Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Bekaert NV, Aalter

Choose an application

• Reference Manager
• EndNote
• RefWorks (Direct export to RefWorks)

Hartfalen is een aandoening die steeds meer en meer mensen in de wereld treft. De impact die deze ziekte met zich meebrengt, manifesteert zich bovendien op alle levensdomeinen. Waar voorheen louter aandacht was voor de medicamenteuze behandeling, wint patiënteneducatie vandaag de dag aan terrein. Educatie geven aan hartfalenpatiënten brengt tal van voordelen met zich mee. Toch wordt deze tot op heden nog te weinig toegepast. Niet alleen het ontbreken van patiënteneducatie wordt gezien, ook het onvolledig geven van educatie, is een feit. Meer aandacht besteden aan het holistisch benaderen van de hartfalenpatiënt, is een uitdaging naar de toekomst toe. Om een antwoord te kunnen formuleren op de onderzoeksvraag: 'Heeft het opleidingsprofiel een invloed op het uitvoeren van patiënteneducatie bij Vlaamse en Nederlandse hartfalenverpleegkundigen?' is er gestart met een literatuurstudie. Enkel bronnen die aan de inclusiecriteria voldeden, zijn gebruikt in dit werk. Vervolgens vond er een analyse plaats. De data werden verkregen via vragenlijsten die afgenomen zijn d.m.v. de nationale vakvereniging in België en Nederland. Twee november 2016 zijn de uiteindelijke gegevens verkregen en is de analyse van start gegaan. Als algemene tendens kan er gesteld worden dat educatie geven omtrent hartfalen en seksualiteit, hartfalen en reizen en hartfalen en inentingen laag scoort. Wordt het opleidingsprofiel erbij gehaald, worden volgende resultaten gezien: Binnen de categorie basisopleiding (hoger onderwijs) wordt er geen significant verschil aangetroffen, behalve bij educatie en bewegen. Dit betekent dat de basisopleiding geen invloed heeft op het al dan niet geven van educatie, met uitzondering van dat ene topic. Wordt er gekeken naar de resultaten betreffende de correlatie vervolgopleiding en het geven van educatie, wordt er geen significant verschil vastgesteld. Dit betekent dat het gevolgd hebben of volgen van een vervolgopleiding geen garantie is tot het geven van educatie over de diverse topics. Uit de analyse kan er bovendien gehaald worden dat er een significant verschil is tussen het verband bijscholing en educatie. Dit echter slechts bij drie topics: het begrip hartfalen, vochtgebruik en bewegen. Concreet betekent dit dat de hartfalenverpleegkundigen die een bijscholing bijwoonden, betere resultaten vertonen aangaande deze drie topics van educatie. Naar de toekomst toe zouden de hartfalenverpleegkundigen bepaalde topics van educatie niet achterwegen mogen laten. Door deze bespreekbaar te maken, wordt de patiënt meer holistisch benaderd. Het volgen van een bijscholing vertoont bij slechts drie topics een positief effect. Kan dit resultaat toegeschreven worden aan het feit dat er geen specifieke bijscholingen bestaan omtrent educatie van hartfalenpatiënten? Of dat er te weinig de link wordt gelegd tussen de theoretische kennis die de hartfalenverpleegkundigen meekrijgen tijdens de bijscholing en de praktijk? Dit biedt een opening tot nieuw onderzoek.