TY - THES ID - 134582436 TI - Invloed van het mengselontwerp op de correlatie tussen de carbonatatiesnelheid van mortel en beton AU - De Vloed, Robin AU - Gruyaert, Elke AU - Vanoutrive, Hanne AU - KU Leuven. Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen. Opleiding Master in de industriële wetenschappen. Bouwkunde (Gent) PY - 2022 PB - Leuven KU Leuven. Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen DB - UniCat UR - https://www.unicat.be/uniCat?func=search&query=sysid:134582436 AB - Beton en mortel zijn van heel groot belang in de bouw. De dag van vandaag wordt steeds meer gebruik gemaakt van alternatieve bindmiddelen, zoals hoogovenslak, omdat de cementindustrie bij de productie van Portlandklinker een van de meest vervuilende industrieën is op vlak van koolstofdioxide-uitstoot (CO2-uitstoot). Bij de productie van hoogovenslak is er geen bijkomende CO2-uitstoot aangezien het een bijproduct is uit de staalindustrie. Ook worden vaak verschillende water/bindmiddelfactoren (W/B-factoren) gebruikt, afhankelijk van de sterkteklasse van het referentiebeton, de hoeveelheid aanmaakwater en de omgevingsklasse waaraan moet voldaan worden (NBN B15-001:2018). Bovendien kan er gekozen worden uit een brede waaier aan type granulaten waaruit het inert skelet met verschillende combinaties kan opgebouwd worden. In het kader van deze masterproef worden beton- en equivalente mortelmengsels met alternatieve bindmiddelen, variërende W/B-factoren en variërend inert skelet, met 2 verschillende nabehandelingsmethodes, onderzocht op hun carbonatatiesnelheid, waarbij bijkomend de correlatie tussen mortel en beton onderzocht wordt. Carbonatatie is een aantastingsmechanisme waarbij CO2, afkomstig uit de atmosfeer, in het beton of mortel binnendringt en reageert met de calciumhoudende fasen. Door deze reactie verlaagt de alkaliteit, wat resulteert in een daling van de pH-waarde. Betonnen constructies worden vaak binnenin gewapend met wapeningsstaal. Dat wapeningsstaal wordt beschermd door een passiveringslaag bestaande uit een dun laagje oxide op het staaloppervlak. Door deze pH-daling, afkomstig van carbonatatie, zal de passiveringslaag zijn beschermend karakter verliezen, waardoor corrosie van het wapeningsstaal mogelijk wordt. Staalcorrosie leidt tot volumetoename, wat voor spanningen en scheuren kan zorgen binnenin de constructie. Deze thesis beschrijft het carbonatatieproces in cementachtig materiaal. In het kader van het experimenteel onderzoek werd met 6 verschillende beton- en mortelmengsels gewerkt. Als referentiemengsel werd vanuit een mengsel met 40m% hoogovenslak (S) en 60m% Portlandcement (PC), een W/B-factor van 0,50 en een inert skelet van kalksteen vertrokken. Vervolgens werden 2 mengsels gebaseerd op een variatie in bindmiddel, namelijk 100m%PC enerzijds en 70m%S met 30m%PC anderzijds, aangemaakt. Het vierde en vijfde mengsel kregen een hogere W/B-factor, namelijk 0,55 en 0,60. Tenslotte was het zesde mengsel een variatie in inert skelet, nu met gerolde granulaten (riviergrind) in plaats van gebroken granulaten (kalksteen). Er werd per mengsel ook steeds de vergelijking gemaakt tussen 2 nabehandelingstechnieken, namelijk klimaatkast en waterbad. Per mengsel werd een equivalent mortelmengsel vervaardigd, berekend volgens de methode ‘mortier du béton équivalent’ (MBE) (Schwartzentruber & Catherine, 2000). Voor elk mengsel werden, naast de carbonatatieproeven, ook drukproeven en porositeitsproeven uitgevoerd. De carbonatatiediepte werd na 4, 8 en 13 weken bepaald met behulp van de pH-indicator fenolftaleïne. Deze kleurt donkerpaars bij een pH-waarde > 10,5 en blijft kleurloos bij een pH-waarde < 9, wat wijst op carbonatatie. Tussen deze 2 pH-waardes is er een overgangszone van kleurloos naar lichtpaars, en van lichtpaars naar donkerpaars (magenta). ER -