TY - THES ID - 134736818 TI - Het gebruik van progesteronprofielen voor de monitoring van de vruchtbaarheid bij melkkoeien AU - Van Gemert, Anne AU - Saeys, Wouter. AU - KU Leuven. Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen. Opleiding Master in de bio-ingenieurswetenschappen. Landbouwkunde (Leuven) PY - 2017 PB - Leuven KU Leuven. Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen DB - UniCat UR - https://www.unicat.be/uniCat?func=search&query=sysid:134736818 AB - Goede vruchtbaarheid van de melkkoe en oestrusdetectie zijn in de melkveesector van economisch belang. Daarom is er de afgelopen jaren uitgebreid onderzoek uitgevoerd naar sensortechnologie en -automatisatie in de vruchtbaarheidsmonitoring. Het monitoren van progesteron is hierbij een methode met potentieel omwille van zowel het beeld dat progesteron geeft van de fysiologische achtergrond van de vruchtbaarheid als de mogelijkheid tot meting in de melk. Monitoring van de vruchtbaarheid op basis van progesteron ging tot nu toe altijd via het modelleren van progesterondata. Recent heeft Adriaens, I. een model met dit doel ontwikkeld dat enkele nadelen die vorige modellen hadden, te boven komt. In deze thesis is er bekeken of er mogelijkheden zijn tot het verbeteren van dit nieuwe model door het incorporeren van invloedsfactoren op het progesterongehalte. Meer specifiek wordt de mogelijke invloed bekeken van tussenmelktijd, vetgehalte en melkgift. Deze studie is uitgevoerd met behulp van progesteronmetingen in de melk bij elke melking. Om het effect van deze invloedsfactoren te bekijken zijn een aantal mogelijke relaties tussen het progesterongehalte in de melk en deze invloedsfactoren bestudeerd. Voor de tussenmelktijd is nog geen duidelijke relatie met het progesterongehalte in de melk aangetoond. Het vetgehalte vertoont hierbij een positieve correlatie met het progesterongehalte in de melk. Van de melkgift kan de relatie met het progesterongehalte eveneens niet eenduidig aangetoond worden. Er zit in melkgift en vetgehalte echter wel potentieel om na verder onderzoek toch in de modellering van oestrale cycli opgenomen te worden. Omwille van het belang van meer traditionele oestrusdetectiemethodes in de melkveehouderij zijn in een tweede deel visuele tochtobservaties vergeleken met progesterondata en is de invloed van stress op oestrussymptomen bestudeerd. Hierbij kon er geen coherente relatie afgeleid worden tussen de modelparameters en de visuele tochtscores. De mate van stress die aanwezig is geweest, had daarnaast ook geen duidelijke invloed op oestrussymptomen. ER -