Listing 1 - 3 of 3 |
Sort by
|
Choose an application
The New Jerusalem (NJ) is an image that emerged within the Hebrew Scriptures, developed in the intertestamental period, and was expanded upon to dramatic effect in the Apocalypse and elsewhere in the New Testament. In the time since, it has become a persistent and powerful religious, political, literary, and artistic topos within the Western cultural heritage. At its heart, the image of the NJ and its cognates (e.g. the heavenly Jerusalem) has represented, often with eschatological overtones, a union of the human and the divine and the peaceful co-existence of all creation in a state of perfection. As powerful as the image has become, its development in the centuries immediately following the New Testament era has received scant scholarly attention. To date, no complete, in-depth analysis of the NJ as represented in late antique Christian literature exists. As a consequence, the formative history of this potent metaphor as it was absorbed into the Christian tradition remains obscure and misunderstood. My research will fill this lacuna by offering an original, synthetic study of the reception and development of an influential biblical image in the roughly 500 years following the writing of the New Testament. I will do this by presenting the major interpretations and uses of the NJ, highlighting contrasting accents within the church as to its meaning, and articulating the broad consensus that emerged in the Latin and Greek Apocalypse commentaries of the sixth and early seventh centuries.
Choose an application
This research examines how Augustine defended the Old Testament with the Manichean attack from De moribus ecclesiae catholicae et de moribus Manicheorum (388) to Contra Adimantum (394) in the interaction with religious communities, the Manichean Christian community and the Catholic Christian community. The research will deal with four main works, De moribus ecclesiae catholicae et de moribus Manicheorum, De Genesi adversus Manicheos, De utilitate credendi, and Contra Adimantum. The research consists of three chapters. The first chapter deals with the context of Augustine’s defense. Augustine was a Catholic Christian living in North Africa and had also been a member of the Manichean church. This chapter discusses how religious communities Augustine encountered treated the Old Testament and Augustine’s personal experiences with the Old Testament. These religious communities are the Nicene North African Christian communities, that is, the Donatist church and the Catholic church, the Manichean community, and the Milanese community. This chapter chooses Parmenian and Optatus of Milevis, Faustus of Mileve, and Ambrose as the representatives to discuss three religious communities’ attitudes toward the Old Testament. The second chapter investigates the method of Augustine’s defense. This chapter begins with a discussion of the canon and the sources of canon’s authority. Augustine, as a Manichean, did not accept the authority of the Old Testament. But Augustine found that the unconditional reason promised by Manichaeism did not exist. This led him to accept the primacy of authority. Augustine also thus accepted the authority of the Catholic church and the Old Testament. He saw the Bible as God’s medicine for the restoration of reason. Augustine believed that people could understand the Bible under the guidance of the Catholic church and in a manner consistent with the Christian faith. The last chapter indicates how Augustine interpreted the Old Testament and refuted the Manichean interpretation in detail. This chapter deals with Augustine’s three anti-Manichean writings which directly discuss the text of the Old Testament. I will show the development of Augustine’s Old Testament exegesis with his personal intellectual interest and the needs of the community through a careful analysis of these texts.
Choose an application
De Regel van Benedictus legde het fundament voor het cenobitisch monasticisme in het Westen. Tot op heden leven mannen en vrouwen volgens deze voorschriften een teruggetrokken leven in gemeenschap. Onderzoek heeft reeds uitgewezen dat Benedictus kennis had van geschriften en leefregels van oosterse woestijnvaders. Evenzo plukte hij stukken uit de Regel van de Meester om die te verwerken in zijn Regel voor monniken. Deze feiten doen snel vragen rijzen naar de originaliteit van Benedictus. Daarnaast, wat betreft het Avondland, had al meer dan 100 jaar voor de geboorte van Benedictus de kerkvader Augustinus een regel voor cenobieten geschreven. Hij was tevens auteur van talloze andere geestelijke werken die het denken van volgende generaties vormde. Dat Benedictus geschriften kende van oosterse woestijnvaders maakt het hoogstwaarschijnlijk dat hij die van de kerkvader Augustinus evenzo heeft gekend. Daarom gaat deze verhandeling op zoek naar een directe invloed van Augustinus’ Regel en theologisch denken op de Regel van Benedictus. Zodoende proberen we te achterhalen of de stelling van Adalbert De Vogüé dat, naast de Meester, Augustinus de voornaamste bron was van Benedictus bij het schrijven van zijn Regel. Daarvoor maken we een historische synthese van de diverse studies die reeds belang hechtten aan dit onderwerp. Verder zal uit dit onderzoek de originaliteit van de Regel van Benedictus duidelijk worden, alsook de indirecte invloed van Augustinus op het westers monasticisme en de wijze waarop grote christelijke figuren als dezen gebruikmaakten van een reeds bestaande spirituele en theologische traditie. Dit onderzoek wordt op historisch-chronologische wijze uiteengezet . Uit deze historisch-chronologische studie moge het huidige begrip van de invloed van Augustinus op Benedictus blijken. Daarnaast zal duidelijk worden hoezeer de ene hedendaagse auteur verder bouwde op de studie van een vorige. Omdat deze studies vaak verwijzen naar passages uit geschriften van Augustinus en passages uit de Regel van Benedictus zij het in tweede instantie ook relevant diverse passages Augustinus' geschriften te vergelijken met delen uit de Regel. Door middel van dergelijke vergelijkingen wordt de invloed van Augustinus concreet zichtbaar.
Listing 1 - 3 of 3 |
Sort by
|