TY - THES ID - 139141316 TI - Right ventricular mechanical support for pulmonary arterial hypertension: Assessment of HVAD pump speed and cannulation site by simu lation AU - Hofkens, Ward AU - Vanierschot, Maarten AU - Verbelen, Tom AU - Fresiello, Libera AU - KU Leuven. Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen. Opleiding Master in de industriële wetenschappen. Elektromechanica (Leuven) PY - 2020 PB - Leuven KU Leuven. Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen DB - UniCat UR - https://www.unicat.be/uniCat?func=search&query=sysid:139141316 AB - Pulmonale arteriële hypertensie of kortweg PAH is een zeldzame longaandoening waarvan de prevalentie geschat wordt op 30-45 gevallen per miljoen inwoners. Bij deze ziekte verdikken de wanden van de kleine longslagaders, waardoor ze vernauwen. De rechter hartkamer, die zuurstofarm bloed in de longen pompt, zal aldus tegen een hogere weerstand moeten werken. Uiteindelijk zal de rechter kamer van het hart falen door deze hogere werklast. Aangezien een longtransplantatie de enige behandeling is die een vooruitzicht geeft op genezing is het belangrijk hiervoor alles in het werk te zetten om tot deze transplantatie te komen. De wachtlijsten zijn lang en de ziekteprogressie verloopt snel. Een hartpomp zou hier redding kunnen brengen en kan dus overwogen worden. De hartpomp zal de rechter kamer ontlasten door deze te ondersteunen in diens pompwerking. De verminderde werklast die de rechter kamer nu zou ondervinden, zou de levensduur hiervan aanzienlijk verlengen omdat hartfalen wordt uitgesteld. Echter zijn de hemodynamische effecten van het gebruik van een hartpomp in deze situatie nog redelijk onbekend. De invloed van een hartpomp op de hemodynamica werd getest doormiddel van een simulator waarmee het cardiovasculair systeem werd gemodelleerd. Met behulp van deze simulator werden verschillende stadia in het ziekteverloop nagebootst. PAH kent een progressief ziekteverloop dat onder te verdelen valt in vier ziektestadia die variëren van ‘mild’ tot ‘cardiogene shock’. Wanneer een ziektestadium met succes door de gebruiker is ingegeven zal men verschillende pompconfiguraties kunnen instellen. Zo zal de instroomcanulatie kunnen worden aangepast met als opties de rechter voorkamer of de rechter kamer. De uitstroom vindt sowieso plaats in de pulmonale slagader. Het toerental van deze continue debietpomp werd aangepast met als doel het bereiken van een zo goed mogelijke hemodynamische toestand waarbij de rechter kamer optimaal ontlast wordt. De ondersteuning van deze pomp kan gedeeltelijk of volledig zijn. De output van de simulator die werd verkregen en geanalyseerd zijn de druk en het volume van zowel de linker- als de rechterhartkamer, de energetische parameters van de hartkamer en de druk in de aorta en de longslagader. In het eerste luik van de experimentenreeks werd er op elk van de patiëntprofielen een hartpomp aangesloten en werd de instroomcanulatie ingesteld op de rechter voorkamer. Van deze pomp werd steeds het debiet telkens opgekrikt zodat de ondersteuning opliep van gedeeltelijk naar volledig. Tijdens het tweede luik van de experimentenreeks werden dezelfde patiënt profielen gesimuleerd maar deze keer met de instroomcanulatie van de pomp ingesteld op de rechter kamer. Uit deze studie blijkt dat de keuze voor instroomcanulatie en instellingen van de pomp afhankelijk zijn van de ziektefase waarin de patiënt zich bevindt. Ontlasten van de rechter kamer bleek meer succesvol tijdens de eerste twee ziektestadia waarbij de pomp aangesloten werd op de rechter kamer. Voor de laatste twee ziektestadia waren de resultaten meer acceptabel wanneer voorkamercanulatie werd toegepast. ER -