TY - THES ID - 134964442 TI - CQS Group Racing Team: Ontwerp van een simulatietool ter optimalisatie van de gewichtsverdeling van racewagens om rondetijden te minimaliseren AU - Berckmans, Thibauld AU - De Roeck, Wim. AU - Waeyenbergh, Geert AU - KU Leuven. Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen. Opleiding Master in de industriële wetenschappen. Elektromechanica (Leuven) PY - 2016 PB - Leuven KU Leuven. Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen DB - UniCat UR - https://www.unicat.be/uniCat?func=search&query=sysid:134964442 AB - Deze thesis wil in opdracht van het CQS Group Racing Team nagaan wat de invloed is van de gewichtsverdeling van hun Citroën 2CV racewagen Pegasus op de prestaties. Concreet is het de bedoeling de gewichtsverdeling te bepalen, die voor een gegeven totale massa resulteert in een minimale rondetijd op het circuit van Spa-Fran- corchamps. prestaties beïnvloedt. Verder is het inte- ressant om te onderzoeken of een zwaardere wagen met een betere gewichtsverdeling (bv. door het toevoegen van balanceermassa’s) een kortere rondetijd kan behalen dan een lichtere wagen met een slechtere gewichtsverdeling. Deze studie wordt uitgevoerd aan de hand van simulaties in het softwarepakket LMS Imagine.Lab AMESim van Siemens. In een eerste stap wordt een model opgesteld (het IFP Drive model) dat de invloed van de gewichtsver- deling en de totale massa voor bepaalde gripcoëfficiënten tussen de banden en het wegdek kwantificeert. Dit eerste model zoekt de optimale gewichtsverdeling en creëert hiervoor een snelheidsprofiel i.f.v. de afgelegde af- stand. In een volgende stap gaat een tweede model (het Voertuigdynamisch model) na of het gevonden snelheids- profiel daadwerkelijk haalbaar is op het circuit zonder daarbij extreem rijgedrag te vertonen. Uit het eerste model blijkt dat met een gripfactor van 0.9 (d.i. een droog wegdek) en de reglementaire minimale massa (incl. piloot) de gewichtsverdeling 55/45 (vooraan/achteraan) optimaal is. Voor Pegasus bedraagt het verschil in rondetijd tussen de situatie met de huidige en de ideale massa minstens twee seconden. Er kan geconcludeerd worden dat (1) men altijd een zo laag mogelijke massa moet nastreven, (2) de gewichtsverdeling van een voorwielaangedreven wagen steeds voor meer dan de helft naar de vooras moet neigen, en (3) dat het toevoegen van extra massa om de ge- wichtsverdeling richting het optimum te verplaatsen nooit tot betere rondetijden leidt. ER -