TY - THES ID - 135126056 TI - Vochttransport in beton met gemalen gegranuleerde hoogovenslak AU - Notaert, Robin AU - Gruyaert, Elke AU - Vanoutrive, Hanne AU - KU Leuven. Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen. Opleiding Master in de industriële wetenschappen. Bouwkunde (Gent) PY - 2021 PB - Leuven KU Leuven. Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen DB - UniCat UR - https://www.unicat.be/uniCat?func=search&query=sysid:135126056 AB - Beton is een poreus materiaal waardoorheen water kan getransporteerd worden. Dit kan zowel vloeibaar water als waterdamp zijn. In water kunnen schadelijke stoffen opgelost zijn die op lange termijn de duurzaamheid van beton of het wapeningsstaal negatief beïnvloeden. Het doel van deze masterproef is om een beter beeld te krijgen van het vochttransport in beton. Dit vochttransport wordt beïnvloed door verschillende parameters waaronder het bindmiddeltype en de bewaartermijn. Portlandcement is het bindmiddel bij uitstek, maar de productie ervan is slecht voor het milieu, daarom wordt de voorkeur gegeven aan hoogovenslak, een bijproduct van de ijzerproductie. Om uitharding van het bindmiddel te verkrijgen, moet water toegevoegd worden. Door de hydratatiereactie worden capillaire poriën gevormd. Deze poriën zorgen ervoor dat water zich doorheen het beton kan transporteren. De permeabiliteit van beton wordt voornamelijk bepaald door de water-bindmiddel-factor (w/b-factor). Water beweegt zich door beton aan de hand van twee transportmechanismen: capillaire absorptie en diffusie. Capillaire absorptie ontstaat bij direct contact met water, terwijl diffusie plaatsvindt bij een verschil in relatieve vochtigheid (RV) tussen de omgeving en het beton. Er is gekozen om een klassiek beton met Portlandcement te gebruiken en een beton waarbij Portlandcement voor 40m% werd vervangen door gemalen gegranuleerde hoogovenslak. Verschillende proefstukken werden aangemaakt en vervolgens voor 3 of 28 dagen gesealed cured. Dit onderscheid in duurtijd laat toe om het effect van de bewaartermijn op de porositeit en bijgevolg ook het vochttransport te analyseren. Het experimenteel onderzoek op deze mengsels kan opgesplitst worden in twee grote delen: enerzijds werd het vochttransport doorheen beton geanalyseerd met behulp van opmetingen van de RV op verschillende dieptes in het beton. Anderzijds werden ook een aantal kubussen voorzien die blootgesteld werden aan meerdere nat-droog cycli. Dit om het effect te zien op de hoeveelheid opgenomen of verdampt water tijdens waterabsorptie en uitdroging van deze proefstukken. Omdat de effectieve w/b-factoren van de gemaakte mengsels ver uit elkaar lagen, was het moeilijk om deze mengsels met elkaar te gaan vergelijken. Zoals eerder vermeld is de w/b-factor één van de belangrijkste factoren die de permeabiliteit van beton bepaalt. De w/b-factor heeft een heel groot effect op de waterabsorptie: hoe lager de w/b-factor, hoe lager de waterabsorptie. Een langere bewaringstermijn zorgt ook voor een lagere waterabsorptie. Tijdens dit proefprogramma was dit zo bij het mengsel met hoogovenslak. Bij Portlandcement daarentegen, had een langere bewaartermijn geen verminderd effect op de waterabsorptie. De waterabsorptie gebeurt veel sneller dan de uitdroging van de kubussen. De resultaten van dit onderzoek creëren een beter beeld van het RV verloop tijdens benatting en uitdroging. De RV is een belangrijke parameter die bepaalt of er carbonatatie (bij ±60% RV) of chloride-indringing (bij ±100%) optreedt. Daarom is het handig om te weten hoelang het duurt om op een bepaalde diepte bij een RV van 60% naar een RV van 100% te gaan, maar ook hoelang het daarna opnieuw duurt om naar een RV van 60% te gaan. Op basis van dit experimenteel onderzoek zou men in een volgende fase kunnen kijken naar wat het effect is van deze nat-droog cycli op de carbonatatie- of chloride aantasting. ER -