebruik van hoofdletters, het schrijven van scheldwoorden en het plaatsen van een URL. De hoofdletters helpen om emoties uit te drukken, aangezien men in schrijftaal geen gebruik kan maken van mimiek en intonatie. De scheldwoorden komen vooral voor bij artikels die provocerend zijn, of over een onderwerp gaan, dat de lezers na aan het hart ligt. Bij de URL wordt er niet verwezen naar een andere krant, maar dient gewoon om hun reactie te staven. In de Vlaamse kranten staan er veel meer spreektaalelementen in de commentaren, dan in de Russische. De meest populaire elementen zijn ook hier de hoofdletters en de leestekens. Beiden drukken emoties uit, die men normaal in schrijftaal niet kan uiten. Tegen alle verwachtingen in wordt er zeer weinig gebruik gemaakt van smileys. In Vlaamse kranten komen er veel meer overtredingen voor in anonieme commentaren, maar het aantal spreektaalelementen zijn gelijk in de anonieme als in de gekende commentaren. In Russische kranten daarentegen zijn er in de anonieme commentaren zowel meer overtredingen aanwezig als meer spreektaalelementen dan in de gekende commentaren. Dat komt volgens mij doordat in Rusland het recht op vrije meningsuiting nog niet zo lang bestaat.
Krantencommentaren. --- Russische pers. --- Spreektaal. --- Studie in de meertalige communicatie. --- Vlaamse pers.
Choose an application
Doelstelling: Het doel van dit onderzoek bestond erin de verslaggeving van de Belgische politiek tussen 2000 en 2009 in de Britse kwaliteitspers te onderzoeken aan de hand van de framing theorie. Hiervoor werd een corpus aangelegd met artikelen uit The Guardian, The Times en The Independent. Het eerste deel onderzoekt verslaggeving van de spanningen tussen Vlaanderen en Wallonië. Het tweede deel van de masterproef analyseert hoe Guy Verhofstadt en Herman Van Rompuy geframed werden met betrekking tot de rol die ze hebben gespeeld in de Europese poltiek. Middelen of methode: De studie is gebaseerd op de framing theorie. De frames werden op een inductieve manier geïdentificeerd aan de hand van een kwalitatieve inhoudsanalyse. Resultaten: Uit het onderzoek blijkt dat drie frames alomtegenwoordig waren in verslaggeving van de spanningen tussen Vlaanderen en Wallonië, namelijk POLARISATIE, TAALVERDELING en VREEMDELINGEN. De analyse toont ook aan dat de verslaggeving niet altijd correct was, en soms zelfs subjectief. Guy Verhofstadt werd hoofdzakelijk geframed als een RADICALE FEDERALIST, hoewel hij in het begin werd geframed als een REBELSE UNDERDOG. Herman Van Rompuy, ten slotte, werd vooral geframed als een ONDERHANDELAAR. Ook het NIETSZEGGEND PERSOON frame, het HAIKU frame, en het BOEKHOUDER frame werden frequent gebruikt.
Belgische politiek. --- Britse kwaliteitspers. --- Framing. --- Guy Verhofstadt. --- Herman Van Rompuy. --- Inductief. --- Kwalitatief. --- Studie in de meertalige communicatie. --- Vlaanderen. --- Wallonië.
Choose an application
Doelstelling: Mijn onderzoek vergelijkt Russische met Vlaamse reclameboodschappen in de jaargang 2007 in het Russisch wekelijks tijdschrift Vlast' en het Vlaams wekelijks tijdschrift Knack. De doelstelling is verschillen vast te stellen en te onderzoeken aan de hand van onder andere de theorie over culturele waarden van Hofstede in het onderzoek van Thijskens en de theorie over Archetypen van Rakitina en Pendikova. Middelen of methode: Ten eerste werd de wetgeving over reclame en de geschiedenis van reclame in beide landen vergeleken. Daarna werden alle pagina's reclame onderverdeeld in verschillende productcategorieën, 13 in totaal. Deze gegevens werden systematisch tegenover elkaar geplaatst en zo konden de grootste verschillen vastgesteld worden. Deze verschillen worden daarna verklaard aan de hand van de theorie van Hofstede, de theorie van de archetypen en verschillen in het milieubeleid. Resultaten: De waargenomen verschillen tussen beide tijdschriften in reclame duiden op de verschillende culturen in Rusland en Vlaanderen. In het Vlaamse tijdschrift Knack wordt duidelijk meer reclame (30%) afgedrukt dan in het Russisch tijdschrift Vlast' (9%). In Vlast' is er wel een groter aandeel autoreclame en reclame voor luxeproducten. Engels wordt meer gebruikt in de Vlaamse advertenties en in de Knack staan veel meer eigen advertenties. In de autoreclame is het verschil het duidelijkst: in de Russische autoreclame wordt de nadruk gelegd op snelheid en kracht van de auto, terwijl in de Vlaamse reclame milieuvriendelijkheid wordt vooropgesteld. Dit kan verklaard worden door het "mannelijkere" karakter van de Russische cultuur en het feit dat België haar CO² uitstoot drastisch moet verminderen, wat niet het geval is in Rusland. Men kan dus zeggen dat reclamemakers rekening houden met de culturele verschillen tussen verschillende landen.
Archetypen. --- Culturele waarden. --- Hoeken. --- Hofstede. --- Reclame. --- Rusland. --- Studie in de meertalige communicatie. --- Vlaanderen.
Choose an application
Doelstelling: Deze studie onderzoekt de maatschappelijke positie van de vrouw in België en Rusland in een historisch en vergelijkend perspectief. Meer concreet worden voor beide landen acht maatschappelijke aspecten onderzocht: demografie, arbeidsmarkt, onderwijs, politiek, geboortebeperking, echtscheiding, huiselijk geweld en zwangerschapsverlof. De opzet is om een vergelijking te maken tussen de levensomstandigheden van vrouwen in België en Rusland. Middelen of methode: Aan de hand van een literatuurstudie wordt eerst een algemene geschiedenis geschetst van de situatie van de vrouw in West-Europa. Daarna worden beide landen in aparte hoofdstukken behandeld. Voor beide landen wordt een concrete geschiedenis beschreven van het feminisme en vrouwenbewegingen en er worden acht maatschappelijke aspecten apart onderzocht voor beide landen. In het laatste hoofdstuk worden de resultaten van beide landen naast elkaar gelegd en worden de belangrijkste en meest opvallende gelijkenissen en verschillen toegelicht. Resultaten: Aan de hand van een vergelijkende literatuurstudie kunnen we tot de conclusie komen dat er heel wat gelijkenissen zijn tussen de situatie van vrouwen in België en Rusland. Zowel in de loop van de geschiedenis als in de huidige maatschappij zijn de gelijkenissen zeer opvallend. Toch zijn er ook een aantal opvallende verschillen vast te stellen, met name in depolitieke en demografische situatie, het onderwijs en de geboortebeperking. Zo kunnen we bijvoorbeeld vaststellen dat het vrouwenoverschot in Rusland aanzienlijk groter is dan in België, dat minder vrouwen er actief zijn in de politiek en dat veel meer vrouwen in Rusland hun zwangerschap onderbreken.
België. --- Feminisme. --- Rusland. --- Studie van maatschappelijke aspecten. --- Vrouwenbeweging.
Listing 1 - 10 of 284 | << page >> |
Sort by
|